Gisteren heeft u in het eerste gedeelte kunnen lezen hoe Pinny Song tijdens de zitting kritisch werd ondervraagd door rechters en OM. Hier het vervolg. Rechtbankvoorzitter Lauwaars wilde wel eens weten wat Pinny nou eigenlijk zelf wilde vertellen. Ze had zich geërgerd aan allerlei onwaarheden die in de media waren verschenen. Zij kon zich daar nooit tegen verdedigen vanwege de keuze zich steeds te beroepen op haar zwijgrecht. Nu ze had besloten in overleg met haar nieuwe advocaat, Mr. Meerman van het Kantoor Plasman - Advocaten, het stilzwijgen te verbreken, moest ze dat ook maar doen dan, aldus Lauwaars. Nadat Pinny een en ander had toegelicht, kwam er een moment waarop Lauwaars haar het woord gaf om te zeggen wat ze al min of meer in een brief aan de rechtbank scheen te hebben aangekondigd.
Lauwaars: U wilde een moment op zitting. Waar wilde u het over hebben?
Pinny: De bedreiging door Tonny, dat is niet waar. Ik zou onder de blauwe plekken zitten. Dat is ook niet waar. Ik heb zijn hele huis ingericht. Ik gaf hem ook wel eens geld. Tonny was nogal spaarderig zelf. Zelf waren we heel vrij. Hij had diverse vriendinnetjes. O.a Jacky Achtien, en ook de ex van George Plieger is ie mee gegaan. Ik vond dat niet erg. Ook dat geld en de bedreigingen klopt niet.
Lauwaars: Er gebeurt iets op 18 April.
Pinny: Ik kon dat moeilijk uitleggen. Ik zei dat ik dan naar Arnhem ging, maar dan ging ik naar hem. Ik ben om een uur of vier bij hem geweest en bleef tot 5 uur 's morgens.
Rechter: Hij was boos?
Pinny: Hij was geïrriteerd, ja. Dat geld was weg.
Rechter: Welk geld?
Pinny: Van de pillen.
Rechter: Welk geld dan?
Pinny: Er werden pillen gesmokkeld naar Zweden door een ouder echtpaar in een camper. In ene waren die mensen weg met die pillen. Al het geld zat daar in.
Rechter: Even terug naar de hoofdlijn. U dwaalt af.
Mr. Meerman nam het op voor zijn cliënt: Tonnie van Eunen en Tonny van Maurik. Dat is wel belangrijk. U kapt het nu steeds af.
Rechter: Dat is niet helemaal waar. We hebben vele zittingen gehad... Wat is het volgende punt?
Rechter: Die drie ton en die waardepapieren, hoe zit dat?
Pinny: Tonny vroeg aan mij iets. Ik ken iemand, die zit in het bankwezen. Ik zou het vragen aan hem. De papieren konden alleen bij banken onderling ingeleverd worden.
Rechter: Die zijn in beslag genomen?
Pinny: Nee, ik heb ze zelf gegeven.
Rechter: Is het nou zo dat Tonny geld aan u heeft gegeven?
Pinny: Nee, waarom? Ik kon er toch niks mee....
Rechter: Als ik u nu vertel wat Tonnie van Eunen vertelde? Het zou toch nog 30 miljoen op kunnen leveren.
Pinny: Nou, dat is niet waar. Er was niets mee te doen.
Rechter: Peter van Maurik zei dat hij ze heeft gebracht op de sportschool.
Pinny: Nou, dat is niet waar. Ik had ze al heel lang in bezit.
OM: Waarom gaf hij het aan u?
Pinny: Ik bewaarde ze wel vaker?
OM: Waarom zou hij ze aan u gegeven hebben en niet op de plek waar ze altijd bewaard werden?
Pinny: Dat weet ik niet.
OM: U had toch ook een sleutel van zijn woning?
Pinny: Ja.
OM: Waar lagen die papieren dan?
Pinny: Ik had een naaitafeltje in de gang....
OM: Zulke details hoeven we niet te weten. Waar ze eerst lagen?
Pinny: Dat weet ik niet.
Rechter: En die drie ton?
Pinny: Dat weet ik niet. Dat Jacky Achtien zoveel geld aan hem had gegeven, dat geloof ik ook niet.
Rechter: Was dit het wat u wilde zeggen?
Pinny:Er staat ook iets over dat ik zo gek ben op geld. Dat is ook wel zo, min of meer, anders was ik wel ander werk gaan doen. Maar, door Bassie & Adriaan (rechercheurs), die karakteromschrijving, dat ik bijna zou bekennen. De hoogmoed. En dat ie als het ware in me was gekropen. Ik zei, het is niet zo. Ik had heel veel rijke klanten. Ik deed SM. Daar komen rijke mensen op af. Bouwvakkers komen niet.
OM: Nou moet u toch es vertellen. De moord op u vriend, daar praat u dan niet over.
Pinny: Ik heb er niks mee te maken. Ik geloof het allemaal niet meer deze rechtszaak. Het is plakken en knippen. Allemaal leugens. Volgens mij heeft het OM uit een aantal verklaringen wat gebruikt. Ik vind het hier een politiestaat worden.
Lauwaars: Grote woorden.
Pinny: Dat dossier heb ik helemaal niet zo goed gelezen uit '94.
Rechter: Ze hadden de indruk dat u nog een klein zetje nodig had. U zou gezegd hebben: Ik kan niets verklaren, anders ben ik de volgende.
Pinny: Er was een bekende van van Eunen en Tonny, die nog werkt, daar was ik wel bang voor.
Rechter: Wat weet u nou uit eigen wetenschap over de liquidatie van Tonny van Maurik?
Pinny: Niet veel eigenlijk. Ik las in het dossier....
Rechter: Nee, niet dat. Uit eigen wetenschap?
Pinny: Nou, niet veel dus.
Rechter: Hoe kunt u dan in januari 1998 zeggen dat de broer Peter van Maurik zeker niets te maken heeft met de dood van zijn broer Tonny?
Pinny: Tja, dat is toch gewoon? Ik neem het dan gewoon op voor hem.
Rechter: Samegevat, Karin Zwager liegt, Tonnie van Eunen liegt, Mijnheer B. liegt, Geurt Roos liegt, Rick Lam liegt, u zusje liegt, iedereen liegt. Waarom blijf je dan beroepen op je zwijgrecht?
Pinny: Mijn advocaat zei, je moet je op je zwijgrecht blijven beroepen. Met alles. Ik kan me nog niet eens iets van 3 maanden geleden herinneren, laat staan iets van 17 jaar geleden.
OM: U heeft er zelf dus niet goed over nagedacht?
Pinny: U moet niet vergeten. Hem vertrouwde ik. Hij is ook te vertrouwen, maar achteraf had ik beter kunnen praten hoor ik nu ook.....
Rechter: Nog een klein puntje. U zou niet bellen met Tonny. Nou heb ik gelezen dat uw ouders u naar het ziekenhuis zouden brengen. U vond een briefje dat hij naar zaalvoetballen was. Waarom heeft u niet gebeld?
Pinny: Ik was te ziek om te bellen.
Rechter: Dank u, ik heb verder geen vragen meer.
Betty Wind merkte nog op: Weet u wat uw zuster vertelde? U zou lacherig geweest zijn en geen zieke indruk gemaakt hebben.
Lauwaars: Afsluitend. We hebben er weer lang over gesproken. Iemand nog wat?
Betty Wind: Hoe zit dat met Jesse Remmers, hoe zit dat met Nampaul de B., met Mohammed Rasnabe? Heeft u dat nou nooit eens zelf afgevraagd? Nooit eens mee bezig geweest?
Pinny: Ik was gewoon bang.
Betty Wind: Ooit eens met Moppie gesproken?
Pinny: Nee.
Betty Wind: Begrijpt u dat ik daar moeite mee heb dat te geloven?
Pinny: Tja, dat weet ik niet.
Betty Wind: Dank u wel.
Voorzitter Lauwaars wou nog wat zeggen tegen advocaat Mr. Meerman: Ben toch erg onaangenaam getroffen door de verwijten van Dhr. Meerman. We hebben de hele ochtend uitgetrokken. We hebben alle tijd genomen. Dan wil ik dit gezegd hebben. Ik ben daar erg onaangenaam door getroffen. U hoeft niet te reageren, maar ik laat niet alles passeren, ongemerkt.
Lauwaars deelde nog mede dat de planning toch weer enigzins op de schop moet. Niemand heeft garantie wat betreft de getuigen Q5, F1 en F3, dus dit schema houden we waarschijnlijk niet overeind.
Lauwaars: Ik wens iedereen een prettig rest van de dag.
Maandag de 15e gaat het proces verder.
Door Bondtehond.
vrijdag 12 maart 2010
donderdag 11 maart 2010
'Ik wil niets horen wat je ook niet aan de politie zou vertellen'
Pinny Song, een van de verdachten in het liquidatieproces zit al meer dan 2 jaar in voorarrest. Kortgeleden heeft zij een andere advocaat genomen, Mr. R.D. Meerman van het Kantoor Plasman - Advocaten. Deze nieuwe raadsman heeft haar aangeraden zich, in tegenstelling tot haar oude raadsman Mr. Brander, niet meer alleen te beroepen op haar zwijgrecht. Mr. Meerman denkt daar anders over. Mischien was het zelfs beter geweest vanaf het begin vragen gewoon te beantwoorden. Pinny Song had kortgeleden aangegeven dat zij nu wel wat wilde verklaren. Groot gedeelte van de dag werd daar vandaag aan besteed. OM en rechters vuurden nu voor de zoveelste keer een reeks vragen op de verdachte af. Men vroeg zich ook af waarom zij dan al die jaren bleef zwijgen. In 1993 was zij immers al verhoord en had zelfs ook enige tijd vastgezeten op verdenking van de opdracht geven voor de liquidatie op Tonny van Maurik. Dit heeft zij altijd ten stelligste ontkend. Maar waarom ze dan niet gewoon vertelde hoe zij dan dacht hoe het wel gegaan was, en waarom zij zich bleef beroepen op haar zwijgrecht, daar kon ze maar een antwoord op geven: Mijn advocaat wilde dat zo....
Aanvankelijk begon het verhoor wat stroef. Pinny kon zich blijkbaar niet veel herinneren bij de eerste vragen. Voorzitter Lauwaars merkte op een gegeven moment op dat hij het nut van deze bijeenkomst dan niet echt zag als Pinny zich voortdurend niets kon herinneren. Een tweede rechter voegde daaraan toe dat haar vragen tot nu toe niets opleverden. Het klonk bij beide rechters lichtelijk geïrriteerd. Mr. Meerman vond echter dat Pinny de vragen beantwoordde die werden gesteld. Mischien moesten de rechters maar eens vragen: Wat weet u van mijnheer Rasnabe? De rechter antwoordde: Dat heb ik dacht ik gevraagd. Het verhoor ging hierna allemaal wel wat gesmeerder. Mischien dat Pinny even een duwtje in de rug nodig had.
De familie van Pinny waren net zoals de keren hiervoor dat zij voor de rechtbank verscheen ook weer allen aanwezig. Zij steunen haar door dik en dun en geloven ook allen steevast in haar onschuld. Paul Visser, de zoon van Pinny, heeft kortgeleden ook nog een verklaring afgelegd bij de politie. Daar werd zijdelings over gesproken. Zo opende de rechter vandaag ook de zitting, met deze mededeling. Of Pinny wilde beginnen met datgeen ze nu wel wilde verklaren of met een brief die aan de rechtbank is gezonden. De keuze was dat laatste. In de brief staat dat het klopte dat Moppie wel een periode bij haar woonde. Moppie was het huis uitgezet door zijn ouders en daarom mocht hij bij Pinny wonen. Hij was een vriend van haar zonen waarmee hij samen naar voetbalwedstrijden ging. Pinny deed in die tijd ook de was voor Moppie.
Samengevat enkele passages uit het verhoor:
Rechter: Er was een vriendenclubje om u zonen heen. Mijnheer Remmers, kent u die?
Pinny: Nee, hij is wel eens met Rasnabe meegeweest, maar was niet echt een vriend van mijn zoons. Ik was er natuurlijk ook vaak niet. Moppie was al wel eens bij mij, maar Jesse niet.
Rechter: Kwam Nampaul de B. wel eens bij u?
Pinny: Nee.
Rechter: Freek Stevens?
Pinny: Nee. Hij werkte bij een tankstation.
Rechter: Niet bij een bedrijf waar uw zoon ook werkte?
Pinny: Dat was veel later.
Rechter: Kende u Rommy?
Pinny: Ja. Ik heb hem een keer gezien. Ik moest was ophalen bij de wasserij in Abcoude. Toen heb ik Henk gezien ja.
Rechter: Werd hij aan u voorgesteld?
Pinny: Ja.
Rechter: En de relatie Rasnabe - Rommy?
Pinny: Nee, weet ik niets van.
Rechter: Rasnabe was toen bij Rommy?
Pinny: Ja.
Rechter: Dus op het adres van Rommy ging u de was afgeven?
Pinny: Ja.
-Hierna kwamen de rechters op de avond van de liquidatie bij het Altea-hotel. Men vroeg zich af waarom Pinny de afspraak met Tonny afgezegd had? Volgens Pinny was er niet echt een afspraak geweest en had zij zich niet lekker gevoeld die avond. Daarom was zij niet gegaan. Pinny was die avond met haar man Tonny Visser naar het ziekenhuis gegaan. Er zou eigenlijk nog gebeld worden met Tonny van Maurik voor een definitieve afspraak. Dat is echter toen niet gebeurd. Kennelijk had Tonny in zijn beleving al wel een afspraak gehad. Pinny bleef echter volhouden dat ze geen definitieve afspraak hadden gemaakt bij het Altea-hotel. Volgens een eerdere verklaring sprak ze wel vaker af bij het Altea-hotel en een Esso-pompstation. Nu zei Pinny dat ze nou ook weer niet zo vaak afspraken. Wat er precies is gebeurd, weet ze niet.
-Er is een keer gebeld met een toestel vanaf de woonboot met een toestel waarvan het nummer eindigde op 1810. Volgens Pinny was zij dat niet. Wie het dan wel was, kon Pinny niet zeggen, maar in die tijd deed haar zusje de was voor Moppie, dus mischien was zij het. Haar zusje is volgens Pinny erg labiel en had veel psychische problemen. Het zusje van Pinny had nl verklaard dat Pinny wel degelijk had gebeld met Moppie in die tijd, maar dat liegt ze, volgens Pinny. Ze weet ook zeker dat haar zusje contact heeft gehad met Moppie over de was en het eten. De elf keer dat er vanaf de woonboot gebeld is met een toestel van Moppie waren waarschijnlijk de zonen van Pinny. En vanaf het huis van haar ouders dus haar zusje.
- Pinny werd wakker gemaakt in het ziekenhuis door haar partner Tonny Visser. Die zei: Weet je wie er doodgeschoten is? Tonny van Maurik, zei ie toen. Rechter: Hoe wist hij dat? Pinny: Dat weet ik niet. Hij had met iemand gebeld. Rechter: Het ligt toch voor de hand dat hij vertelde met wie hij belde? Pinny: Volgens mij zei hij, je moet even in de krant lezen. Partner Tonny Visser heeft in die tijd niet verteld van wie hij het nou gehoord had. Later bleek dat ene Joop K. geweest te zijn. Deze kon het zich allemaal niet meer herinneren later. Er is op die ochtend een contact van 1 minuut geweest tussen tussen toestel 1810 en de woonboot. Rechter: Je zou kunnen zeggen dat de 1810 met uw partner belt en dat die het weer aan u doorgeeft. Pinny: Dat weet ik niet. Niemand weet het meer. Rechter: Het toestel 1810 wordt op dat moment uitgepeild in Krimpen a/d IJsel. Dat is een toestel dat wordt toegeschreven aan Dhr. Henk Rommy, vanuit Maarsen en Krimpen a/d IJsel.
- Karin Zwager, een oud-collega prostituee uit de Stoofsteeg waar Pinny werkzaam was in de tijd van de liquidatie, die inmiddels overleden is, heeft een belastende verklaring afgelegd over Pinny. Volgens Pinny liegt zij dat ze aan haar gevraagd zou hebben Tonny dood te laten schieten. Geurt Roos en Rick Lam hadden het verhaal van Karin wel bevestigd, maar Pinny bleef volhouden dat ze liegt. Waarom weet ze niet. Ze had Karin vaak geholpen. Ze zat aan de coke, en Pinny gaf haar vaak geld. Op een gegeven moment werd het haar te veel. Mischien zit daar een motief om Pinny te beschuldigen, omdat ze geen geld meer kreeg. Karin begon Pinny toen te chanteren. Ze wou 25.000 gulden hebben. De rechter vond het vreemd dat Pinny daar dan niet open over is geweest tegen de politie, als ze toch niets te verbergen had. Pinny had in die tijd wel contact met Kees de buurtagent van de Wallen, maar ze had dit niet verteld omdat ze er gewoon heel erg mee zat, aldus Pinny. Karin Zwager heeft verteld dat Pinny Moppie Rasnabe heeft ingeschakeld om Tonny van Maurik dood te schieten. Allemaal onzin, zegt Pinny nu. Karin kende Moppie niet eens in die tijd. Ze had hem nooit gezien. Ook dat Pinny 10.000 gulden voor wapens zou hebben gegeven is gelogen. Karin was een heel vreemd meisje, ze had de pest aan Tonny van Maurik. Ze vond hem arrogant en vervelend. De officier van justitie merkte nog wel op dat het vreemd is dat Pinny überhaupt gevoelig is voor chantage als alles gelogen is van Karin.....
- De rechter hield Pinny stukken voor. Er was een afspraak met Tonnie van Eunen in Motel Breukelen. Er is ook een tapgesprek. Pinny verteld dan uit zichzelf: Ze zaten in de pillen. Ze brachten ze met een camper naar Zweden, een ouder echtpaar. Dat heeft een paar jaar geduurd. De winst lieten ze staan om weer te investeren. Op een gegeven moment was de hele camper weg. Ik wilde daar over praten. Dat ging niet over Tonny. Dat ging over heel wat anders. Ik kwam daar, toen liet ie een wapen zien. Hij zei ook, ik ben niet alleen gekomen. Daar was ik kwaad over.
Rechter: Wat wilde u bespreken?
Pinny: Hoe het zo gelopen was. Hoe het kon allemaal. Hij zei, ik wil niet dat je het hebt over die pillen. We hebben twee minuten gesproken. Hij zei het en vertrok weer.
Rechter: Die mijnheer B., dat was de bodyguard, zegt dat het een ontmoeting met u was en het komt er min of meer op neer dat u op een beetje jankerige toon zou hebben gezegd: Dit was nou ook weer niet de bedoeling. Mijnheer van Eunen is inmiddels overleden. De broer van mijnheer van Maurik heeft Dhr. van Eunen gesproken en zegt dat hij u afwimpelde. Hij zou gezegd hebben: Ik wil niets horen wat je ook niet aan de politie zou vertellen.
Rechter: Wat is er nou wel besproken?
Pinny: Bijna niets.
Rechter: Wat dan wel?
Pinny: Nou, bijna niets.
Rechter: Wat houd dat in? Vertel dan.
Pinny: Ik had nog heel veel pillen thuis staan. Ik wilde daar geen last mee krijgen. Hij moest ze ophalen. Hij zei toen, gooi ze maar weg. Ik zei, waarom heb je die jongen meegenomen? Als die meneer B. erbij had gezeten, had ik niet over die pillen gesproken. Dat deed ik gewoon niet als anderen erbij waren. Ik vond het gewoon raar dat ie kwam met een pistool en een vriendje wat bij de deur stond, en buiten stonden er ook nog een paar.
Rechter: De getuigen verzinnen gewoon dat er over is gesproken? Dat Van Eunen met u over de dood van Tonny van Maurik heeft gesproken?
Pinny: Ik heb het daar helemaal niet over gehad toen. Die B. zat buiten in de hal om de hoek ergens. Er is bijna niets besproken.
Lauwaars ging verder: Dat 'bijna', als er iets is gezegd, is er iets gezegd. Wat is het nou? We doen aan waarheidsvinding. Bijna niks, is toch iets. Er is wel iets besproken, maar u weet niet meer wat? U wilde zelf een moment op zitting. Waar wilde u het dan over hebben?
Morgen nog een laatste gedeelte van het verhoor.
Door Bondtehond
Aanvankelijk begon het verhoor wat stroef. Pinny kon zich blijkbaar niet veel herinneren bij de eerste vragen. Voorzitter Lauwaars merkte op een gegeven moment op dat hij het nut van deze bijeenkomst dan niet echt zag als Pinny zich voortdurend niets kon herinneren. Een tweede rechter voegde daaraan toe dat haar vragen tot nu toe niets opleverden. Het klonk bij beide rechters lichtelijk geïrriteerd. Mr. Meerman vond echter dat Pinny de vragen beantwoordde die werden gesteld. Mischien moesten de rechters maar eens vragen: Wat weet u van mijnheer Rasnabe? De rechter antwoordde: Dat heb ik dacht ik gevraagd. Het verhoor ging hierna allemaal wel wat gesmeerder. Mischien dat Pinny even een duwtje in de rug nodig had.
De familie van Pinny waren net zoals de keren hiervoor dat zij voor de rechtbank verscheen ook weer allen aanwezig. Zij steunen haar door dik en dun en geloven ook allen steevast in haar onschuld. Paul Visser, de zoon van Pinny, heeft kortgeleden ook nog een verklaring afgelegd bij de politie. Daar werd zijdelings over gesproken. Zo opende de rechter vandaag ook de zitting, met deze mededeling. Of Pinny wilde beginnen met datgeen ze nu wel wilde verklaren of met een brief die aan de rechtbank is gezonden. De keuze was dat laatste. In de brief staat dat het klopte dat Moppie wel een periode bij haar woonde. Moppie was het huis uitgezet door zijn ouders en daarom mocht hij bij Pinny wonen. Hij was een vriend van haar zonen waarmee hij samen naar voetbalwedstrijden ging. Pinny deed in die tijd ook de was voor Moppie.
Samengevat enkele passages uit het verhoor:
Rechter: Er was een vriendenclubje om u zonen heen. Mijnheer Remmers, kent u die?
Pinny: Nee, hij is wel eens met Rasnabe meegeweest, maar was niet echt een vriend van mijn zoons. Ik was er natuurlijk ook vaak niet. Moppie was al wel eens bij mij, maar Jesse niet.
Rechter: Kwam Nampaul de B. wel eens bij u?
Pinny: Nee.
Rechter: Freek Stevens?
Pinny: Nee. Hij werkte bij een tankstation.
Rechter: Niet bij een bedrijf waar uw zoon ook werkte?
Pinny: Dat was veel later.
Rechter: Kende u Rommy?
Pinny: Ja. Ik heb hem een keer gezien. Ik moest was ophalen bij de wasserij in Abcoude. Toen heb ik Henk gezien ja.
Rechter: Werd hij aan u voorgesteld?
Pinny: Ja.
Rechter: En de relatie Rasnabe - Rommy?
Pinny: Nee, weet ik niets van.
Rechter: Rasnabe was toen bij Rommy?
Pinny: Ja.
Rechter: Dus op het adres van Rommy ging u de was afgeven?
Pinny: Ja.
-Hierna kwamen de rechters op de avond van de liquidatie bij het Altea-hotel. Men vroeg zich af waarom Pinny de afspraak met Tonny afgezegd had? Volgens Pinny was er niet echt een afspraak geweest en had zij zich niet lekker gevoeld die avond. Daarom was zij niet gegaan. Pinny was die avond met haar man Tonny Visser naar het ziekenhuis gegaan. Er zou eigenlijk nog gebeld worden met Tonny van Maurik voor een definitieve afspraak. Dat is echter toen niet gebeurd. Kennelijk had Tonny in zijn beleving al wel een afspraak gehad. Pinny bleef echter volhouden dat ze geen definitieve afspraak hadden gemaakt bij het Altea-hotel. Volgens een eerdere verklaring sprak ze wel vaker af bij het Altea-hotel en een Esso-pompstation. Nu zei Pinny dat ze nou ook weer niet zo vaak afspraken. Wat er precies is gebeurd, weet ze niet.
-Er is een keer gebeld met een toestel vanaf de woonboot met een toestel waarvan het nummer eindigde op 1810. Volgens Pinny was zij dat niet. Wie het dan wel was, kon Pinny niet zeggen, maar in die tijd deed haar zusje de was voor Moppie, dus mischien was zij het. Haar zusje is volgens Pinny erg labiel en had veel psychische problemen. Het zusje van Pinny had nl verklaard dat Pinny wel degelijk had gebeld met Moppie in die tijd, maar dat liegt ze, volgens Pinny. Ze weet ook zeker dat haar zusje contact heeft gehad met Moppie over de was en het eten. De elf keer dat er vanaf de woonboot gebeld is met een toestel van Moppie waren waarschijnlijk de zonen van Pinny. En vanaf het huis van haar ouders dus haar zusje.
- Pinny werd wakker gemaakt in het ziekenhuis door haar partner Tonny Visser. Die zei: Weet je wie er doodgeschoten is? Tonny van Maurik, zei ie toen. Rechter: Hoe wist hij dat? Pinny: Dat weet ik niet. Hij had met iemand gebeld. Rechter: Het ligt toch voor de hand dat hij vertelde met wie hij belde? Pinny: Volgens mij zei hij, je moet even in de krant lezen. Partner Tonny Visser heeft in die tijd niet verteld van wie hij het nou gehoord had. Later bleek dat ene Joop K. geweest te zijn. Deze kon het zich allemaal niet meer herinneren later. Er is op die ochtend een contact van 1 minuut geweest tussen tussen toestel 1810 en de woonboot. Rechter: Je zou kunnen zeggen dat de 1810 met uw partner belt en dat die het weer aan u doorgeeft. Pinny: Dat weet ik niet. Niemand weet het meer. Rechter: Het toestel 1810 wordt op dat moment uitgepeild in Krimpen a/d IJsel. Dat is een toestel dat wordt toegeschreven aan Dhr. Henk Rommy, vanuit Maarsen en Krimpen a/d IJsel.
- Karin Zwager, een oud-collega prostituee uit de Stoofsteeg waar Pinny werkzaam was in de tijd van de liquidatie, die inmiddels overleden is, heeft een belastende verklaring afgelegd over Pinny. Volgens Pinny liegt zij dat ze aan haar gevraagd zou hebben Tonny dood te laten schieten. Geurt Roos en Rick Lam hadden het verhaal van Karin wel bevestigd, maar Pinny bleef volhouden dat ze liegt. Waarom weet ze niet. Ze had Karin vaak geholpen. Ze zat aan de coke, en Pinny gaf haar vaak geld. Op een gegeven moment werd het haar te veel. Mischien zit daar een motief om Pinny te beschuldigen, omdat ze geen geld meer kreeg. Karin begon Pinny toen te chanteren. Ze wou 25.000 gulden hebben. De rechter vond het vreemd dat Pinny daar dan niet open over is geweest tegen de politie, als ze toch niets te verbergen had. Pinny had in die tijd wel contact met Kees de buurtagent van de Wallen, maar ze had dit niet verteld omdat ze er gewoon heel erg mee zat, aldus Pinny. Karin Zwager heeft verteld dat Pinny Moppie Rasnabe heeft ingeschakeld om Tonny van Maurik dood te schieten. Allemaal onzin, zegt Pinny nu. Karin kende Moppie niet eens in die tijd. Ze had hem nooit gezien. Ook dat Pinny 10.000 gulden voor wapens zou hebben gegeven is gelogen. Karin was een heel vreemd meisje, ze had de pest aan Tonny van Maurik. Ze vond hem arrogant en vervelend. De officier van justitie merkte nog wel op dat het vreemd is dat Pinny überhaupt gevoelig is voor chantage als alles gelogen is van Karin.....
- De rechter hield Pinny stukken voor. Er was een afspraak met Tonnie van Eunen in Motel Breukelen. Er is ook een tapgesprek. Pinny verteld dan uit zichzelf: Ze zaten in de pillen. Ze brachten ze met een camper naar Zweden, een ouder echtpaar. Dat heeft een paar jaar geduurd. De winst lieten ze staan om weer te investeren. Op een gegeven moment was de hele camper weg. Ik wilde daar over praten. Dat ging niet over Tonny. Dat ging over heel wat anders. Ik kwam daar, toen liet ie een wapen zien. Hij zei ook, ik ben niet alleen gekomen. Daar was ik kwaad over.
Rechter: Wat wilde u bespreken?
Pinny: Hoe het zo gelopen was. Hoe het kon allemaal. Hij zei, ik wil niet dat je het hebt over die pillen. We hebben twee minuten gesproken. Hij zei het en vertrok weer.
Rechter: Die mijnheer B., dat was de bodyguard, zegt dat het een ontmoeting met u was en het komt er min of meer op neer dat u op een beetje jankerige toon zou hebben gezegd: Dit was nou ook weer niet de bedoeling. Mijnheer van Eunen is inmiddels overleden. De broer van mijnheer van Maurik heeft Dhr. van Eunen gesproken en zegt dat hij u afwimpelde. Hij zou gezegd hebben: Ik wil niets horen wat je ook niet aan de politie zou vertellen.
Rechter: Wat is er nou wel besproken?
Pinny: Bijna niets.
Rechter: Wat dan wel?
Pinny: Nou, bijna niets.
Rechter: Wat houd dat in? Vertel dan.
Pinny: Ik had nog heel veel pillen thuis staan. Ik wilde daar geen last mee krijgen. Hij moest ze ophalen. Hij zei toen, gooi ze maar weg. Ik zei, waarom heb je die jongen meegenomen? Als die meneer B. erbij had gezeten, had ik niet over die pillen gesproken. Dat deed ik gewoon niet als anderen erbij waren. Ik vond het gewoon raar dat ie kwam met een pistool en een vriendje wat bij de deur stond, en buiten stonden er ook nog een paar.
Rechter: De getuigen verzinnen gewoon dat er over is gesproken? Dat Van Eunen met u over de dood van Tonny van Maurik heeft gesproken?
Pinny: Ik heb het daar helemaal niet over gehad toen. Die B. zat buiten in de hal om de hoek ergens. Er is bijna niets besproken.
Lauwaars ging verder: Dat 'bijna', als er iets is gezegd, is er iets gezegd. Wat is het nou? We doen aan waarheidsvinding. Bijna niks, is toch iets. Er is wel iets besproken, maar u weet niet meer wat? U wilde zelf een moment op zitting. Waar wilde u het dan over hebben?
Morgen nog een laatste gedeelte van het verhoor.
Door Bondtehond
Labels:
Advocaten
,
De Bunker
,
Jesse Remmers
,
Liquidatieproces
,
Moppie Rasnabe
,
Passage
,
Pinny Song
woensdag 10 maart 2010
'Die Jesse, Giuseppe en Ali, die ken ik allemaal niet'
Na het verhoor dinsdag op zitting door Mr. Jan Hein Kuijpers was het de beurt aan de advocaten van Jesse Remmers, Mr. Paul Waarts en Mr. Sander Jansen, de getuige Malika Nasri ook enkele vragen te stellen. Hieronder, in het tweede gedeelte, een samenvatting van enkele vragen uit dit verhoor. Dit was kort voor de middag. Tijdens de middagpauze kon Getuige Malika Nasri haar twee verklaringen lezen, die uit 1996 en ook de jongste, waarin zij beweerde dat Jesse wel aanwezig was bij een gesprek in de huiskamer van de familie Verbaan in tegenstelling tot wat ze zei in '96. 's Middags kwam Ali Akgün voor de rechtbank in De Bunker en werd zoals gewoonlijk bijgestaan door Mr. Nico Meijering. Ali had in de EBI enkele geluidsdragers beluisterd, en naar aanleiding daarvan had dat bij hem vragen opgeroepen. Er werden vier geluids-fragmenten aan de rechtbank voorgedragen. Iedereen in de rechtszaal en op de publieke tribune kon meeluisteren met een verhoor van Maria Houtman, de weduwe van de geliquideerde Kees Houtman.
De hoofd-parketwacht zette de apparatuur vast klaar, maar eerst kregen advocaten Mr. Paul Waarts en Mr. Sander Janssen van Jesse Remmers dus nog het woord.
Mr. Sander Janssen begon: Wist u van te voren dat die Joegoslaven zouden worden doodgeschoten?
Malika: Nee, dat weet ik niet.
De rechter merkte op: U hoeft daarop niet te antwoorden, als u uzelf zou belasten.
Janssen : U zou hebben gezegd: Raymond en Moppie zouden iemand gaan doodschieten. Kunt u zich dat herinneren?
Malika: Nee.
Janssen: Kunt u zich herinneren wanneer Raymond dat verteld heeft?
Malika: In die periode werd zoveel besproken. Hij deed vaak geheimzinnig.
Janssen: Als ik u zeg, dat gesprek met Raymond en Moppie is er wat besproken. Dat Raymond u bepaalde dingen heeft verteld. Kunt u zich herinneren die bewuste avond?
Malika: Daar heb ik over verteld. Maar, ik heb pijn. Als ik lang moet zitten, krijg ik steeds steken.
Voorzitter Lauwaars besloot dat het tijd voor een korte pauze was. Na deze schorsing was Malika wat bijgekomen en had ook wat minder pijn-steken van het zitten.
Lauwaars: Gaat het weer een beetje mevrouw Nasri?
Malika: Ja.
Mr. Waarts ging verder: Kunt u zich herinneren of u eerder met leden van de familie Verbaan gesproken heeft over die Joegoslaven?
Malika: Ja. Ze hadden wel verteld dat ze ze bang zouden maken.
Waarts: Bang zouden maken?
Malika: Ja.
Waarts: Waar was vader Verbaan?
Malika: Vader Verbaan werd overal buiten gehouden.
Waarts: We zitten wel even met de Agenda. Later die avond vond er een soort krijgsberaad plaats?
Malika: Ik ken het woord ja.
Mr. Waarts herhaalde zinnen uit een verklaring: Uit de gesprekken zijn senior en junior daar bij. George en Samir zouden omgebracht worden. Raymond en Moppie waren er nog niet bij. Er wordt wel gezegd dat ik nooit iets mag vertellen. Kunt u zich dat herinneren?
Malika: Flarden ja.
Waarts: Er zou al voor Raymond en Moppie kwamen over gesproken zijn.
Malika: Weet ik niet meer.
Waarts: Het zou een soort krijgsberaad zijn? Heeft u dat zo gezegd?
Malika: Ik weet wel wat het betekend.
Verderop:
Waarts: Kende u ook de broers van Jesse Remmers?
Malika: Nee, ik heb geen familie gezien.
Waarts: Zag u wel eens een ander persoon met een Indonesisch uiterlijk?
Malika: Ik woonde in een wijk met Molukse mensen. Of er meer Indonesische jongens waren? Nee.... Nee, ik dacht het niet.
Malika later, over de verschillende verklaringen: Mag ik de beide verklaringen ook lezen? Dat is mij toegezegd.
OM: Ja dat mag, het is u toegezegd, dus...
Waarts: We zouden dan wel willen dat mevrouw Nasri daar dan ook meteen een reactie op geeft.
Officier van justitie Betty Wind: Ik ben het wel eens met mijnheer Waarts, als ze nu de verklaringen leest, dat ze ook een reactie geeft hier op.
Lauwaars: Dan houden we nu maar luchpauze. We zijn 13:15 terug in de zaal.
Na de middagpauze zat iedereen klaar in de zaal en vroeg Lauwaars om een reactie op de verklaringen van Malika.
Rechter: U heeft de verklaringe gelezen. Wat is u opgevallen?
Malika: Dat de verklaringen die ik heb gegeven, dat dat zo is.
Rechter: Wijken ze nog af?
Malika: De verklaringen van '96 wijken eigenlijk niet veel af van wat ik steeds heb verklaard.
Rechter: De punten die wel afwijken, welke zijn dat?
Malika: Er zijn niet specifiek dingen naar boven gekomen.
Rechter: Blijft u erbij?
Malika: Ja.
Mr. Waarts: Blijft u bij de verklaring van vanochtend?
Rechter: Dat is wel een algemene vraag....
Malika: Ja, ik blijf erbij.
Rechter: Dit was het. We hopen dat u niet meer terug hoeft te komen.
Betty Wind: De verklaring die ze heeft gelezen in de pauze hebben we ook weer terug ingenomen. Dat wilde ik even mededelen.
Lauwaars: Bedankt mijnheer Remmers dat u zo inschikkelijk was.
Jesse Remmers geinde met Lauwaars: Ik zei, ik wil wel eventjes naar beneden..... (het werd een paar uur)
Lauwaars: Onze excuses dat het wat langer is geworden. Er is inmiddels wat klaargezet voor de audio-weergave. Mijnheer Meijering heeft wat te vertellen met zijn cliënt Ali Akgün. De verdachten uit Perugia zijn allen aanwezig. Er zijn geluidsfragmenten waarover gecorrespondeerd is.
Op de vraag met welk doel de rechtbank deze geluidsdragers zou moeten beluisteren, antwoordde Mr.Meijering dat Ali de rechtbank graag de intonatie van mevrouw Houtman wilde laten horen.
Mr. Meijering: Het is goed om op te letten van Ali, op:Welke Ali is dat? Daarna komt er een andere tekst dan daar staat. (in het proces-verbaal van de uitwerking) Voorts op: 'Allemaal', is natuurlijk dat zwikkie wat is opgepakt. Die Jesse en die Ali, en die gozer in Spanje ken ik ook niet. En op: Nu heb ik op het nieuws gehoord dat een Turk Kees heeft doodgeschoten.
Lauwaars: Zullen we dan nu gaan luisteren? Ik zie geen verzet, laten we dat maar doen dan.
Bij het eerste fragment klonk de stem van Maria Houtman en een rechercheur van de CIE luid en duidelijk over de speakers. Wat volgt zijn samenvattingen uit deze fragmenten.
Fragment 1:
Rechercheur: Wat heb je over deze zaak gehoord?
Maria Houtman: Ja, genoeg hè. Van die vent die ze nu hebben gepakt, dat hij dus Kees heeft vermoord.
Rechercheur: Welke vent?
Maria Houtman: Die Giuseppe. En nog een Turk, ene Ali. En 'Treber', dat staat toch in alle boekjes. ('Treber' is slecht hoorbaar)
Rechercheur: Welke Ali?
Maria Houtman: Weet ik niet.
Rechercheur: Hoe weet je dat?
Maria Houtman: In de krant staat dat, dus dat lees ik ook.
Rechercheur: Wat heeft u gelezen?
Maria Houtman: Nou dat. Het belangrijkste dat die Giuseppe mee heeft gedaan aan de moord op Kees. Ik vind het ook zo raar dat ze het eerder horen dan ik.
Rechercheur: Hoe bedoeld u dat?
Maria Houtman: Nou, zoals ik het zeg, dat de media het eerder weet dan ik.
Rechter: "Treber" staat toch in alle boekjes?!
Peter La Serpe klonk ineens over de speakers en hielp de rechter: 'Treber' is Fred R. Hier in de kleine ruimte is het goed hoorbaar, het is Fred R.
Advocate van het kantoor van Mr. Peter Plasman: Fred R. is mijn client en die staat niet in alle boekjes.
Rechter: Zijn we het allen over eens dat over een woord onduidelijkheid bestaat?
Ali Akgün: Ik heb Treber gehoord, geen Fred R. Mischien is dat een stopwoordje?
Fragment 2:
Rechercheur: Ik kan het me voorstellen dat je die mensen niet kent. Ken je de mensen die Kees kent?
Maria Houtman: Nee, dat zwikkie wat nu opgepakt is, ken ik allemaal niet. Die Jesse, Giuseppe en Ali, die ken ik allemaal niet. En die gozer die in Spanje is gepakt, die ken ik ook niet.
Fragment 3:
Maria Houtman: Atilla had ruzie met een Turk. Enne, hij heeft dus in de Bulldog geroepen, tegen Dino en een Turk, die Ali A. bleek dus achteraf.
Rechercheur: Hoe heb je dat gehoord?
Maria Houtman: Nou, ook van vrienden hè. Kees had dat ook verteld. Hij had die BMW aan hem gegeven. Hij zat in de rottigheid.
Rechercheur: Die Atilla?
Maria Houtman: Ja, die Atilla.
Rechercheur: Waarom zat ie in de rottigheid?
Maria Houtman: Nou, om wat ik je net vertelde.
Fragment 4:
Maria Houtman in gesprek met Dhr. Gietema. (politie-inspecteur)
Maria Houtman: We weten in ieder geval niets af of dat ze in de Hallen er over uitgelaten hebben. Nou ja, Kees zal mischien een keer gezegd hebben van: 'Ik vermoord hem terug'. Je weet niet wat Holleeder allemaal bij hem had. Het was toch wel een behoorlijke ploeg, Ze kwamen steeds met anderen. Niemand alleen. Nou heb ik ook op het nieuws gehoord dat het een Turk was die Kees heeft doodgeschoten.
("Hard geluid" - Er valt iets om, waarschijnlijk een bekertje, daarna is er een korte stilte)
Maria Houtman: Nou ja, ik heb het niet van jou gehoord. Het was op mijn verjaardag dat ik het hoorde. Ik zeg expres jij. Dat ik het niet van jou heb gehoord.
Dhr Gietema: We willen eerst graag jouw verhaal horen. Niet dat je het inkleedt.
Maria Houtman: Nee, dat is logisch. Dat is het spelletje dit.
Dhr. Gietema: Nou ja spelletje. Je kunt het een spelletje noemen.
Maria Houtman: Nou, ik ga niet op de TV hoor.
Dhr. Gietema: Jouw verklaring blijft veel waard als het van jezelf komt.
Maria Houtman: Ja, dat snap ik.
Zo ging dit laatste fragment in grote lijnen.
Mr. Nico Meijering had hierover een opmerking: Wat ik van belang vind. Mevrouw Houtman zegt na, 'die Kees heeft doodgeschoten', 'Nou ja, ik heb het niet van jou gehoord'. Tijdens dit fragment valt er ook een bekertje of blikje om. Er valt daarna een stilte.
Mr. Meijering verbond er nog geen conclusies aan, maar merkte nog wel op: Op 6 December was er nog helemaal niet bekend dat er een Turk was gearresteerd.....
(was 6 December de verjaardag van Maria Houtman? red.)
De rechters reageerden verder niet op deze opmerking van Mr. Meijering. Dit zal later in het proces gebeuren. Het is in ieder geval iets voor de rechters om te overdenken. Wel vroeg een van de rechters aan Nico Meijering of dit het was en of het hierbij als afgesloten kon worden beschouwd. Dat kon.
Dit laatste fragment klonk inderdaad een beetje vreemd. Na dit fragment hoorde je buiten de zaal ook van een aantal mensen dat het erop leek of er seintjes werden gegeven en dat het leek of het bekertje expres omgegooit werd op dit bewuste moment. Dit is op z'n minst opmerkelijk te noemen. Nu begrijp je ook beter waarom Ali en zijn raadsman nou persé wilden dat de rechtbank deze fragmenten kreeg te horen.
Tot slot liep een van de rechters nog wat agenda-punten door.
Donderdag 11 Maart komen de resterende telecomvragen aan bod. Pinny Song wil alsnog verklaren op een aantal punten.
Rechter: Mijnheer La Serpe, u zou ook nog wat te zeggen hebben?
De advocaat van La Serpe, Mr. van Schaik reageerde voor zijn cliënt: Dat is juist. Cliënt wil een verklaring afleggen. We hebben de indruk dat het zaaksoverstijgende invloed heeft.
Rechter: Dan moeten we daar rekening mee houden dat dat ook tijd in beslag neemt. Dit komt maandag de 15e aan bod.
Mr. Meijering had nog een verzoek aan de rechtbank om met zijn cliënt in de EBI samen geluidsdragers te kunnen beluisteren rondom getuige Q5.
Volgens Betty Wind hoefde dit verzoek niet via de rechtbank te lopen. Cliënt en raadsman kunnen dit desnoods ook in de Bunker doen. De EBI heeft een eigen regime. Als geluidsdragers in stilte zouden moeten worden beluisterd, kan het zijn dat de EBI bezwaar maakt, gezien het veiligheidsbelang. Volgens Wind heeft men daar rekening mee te houden.
Morgen verder.
Door Bondtehond
De hoofd-parketwacht zette de apparatuur vast klaar, maar eerst kregen advocaten Mr. Paul Waarts en Mr. Sander Janssen van Jesse Remmers dus nog het woord.
Mr. Sander Janssen begon: Wist u van te voren dat die Joegoslaven zouden worden doodgeschoten?
Malika: Nee, dat weet ik niet.
De rechter merkte op: U hoeft daarop niet te antwoorden, als u uzelf zou belasten.
Janssen : U zou hebben gezegd: Raymond en Moppie zouden iemand gaan doodschieten. Kunt u zich dat herinneren?
Malika: Nee.
Janssen: Kunt u zich herinneren wanneer Raymond dat verteld heeft?
Malika: In die periode werd zoveel besproken. Hij deed vaak geheimzinnig.
Janssen: Als ik u zeg, dat gesprek met Raymond en Moppie is er wat besproken. Dat Raymond u bepaalde dingen heeft verteld. Kunt u zich herinneren die bewuste avond?
Malika: Daar heb ik over verteld. Maar, ik heb pijn. Als ik lang moet zitten, krijg ik steeds steken.
Voorzitter Lauwaars besloot dat het tijd voor een korte pauze was. Na deze schorsing was Malika wat bijgekomen en had ook wat minder pijn-steken van het zitten.
Lauwaars: Gaat het weer een beetje mevrouw Nasri?
Malika: Ja.
Mr. Waarts ging verder: Kunt u zich herinneren of u eerder met leden van de familie Verbaan gesproken heeft over die Joegoslaven?
Malika: Ja. Ze hadden wel verteld dat ze ze bang zouden maken.
Waarts: Bang zouden maken?
Malika: Ja.
Waarts: Waar was vader Verbaan?
Malika: Vader Verbaan werd overal buiten gehouden.
Waarts: We zitten wel even met de Agenda. Later die avond vond er een soort krijgsberaad plaats?
Malika: Ik ken het woord ja.
Mr. Waarts herhaalde zinnen uit een verklaring: Uit de gesprekken zijn senior en junior daar bij. George en Samir zouden omgebracht worden. Raymond en Moppie waren er nog niet bij. Er wordt wel gezegd dat ik nooit iets mag vertellen. Kunt u zich dat herinneren?
Malika: Flarden ja.
Waarts: Er zou al voor Raymond en Moppie kwamen over gesproken zijn.
Malika: Weet ik niet meer.
Waarts: Het zou een soort krijgsberaad zijn? Heeft u dat zo gezegd?
Malika: Ik weet wel wat het betekend.
Verderop:
Waarts: Kende u ook de broers van Jesse Remmers?
Malika: Nee, ik heb geen familie gezien.
Waarts: Zag u wel eens een ander persoon met een Indonesisch uiterlijk?
Malika: Ik woonde in een wijk met Molukse mensen. Of er meer Indonesische jongens waren? Nee.... Nee, ik dacht het niet.
Malika later, over de verschillende verklaringen: Mag ik de beide verklaringen ook lezen? Dat is mij toegezegd.
OM: Ja dat mag, het is u toegezegd, dus...
Waarts: We zouden dan wel willen dat mevrouw Nasri daar dan ook meteen een reactie op geeft.
Officier van justitie Betty Wind: Ik ben het wel eens met mijnheer Waarts, als ze nu de verklaringen leest, dat ze ook een reactie geeft hier op.
Lauwaars: Dan houden we nu maar luchpauze. We zijn 13:15 terug in de zaal.
Na de middagpauze zat iedereen klaar in de zaal en vroeg Lauwaars om een reactie op de verklaringen van Malika.
Rechter: U heeft de verklaringe gelezen. Wat is u opgevallen?
Malika: Dat de verklaringen die ik heb gegeven, dat dat zo is.
Rechter: Wijken ze nog af?
Malika: De verklaringen van '96 wijken eigenlijk niet veel af van wat ik steeds heb verklaard.
Rechter: De punten die wel afwijken, welke zijn dat?
Malika: Er zijn niet specifiek dingen naar boven gekomen.
Rechter: Blijft u erbij?
Malika: Ja.
Mr. Waarts: Blijft u bij de verklaring van vanochtend?
Rechter: Dat is wel een algemene vraag....
Malika: Ja, ik blijf erbij.
Rechter: Dit was het. We hopen dat u niet meer terug hoeft te komen.
Betty Wind: De verklaring die ze heeft gelezen in de pauze hebben we ook weer terug ingenomen. Dat wilde ik even mededelen.
Lauwaars: Bedankt mijnheer Remmers dat u zo inschikkelijk was.
Jesse Remmers geinde met Lauwaars: Ik zei, ik wil wel eventjes naar beneden..... (het werd een paar uur)
Lauwaars: Onze excuses dat het wat langer is geworden. Er is inmiddels wat klaargezet voor de audio-weergave. Mijnheer Meijering heeft wat te vertellen met zijn cliënt Ali Akgün. De verdachten uit Perugia zijn allen aanwezig. Er zijn geluidsfragmenten waarover gecorrespondeerd is.
Op de vraag met welk doel de rechtbank deze geluidsdragers zou moeten beluisteren, antwoordde Mr.Meijering dat Ali de rechtbank graag de intonatie van mevrouw Houtman wilde laten horen.
Mr. Meijering: Het is goed om op te letten van Ali, op:Welke Ali is dat? Daarna komt er een andere tekst dan daar staat. (in het proces-verbaal van de uitwerking) Voorts op: 'Allemaal', is natuurlijk dat zwikkie wat is opgepakt. Die Jesse en die Ali, en die gozer in Spanje ken ik ook niet. En op: Nu heb ik op het nieuws gehoord dat een Turk Kees heeft doodgeschoten.
Lauwaars: Zullen we dan nu gaan luisteren? Ik zie geen verzet, laten we dat maar doen dan.
Bij het eerste fragment klonk de stem van Maria Houtman en een rechercheur van de CIE luid en duidelijk over de speakers. Wat volgt zijn samenvattingen uit deze fragmenten.
Fragment 1:
Rechercheur: Wat heb je over deze zaak gehoord?
Maria Houtman: Ja, genoeg hè. Van die vent die ze nu hebben gepakt, dat hij dus Kees heeft vermoord.
Rechercheur: Welke vent?
Maria Houtman: Die Giuseppe. En nog een Turk, ene Ali. En 'Treber', dat staat toch in alle boekjes. ('Treber' is slecht hoorbaar)
Rechercheur: Welke Ali?
Maria Houtman: Weet ik niet.
Rechercheur: Hoe weet je dat?
Maria Houtman: In de krant staat dat, dus dat lees ik ook.
Rechercheur: Wat heeft u gelezen?
Maria Houtman: Nou dat. Het belangrijkste dat die Giuseppe mee heeft gedaan aan de moord op Kees. Ik vind het ook zo raar dat ze het eerder horen dan ik.
Rechercheur: Hoe bedoeld u dat?
Maria Houtman: Nou, zoals ik het zeg, dat de media het eerder weet dan ik.
Rechter: "Treber" staat toch in alle boekjes?!
Peter La Serpe klonk ineens over de speakers en hielp de rechter: 'Treber' is Fred R. Hier in de kleine ruimte is het goed hoorbaar, het is Fred R.
Advocate van het kantoor van Mr. Peter Plasman: Fred R. is mijn client en die staat niet in alle boekjes.
Rechter: Zijn we het allen over eens dat over een woord onduidelijkheid bestaat?
Ali Akgün: Ik heb Treber gehoord, geen Fred R. Mischien is dat een stopwoordje?
Fragment 2:
Rechercheur: Ik kan het me voorstellen dat je die mensen niet kent. Ken je de mensen die Kees kent?
Maria Houtman: Nee, dat zwikkie wat nu opgepakt is, ken ik allemaal niet. Die Jesse, Giuseppe en Ali, die ken ik allemaal niet. En die gozer die in Spanje is gepakt, die ken ik ook niet.
Fragment 3:
Maria Houtman: Atilla had ruzie met een Turk. Enne, hij heeft dus in de Bulldog geroepen, tegen Dino en een Turk, die Ali A. bleek dus achteraf.
Rechercheur: Hoe heb je dat gehoord?
Maria Houtman: Nou, ook van vrienden hè. Kees had dat ook verteld. Hij had die BMW aan hem gegeven. Hij zat in de rottigheid.
Rechercheur: Die Atilla?
Maria Houtman: Ja, die Atilla.
Rechercheur: Waarom zat ie in de rottigheid?
Maria Houtman: Nou, om wat ik je net vertelde.
Fragment 4:
Maria Houtman in gesprek met Dhr. Gietema. (politie-inspecteur)
Maria Houtman: We weten in ieder geval niets af of dat ze in de Hallen er over uitgelaten hebben. Nou ja, Kees zal mischien een keer gezegd hebben van: 'Ik vermoord hem terug'. Je weet niet wat Holleeder allemaal bij hem had. Het was toch wel een behoorlijke ploeg, Ze kwamen steeds met anderen. Niemand alleen. Nou heb ik ook op het nieuws gehoord dat het een Turk was die Kees heeft doodgeschoten.
("Hard geluid" - Er valt iets om, waarschijnlijk een bekertje, daarna is er een korte stilte)
Maria Houtman: Nou ja, ik heb het niet van jou gehoord. Het was op mijn verjaardag dat ik het hoorde. Ik zeg expres jij. Dat ik het niet van jou heb gehoord.
Dhr Gietema: We willen eerst graag jouw verhaal horen. Niet dat je het inkleedt.
Maria Houtman: Nee, dat is logisch. Dat is het spelletje dit.
Dhr. Gietema: Nou ja spelletje. Je kunt het een spelletje noemen.
Maria Houtman: Nou, ik ga niet op de TV hoor.
Dhr. Gietema: Jouw verklaring blijft veel waard als het van jezelf komt.
Maria Houtman: Ja, dat snap ik.
Zo ging dit laatste fragment in grote lijnen.
Mr. Nico Meijering had hierover een opmerking: Wat ik van belang vind. Mevrouw Houtman zegt na, 'die Kees heeft doodgeschoten', 'Nou ja, ik heb het niet van jou gehoord'. Tijdens dit fragment valt er ook een bekertje of blikje om. Er valt daarna een stilte.
Mr. Meijering verbond er nog geen conclusies aan, maar merkte nog wel op: Op 6 December was er nog helemaal niet bekend dat er een Turk was gearresteerd.....
(was 6 December de verjaardag van Maria Houtman? red.)
De rechters reageerden verder niet op deze opmerking van Mr. Meijering. Dit zal later in het proces gebeuren. Het is in ieder geval iets voor de rechters om te overdenken. Wel vroeg een van de rechters aan Nico Meijering of dit het was en of het hierbij als afgesloten kon worden beschouwd. Dat kon.
Dit laatste fragment klonk inderdaad een beetje vreemd. Na dit fragment hoorde je buiten de zaal ook van een aantal mensen dat het erop leek of er seintjes werden gegeven en dat het leek of het bekertje expres omgegooit werd op dit bewuste moment. Dit is op z'n minst opmerkelijk te noemen. Nu begrijp je ook beter waarom Ali en zijn raadsman nou persé wilden dat de rechtbank deze fragmenten kreeg te horen.
Tot slot liep een van de rechters nog wat agenda-punten door.
Donderdag 11 Maart komen de resterende telecomvragen aan bod. Pinny Song wil alsnog verklaren op een aantal punten.
Rechter: Mijnheer La Serpe, u zou ook nog wat te zeggen hebben?
De advocaat van La Serpe, Mr. van Schaik reageerde voor zijn cliënt: Dat is juist. Cliënt wil een verklaring afleggen. We hebben de indruk dat het zaaksoverstijgende invloed heeft.
Rechter: Dan moeten we daar rekening mee houden dat dat ook tijd in beslag neemt. Dit komt maandag de 15e aan bod.
Mr. Meijering had nog een verzoek aan de rechtbank om met zijn cliënt in de EBI samen geluidsdragers te kunnen beluisteren rondom getuige Q5.
Volgens Betty Wind hoefde dit verzoek niet via de rechtbank te lopen. Cliënt en raadsman kunnen dit desnoods ook in de Bunker doen. De EBI heeft een eigen regime. Als geluidsdragers in stilte zouden moeten worden beluisterd, kan het zijn dat de EBI bezwaar maakt, gezien het veiligheidsbelang. Volgens Wind heeft men daar rekening mee te houden.
Morgen verder.
Door Bondtehond
Labels:
Advocaten
,
De Bunker
,
Jesse Remmers
,
Liquidatieproces
,
Moppie Rasnabe
,
Passage
,
Peter La Serpe
Abonneren op:
Reacties
(
Atom
)
