Vandaag stond in het kader van het liquidatieproces de verhoren van de verdachten Pinny Song, Nampaul de B., Freek Stevens, Jesse Remmers en Moppie Rasnabe in het deel-dossier Opa, de liquidatie van Tonny van Maurik, op de rol. Morgen zal Peter La Serpe weer aanwezig zijn. Ook Siegfried Saez komt morgen i.v.m. een telecom-presentatie die twee uur zal gaan duren. Daarin speelt ook hij nl. een rol. Alle vandaag aanwezige verdachten beriepen zich voornamelijk op hun zwijgrecht. Dit soms tot ergenis van de rechters die de verdachten dan ook herhaaldelijk antwoorden op ogenschijnlijk niet de meest belangrijke vragen probeerden te ontlokken, echter zonder veel resultaat. Pinny Song, die vandaag vaak hoofdonderwerp van gesprek was, liet zich ook niet uit de tent lokken. Dit terwijl toch veel mensen uit haar omgeving verklaringen hadden afgelegd over haar.



Met name daarom, zo merkte een van de vrouwelijke rechters op, leek het verstandiger toch in gesprek te gaan met de rechtbank. 'Dat u zwijgt is op z'n minst opvallend te noemen', vervolgde de rechter. 'Het gaat om een moord van iemand waarmee u een relatie had. U hield van hem, verklaarde u.' Helaas, Pinny bleef zwijgen.

Verdachte Freek Stevens vond het zelfs vervelend om morgen ook te moeten verschijnen, 'Omdat dat een beetje slecht uitkomt i.v.m. met mijn werk'. 'Tssss, alsof het niet om een moordzaak gaat', merkte iemand op de publieke tribune smalend lachend op. 'Mijnheer Stevens er ligt een zware zaak tegen u', merkte een van de vrouwelijke rechters op.Toen Freek later ook nog zei 'Ik ben toch niet verplicht om te verschijnen?', kwam dit zelfs te staan op een stevige opmerking van de rechtbankvoorzitter. 'Mijnheer Stevens, u zit hier niet voor een Politierechter-zaakje, en kan u zelfs vertellen dat wanneer u niet was verschenen dat wij daar dan wel voor gezorgd hadden. Morgen bent u er ook.'

Allereerst werden de aanklachten voorgelezen en ook enkele details die betrekking hebben op de liquidatie van Tonny van Maurik. Van Maurik is van dichtbij door het (voor)hoofd geschoten. Er zijn door verschillende getuigen twee personen bij het Altea Hotel gezien. Een taxichaufeur was aan komen rijden, zag de twee bij een busje staan en dacht eerst dat die twee klanten konden zijn. Later heeft de chaufeur beschrijvingen gegeven van deze twee personen. De eerste was tenger, lichtgetint en had een staartje met een geel elastiekje. De tweede had een boller, iets ronder gezicht, bredere lippen, was kortgeknipt en had wat afstaande oren. Waarop de rechter tegen Jesse Remmers zei: 'Ik ga u niet vragen of ik uw oren mag zien'. En tot Rasnabe: 'Er is toen wel eens gezien dat u uw haar in een staartje droeg met een geel elastiekje.' Beide verdachten zwegen. Remmers en Rasnabe zijn later gearresteerd i.v.m. herkenning door een bewaarder in het HvB waar Greg Remmers gedetineerd zat. Daar waren beiden op bezoek bij Greg. De bewaarder had na een uitzending van Opsporing Verzocht overeenkomsten gezien met deze twee verdachten. Tijdens een Oslo-confrontatie werden beide verdachten echter niet herkend en werden ze weer vrijgelaten wegens gebrek aan bewijs.

Een andere getuige was een hotelmedewerker van 21 jaar. Deze had op de 1e verdieping gestaan van Hotel Altea en had gezien wat er gebeurd was, alhoewel hij eerst verklaarde niets te hebben gezien. Deze jongen is vlak na de liquidatie op weg naar huis nl. klemgereden door twee figuren die hem een pistool in zijn nek hadden geduwd. Daardoor was de jongen doodsbang geweest en had expres verkeerde signalementen doorgegeven aan de politie van de twee die in de auto zaten. De ene had een snor, wat later niet zo bleek te zijn. Hij had hen alleen op de weg gezien. Veel later heeft de jongen alsnog goede signalementen gegeven, o.a. van iemand met een Oosters of Chinees uiterlijk. In de tijd vlak na de ontmoeting met de twee in de auto was hij paranoia geweest. Hij sliep zelf een tijdje in het hotel omdat hij bang was thuis te slapen. Hij had de twee verschillende keren gezien bij het hotel. Maar tijdens een Oslo-confrontatie had ie anderen dan Remmers en Rasnabe aangewezen.

Vervolgens werd aan de Nampaul de B. gevraagd of hij even op wilde staan om zo het verschil in grootte te kunnen zien tussen hem en Moppie Rasnabe, echter hij weigerde op te staan. De rechter wees hem erop dat dit flauw was, aangezien ze hem ook bij binnenkomen en vertrek uit de rechtszaal wel konden zien als hij rechtop zou staan. Er was een sigarettenpeuk gevonden op de parkeerplaats van het Altea-Hotel waar later een DNA-match uit voortkwam. En wel met de DNA van Nampaul de B.. Volgens de rechtbank toch een sterke aanwijzing dat Nampaul op de plaats delict was. Nampaul zweeg. Daarop ging de rechter verder over de huiszoeking bij De B. thuis waar twee briefjes waren gevonden, de ene met daarop: 'Fuck you, life is too tough for me'. Een ander briefje met daarop tekst die leek alsof De B. bezig was met een deal met Justitie. Er stond nl. op - Helft straf uitzitten, 12 jaar / 6 jaar zitten, deal met justitie, getuigenbescherming, maandelijkse boeking, kwijtschelding diverse strafjes. Details die lijken erop dat u details besproken heeft, aldus de rechter. Wou u daar iets over zeggen? De B.: 'Ik heb geen contacten met de CIE.'

De Officier van Justitie mengde zich hierin en zei dat ze behoefte had daar nog enkele details aan toe te voegen. Bepaalde woorden die leken op daderinformatie, die ook op de 1e pagina stonden, zoals de woorden: betaald, opdrachtgevers, wapens, reden, bedragen.En op de 2e pagina had gestaan: 'Wat hebben ze ooit voor mij gedaan?' en 'Menno van Gaalen, advocaat die mij terzijde staat.' Verder had Nampaul de B. tijdens een verhoor door de politie spontaan een overval opgebiecht die hij samen met Jesse Remmers, die tevens zijn neef is, had gepleegd op Station Sloterdijk.

Vanzelfsprekend ging veel aandacht uit naar Pinny Song, de prostituee uit de Stoofsteeg die een relatie had met Tonny van Maurik. Er is verklaard dat er een deadline was. Dat had te maken met aandelen aan toonder, die Tonny van Maurik had gekocht in de sportschool volgens Pinny, die ze voor hem bewaarde. De waarde was 30 miljoen, als de bank ze niet ongeldig had gemaakt. Het verhaal gaat dat de deadline betrekking zou hebben op het verhaal dat deze papieren eindelijk gecasht zouden worden en dat Tonny er achter zou kunnen komen dat het hele verhaal niet klopte. Pinny zou contact hebben met een klant, een vijftiger uit Brussel die de papieren voor hen kon inwisselen bij een Brusselse Bank. Peter van Maurik, de broer van Tonny, heeft verklaard dat dit wel klopte en dat de papieren voor 2000 gulden gekocht zijn in de sportschool. Ze waren verdwenen tijdens een transport, zo'n 25 stuks, en buitgemaakt bij een inbraak. In 1988 tipte een vrouw de Bank, maar het bandje van dat gesprek is zoekgeraakt, waar Pinny van gebaald zou hebben omdat ze haar onschuld daarmee had kunnen aantonen.

Er waren verklaringen van ene mevrouw Karin Swager, destijds een collegaatje van Pinny. Zij en Pinny stonden eerst op goede voet, later is dat contact verslechterd. Deze Karin zou 600 gulden van Pinny tegoed hebben gehad en Pinny bedreigd hebben naar de politie te stappen om te zeggen dat Pinny achter de dood van Tonny van Maurik zou zitten. Later is ze zelf gearresteerd omdat ze Geurt Roos en Rick Lam benaderd zou hebben in een Café in Utrecht uit naam van Pinny om te vragen wat het zou kosten om Tonny dood te laten schieten. Dat zou 1 ton geweest moeten zijn. Geurt Roos heeft dit verhaal later bevestigd. Deze verklaarde, als ie verhoord wordt in het Huis van Bewaring : 'Een mokkeltje uit de Stoofsteeg vroeg of we tegen een aanbetaling van 25.000 Tonny van Maurik konden omleggen.' Het is er nooit van gekomen.

Een motief zou volgens deze mevrouw Swager zijn dat Tonny Pinny afperste. Tonny zou haar anders doodschieten. Hij wilde ook dat Pinny zou stoppen met haar werk. Maar dit wist ze niet meer zeker. 'Als je in 12 jaar 500.000 gulden verdiend en dat wordt er in een paar weken doorheen gejaagd en je kunt ook nog klappen krijgen ook..... Als dat geen motief is om iemand dood te schieten.....'

Door Bondtehond