dinsdag 30 oktober 2012

'Dan komt het met dat slotakkoord wel goed'

Het liquidatieproces Passage is maandag definitief de laatste fase ingegaan met de dupliek van de verdediging. Vijf raadslieden droegen ieder een kort maar krachtige visie voor aan de rechtbank op de repliek van het openbaar ministerie met betrekking tot de '93-zaken. De advocaten Mrs. Menno van Gaalen, Jan Hein Kuijpers, Stijn Franken en P.J. Silvis waren aanwezig in de rechtszaal van de Bunker. Mr. Pelle Tuinenburg zou wat later komen. Jesse Remmers en Pinny Song, de enige aanwezige verdachten, zaten naast hun raadslieden, respectievelijk Mrs. Robert Malewicz en Stijn Franken.


De verdediging hield het vrij kort en kwamen op enkele puntjes uit de repliek terug. Voor het overige persisteerden de raadslieden hij hun eerdere standpunt(en).

Mr. Menno van Gaalen, de advocaat van Nanpaul de B. beet de spits af. Zonder op dit moment inhoudelijk in te gaan op de dupliek, blijft de raadsman erbij dat wettig en overtuigend bewijs ontbreekt van het daderschap (als pleger of medepleger) van Nanpaul de B. en dat vrijspraak de enige juridische maar ook historisch juiste conclusie is. Mr. Van Gaalen verzocht de rechtbank dan ook tot deze conclusie te komen.

Mr. Jan Hein Kuijpers, de advocaat van Mohammed Rasnabe, de verdachte die beter bekend is onder de bijnaam 'Moppie', idem. Mr. Kuijpers reageerde slechts op een select aantal puntjes.

Kuijpers kwam nog wel met enige toevoegingen op zijn pleidooi. Zo heeft de raadsman een briefwisseling overlegd met cyber- securitybedrijf Fox-IT. Kortweg komt het hier op neer dat zowel Rasnabe als Remmers stellen dat er gerommeld moet zijn met de inhoud van een harddisk die is gekopiëerd van een PC die reeds een keer in 2003 in beslag was genomen (en waarvan destijds een forensisch technische kopie van de hardeschijf was gemaakt) naar zo'n 3 PC's die in 2007 wederom in beslag werden genomen. In ieder geval voor zover het een adresboekje betreft.

De verdediging van Rasnabe stelt dat er verschillen zijn tussen de in 2003 in beslag genomen PC en de 2007-PC's. Aan bepaalde gelijkluidende telefoonnummers wordt bijvoorbeeld een andere naam gegeven in het adresboekje, terwijl overige gegevens hetzelfde blijken. Volgens Rasanabe, maar ook volgens Remmers is dit mogelijk vanwege het (door rechercheurs) manipuleren van gegevens in het adresboekje. Bepaalde voor Rasnabe en medeverdachte Remmers belastende telefoonnummers blijken aan het lijstje te zijn toegevoegd dan wel in belastende zin van een bepaalde naam voorzien. Volgens Rasnabe zou het gerommel met gegevens kunnen blijken vanwege de neerslag daarvan in digitaal document 011365, waarover de verdediging kan beschikken. De structuur van het document zou in het digitale atypisch (afwijkend van het normale) zijn. Daar komt bij dat er in 2003 wel forensisch technische kopiën zijn gemaakt, maar in 2007 niet.

Vervolgens vraagt de verdediging aan Fox-IT of dit bedrijf iets opvalt aan de werkwijze.

De manager van Fox-IT 'Forensic Services' valt op dat er voor zover hij heeft kunnen vaststellen geen maatregelen zijn genomen door rechercheur T-121 om te voorkomen dat onderzoeksmateriaal kan worden aangepast, wat wel gebruikelijk is bij digitaal bewijs- materiaal. Het is zeer gebruikelijk om digitaal sporenmateriaal te voorzien van een schrijfbeveiliging alvorens onderzoekshandelingen uit te voeren, om zo manipulatie te voorkomen. Voorts stelt de onderzoeker vast dat de werkwijze in kwestie in de hand werkt dat datamanipulatie mogelijk is. De integriteit van het digitaal bewijsmateriaal is daardoor niet meer gewaarborgd, terwijl dat zeer goed mogelijk is met de huidige stand van de techniek. Het is zeer eenvoudig om digitaal bewijsmateriaal, voorzien van schrijfbeveiliging, te onderzoeken zonder dat manipulatie van het bronmateriaal optreedt. Dat lijkt in dit geval niet gebeurd te zijn. Om die reden heeft de lezer geen zekerheid omtrent de vraag of de gegevens zoals weergeven in het rapport ook daadwerkelijk als zodanig in de forensische kopieën staan.

De verdediging van Mohammed 'Moppie' Rasnabe persisteert.

Mr. Stijn Franken stelde in zijn pleidooi dat het OM niet-ontvankelijk moet worden verklaard. Het vertrekpunt van dat verweer is de constatering dat Pinny Song opnieuw is vervolgd nadat haar in de jaren '90 een kennisgeving van niet verdere vervolging is betekend. Dat kan volgens art. 255 Sv alleen als sprake is van nieuwe bezwaren tegen de verdachte. Mr. Franken is van mening en heeft betoogd dat de tweede vervolging van Pinny Song niet is gebaseerd op nieuwe bezwaren en dat het OM dus niet-ontvankelijk moet worden verklaard.

De repliek van het OM laat volgens Mr. Franken zien dat de nieuwe bezwaren uitsluitend kunnen worden gevonden in de verklaringen van kroongetuige Peter La Serpe. Naar aanleiding van zijn verklaringen, waarin hij overigens niet Pinny Song heeft genoemd, zag het OM aanleiding de telefoongegevens uit 1993 opnieuw onder de loep te nemen. Op die manier zouden een telefoongesprek in de middag voor de liquidatie van Tonnie van Maurik en in de ochtend na de liquidatie in beeld zijn gekomen.

Mr. Stijn Franken constateert echter dat de telefoongegevens in de jaren '90, vóór de kennisgeving van verdere vervolging al beschikbaar waren. In de tweede plaats geeft het OM in de zijn repliek toe dat de verklaringen van La Serpe voor Pinny Song niet bezwarend zijn. Dat kan ook moeilijk anders, aldus Franken: La Serpe heeft Henk Rommy en niet Pinny Song als opdrachtgever genoemd. En dan is het volgens de raadsman tamelijk eenvoudig: omdat La Serpe niets heeft verklaard dat als bezwarend voor Pinny Song is aan te merken, kan onmogelijk worden volgehouden dat sprake is van nieuwe bezwaren. De raadsman persisteert bij zijn verweer dat het OM niet-ontvankelijk moet worden verklaard.

Voorts ging Mr. Franken in op enkele punten uit de repliek van het OM en persisteert de raadsman uiteraard ook bij zijn subsidiaire verweer, waarbij hij vrijspraak vraagt.

Mr. Stijn Franken tot slot: Toen ik de repliek nog eens doorlas en vervolgens mijn aantekeningen voor deze dupliek, kwam ik tot de conclusie dat het openbaar ministerie en ik tot niet meer dan een herhaling van zetten zijn gekomen. Dat is, vond ik aanvankelijk, toch enigszins onbevredigend voor een laatste ronde in een jarenlang arenlang slepend proces. Pas later besefte ik dat een passende afsluiting niet in handen van de procespartijen, maar in die van uw rechtbank ligt. Pinny Song en ik vertrouwen erop dat uw rechtbank de door het openbaar ministerie en de verdediging gepresenteerde argumenten zorgvuldig zult wegen. Dan komt het met dat slotakkoord wel goed.

*

Vervolgens voerde Mr. P.J. Silvis het woord tot de rechtbank betreffende zijn cliënt Siegfried Saez. De raadsman was in noodvaart naar de Bunker gereden omdat iedereen wat eerder klaar was en de rechtbank Mr. Silvis had gebeld of hij niet eerder kon komen. De raadsman hield het vrij kort.

Mr. Pelle Tuinenburg, de raadsman van Freek S., de enige verdachte voor wie het OM vrijspraak heeft gevraagd, was nog niet aanwezig toen iedereen z'n dupliek had voorgedragen. Hij zou na de lunchpauze komen, echter 's middags had ik andere verplichtingen.

Wellicht kom ik later nog terug op de dupliek van Mrs. Silvis en Tuinenburg.

*

De zitting van donderdag is komen te vervallen. Vrijdag 2 november as. zal Mr. Nico Meijering zijn dupliek voordragen in de Bunker namens cliënten Dino Soerel en Ali Akgün. Niet speciaal in die volgorde.

Bondtehond

zaterdag 27 oktober 2012

HELLS ANGELS in de Lage Landen

De kans is groot dat er nooit meer een clubhuis van de Amsterdamse Hells Angels zal verrijzen in of om de hoofdstad. In een gesprek tussen Panorama en Daniël Uneputty heeft de ex-president van de Amsterdamse Angels verklaard goed met dit idee te kunnen leven. Dit staat te lezen in het boek "Hells Angels in de Lage Landen". Het vinden van een onderkomen heeft geen prioriteit omdat de noodzaak ervan ontbreekt. Als de Angels willen vergaderen is er altijd wel een chapter waar zij welkom zijn zoals bijvoorbeeld in Haarlem of IJmuiden, aldus Uneputty in het gesprek met Panorama’s hoofdredacteur Frans Lomans en chef redactie Vico Olling.


De basis van het boek Hells Angels in de Lage Landen wordt gevormd door verhalen en foto’s die ooit zijn verschenen in de weekbladen Panorama en Nieuwe Revu. Panorama schreef in 1973 als eerste over de motorclub, toen nog Kreidler Groep Oost geheten, Nieuwe Revu publiceerde als enige in 1996 over de heerschappij van de Angels over de Wallen.

Dit boek bundelt deze en vele andere verhalen, zoals over de Belgische Angels, de val van president Big Willem van Boxtel en de opkomst van motorclub Satudarah. Daarbij werd nieuwe informatie toegevoegd. Daarnaast biedt het boek ook een inkijkje in het contact dat de redactie van met name Panorama had met de Hells Angels in de periode van 2007 tot nu. Tot een maand voor de deadline van het boek zou Daniël Uneputty een hoofdstuk in het boek voor zijn rekening nemen, maar daar zag hij op het laatst vanaf. Maar ook zonder dat biedt dit boek een definitief en kleurrijk overzicht van de geschiedenis van de Hells Angels in de Lage Landen.

Hells Angels in de Lage Landen bestellen:




Na De Heineken-ontvoering (deel 1 - ruim 20.000 verkochte exemplaren) en Vermist! (deel 2) is Hells Angels in de Lage Landen het 3e deel in de reeks Panorama dossiers. Panorama volgde de Hells Angels vanaf het allereerste begin. Voor dit boek gooien de Hells Angels - voor een keer - de deuren van hun club wijd open. Samen met de exclusieve foto's biedt dit boek een unieke inkijk in het dagelijks leven van één van de meest tot de verbeelding sprekende groeperingen ter wereld. In een apart hoofdstuk komen ook de andere in actieve motorclubs, zoals Satudarah en the Nomads, aan bod.

Productinformatie

Auteur(s)Leo Burgwal, Koen Scharrenberg
SoortMet illustraties
TaalNederlands
Afmetingen18x259x210 mm
Gewicht715,00 gram
Druk1
ISBN109089752102
ISBN139789089752109


Bondtehond

woensdag 17 oktober 2012

OM komt tot slotconclusie in Passageproces

Het openbaar ministerie heeft dinsdag het laatste deel van de repliek met de slotconclusie voorgedragen in het grote liquidatieproces Passage. Na drie volle dagen repliceren op de pleidooien van de verdediging in de verschillende deeldossiers waren de officieren van justitie 's middags blij eindelijk hun deel van het vele werk te kunnen afronden. Het ruim vier jaar voortslepende liquidatieproces moet op momenten dan ook wel het uiterste van hen hebben gevergd, maar dat geldt ongetwijfeld voor alle procespartijen.


De requisitoirs namen net als de pleidooien vele dagen in beslag waar regelmatig op het scherpst van de snede werd gestreden. En niet alleen tijdens deze eindfase-dagen. Kroongetuige Peter La Serpe dreef de verdachten, de advocaten en de rechters tijdens vele zittingen tot wanhoop, maar meerdere keren ook de leden van het openbaar ministerie waarmee hij geacht werd samen te werken. Tenslotte zou La Serpe zijn deal met hen moeten sluiten. Of het nu met TGB-leden (Team Getuigen Bescherming)was of met de leden van het zaaks-OM, er leek soms geen einde te komen aan incidenten waarbij La Serpe ogenschijnlijk niemand meer leek te ontzien.

Het laatste incident met de laptop en usb-sticks van La Serpe zorgde wederom voor hoog oplopende spanningen in de rechtszaal en riep vele vragen op. Niet in de laatste plaats vanwege het moment waarop het openbaar ministerie mededeelde 'dat er iets op het pad van het OM was gekomen' en 'de afgelopen tijd te zijn geconfronteerd met het feit dat er mogelijk nieuwe informatie beschikbaar komt die van wezenlijk belang zou kunnen zijn voor de waarheidsvinding en voor de beoordeling van de door de rechtbank te nemen beslissingen'. Nou, hoe dat afgelopen is, weten we inmiddels.

Het leverde toch nog een vertraging op van enkele weken, maar uiteindelijk wist het OM vervolgens in 3 dagen te repliceren op de meeste pleidooien. Een enkel deeldossier, zo was de verdediging opgevallen, is het OM in het geheel niet meer, of slechts summier op teruggekomen. En het laatste nabrandertje van de verdediging vond men reeds voldoende beargumenteerd om het hierbij te laten. Het zal straks aan de rechters zijn of die nog een conclusie verbinden aan de naar oordeel van de verdediging ontlastende stukken. Wellicht komt de verdediging hier nog op terug tijdens de laatste dupliek-zittingen.

In het laatste deel van de conclusie van repliek, 'De Sluitklapper' genaamd, voorgedragen door, hoe kan het ook bijna anders, officier van justitie Mr. Betty Wind, komt het openbaar ministerie uitgebreid terug op dat laatste incident rondom de kroongetuige. Een groot gedeelte van het Passage-proces draaide met name om die ene hamvraag: Is kroongetuige Peter La Serpe wel betrouwbaar? De verdediging van de verdachten bestrijdt dat te vuur en te zwaard en zullen hier binnenkort het laatste woord over voeren in een laatste verweerschrift: De dupliek.

Ik zal de slotconclusie van het openbaar ministerie over de betrouwbaarheid van de verklaringen van La Serpe hier inscannen en integraal publiceren. Men blijft, ook ondanks de meest recente gebeurtenissen achter de kroongetuige en de kroongetuige-regeling/deal staan, dus ook achter de eisen tot levenslange gevangenisstraffen.

Lees hier: 'De Sluitklapper'

Voor de lezers die het zo ook wel geloven, of iets teveel is van het goede/slechte, volgt hier meteen de slotconclusie van het OM.

Slotconclusie Openbaar Ministerie:

Mr. Betty Wind: Dit alles kan naar ons oordeel tot slechts één conclusie leiden: La Serpe is als getuige onverminderd betrouwbaar in zijn verklaringen over de liquidatiezaken en zijn verklaringen leveren voldoende bewijs op ondersteund door ander materiaal. Dat moet ertoe leiden dat een aantal verdachten (behoudens een eventuele gratie-verlening over vele jaren) nimmer meer vrij moet komen en dat anderen een lange gevangenisstraf tegemoet moeten zien. Als persoon is La Serpe inderdaad bepaald geen witte zwaan of witte raaf gebleken maar zo heeft hij zich ook nimmer voorgedaan. Intussen is hij wel met dank aan zichzelf en het TGB een veilig nieuw leven begonnen. In zoverre is "de deal" niet alleen een zeer bruikbaar opsporingsmiddel gebleken, maar voor La Serpe ook zijn ontsnapping uit dit misdadige milieu. Mensen als Remmers, Ros, Rasnabe, Akgün en Soerel kiezen daar niet voor. Voor hen kiest het OM dan ook; en die keuze is ter beveiliging van de maatschappij onverminderd levenslange gevangenisstraf, nu de verklaringen van La Serpe en andere bewijsmiddelen, duidelijk maken dat zij allen, ieder op hun eigen wijze, deel uitmaakten van een moorddadig gezelschap en enkel en alleen gestopt zijn omdat ze konden worden aangehouden.

*

Zoals gezegd, over twee weken zal de verdediging het laatste woord voeren met de conclusie van dupliek. U begrijpt dat de verdediging een andere mening is toebedeeld dan het OM. Bij dupliek kunnen de raadslieden nog één keer pogen de rechtbank te overtuigen waarom hun cliënten zouden moeten worden vrijgesproken, dan wel waarom het openbaar ministerie niet-ontvankelijk in strafvervolging zou moeten worden verklaard.

Passage, het grootste onderwereldproces ooit in Nederland, blijft onverminderd spannend tot de uitspraak.

De eerstvolgende dupliek-zitting, m.b.t. de '93-zaken, zal plaatsvinden op 29 oktober. De daarop volgende zittingen zijn 1, 2, 8, 9 en mogelijk op de uitloopdag 12 november.

Bondtehond

vrijdag 12 oktober 2012

'Wij vinden dit ontlastend'

Een nabrandertje in het Amsterdamse liquidatieproces Passage aan het einde van deze tweede repliekdag. Rechtbankvoorzitter Mr. Lauwaars liet alle aanwezige procespartijen 's ochtends bij aanvang van de zitting weten dat er een email was binnengekomen van Mr. Nico Meijering. De nog afwezige advocaat van de verdachten Dino Soerel en Ali Akgün schreef aan de rechtbank dat hij later op de dag zou komen en dan graag het woord wilde voeren en een verzoek zou willen doen. Dit was enkel ter kennisgeving aangezien de leden van openbaar ministerie reeds klaar zaten om verder te gaan met de repliek. Mr. Betty Wind merkte op: 'Nou, spannend'.
 

De hele ochtend en begin van de middag repliceerde het OM op de verschillende deeldossiers. Officier van justitie Mr. Sabine Tammes beet de spits af met een meer algemene behandeling zoals printgegevens en de verklaringen van getuige Harrie W. en ging meteen verder met behandeling van de '93-zaak Cobra. Mr. Nanette van Ditshuyzen behandelde vervolgens de '93-zaken Tanta en Opa en eindigde de dag met de recentere zaak Indiana. Mr. Hans Oppe deed tussendoor nog Wapenhandel, Bilboa, Perugia en Oma. Sommige replieken hield men nogal kort, andere uitgebreider, maar het OM persisteerde bij alle eerder voorgedragen requisitoiren. Ik kom daar nog op terug.

Zoals gezegd, 's middags was Mr. Nico Meijering dus ook weer aanwezig om het woord te voeren en een aansluitend verzoek te doen.

Mr. Frits Lauwaars: Mijnheer Meijering...
Mr. Meijering: Voorzitter, het is mij niet gelukt het op papier te zetten. Ik kijk schuldbewust naar rechts (griffiers) en naar u. Maar dan heeft te maken met dat er wat dingen plotseling aan het gebeuren waren en mijn agenda het helaas niet toeliet om het op papier te zetten. Ik heb het wel op zo'n iPadje gezet, maar dat is helaas niet te lezen voor u, vrees ik, dus ik ga het daar maar vanaf lezen, met name.

Edelachtbaar college, soms heb je als advocaat meer stukken dan je denkt. En ik doel op stukken uit het voor u niet geheel onbekende Enclave-onderzoek, dat onderzoek naar de geweldadige dood van Endstra, waarover gisteren bericht is door het journaal en De Telegraaf hedenochtend. Afgelopen maandag ben ik daarover benaderd door een journalist, hetgeen mij in de stukken heeft doen duiken waarvan het grootste gedeelte al sedert deze zomer bij mij lag vanwege een regiezitting die eind deze maand zal plaatshebben. Kennelijk werken het journaal en de NOS sneller dan ik. Komt er ook een beetje van als je maar liefst, want dat wil ik nog wel even verklappen, bijna acht weken vakantie hebt genomen. Ja, dat kunt u niet zeggen, denk ik, maar goed... (Gelach in de zaal) Tsjaa, haha...

In ieder geval ben ik wel maandag gaan neuzen. Eerst dacht ik dat er nog heel veel stukken niet bij mij zouden zijn. Ik heb zelfs nog even contact gezocht met het OM, maar er bleken toch al een aantal dozen bij mij op kantoor te staan. Daar heeft met name een collega van mij in gekeken vanwege de tijdsproblemen. En dat heeft mij gebracht tot een aantal stukken, die wil ik u vandaag overleggen en dat doe ik bij deze. Dan denkt u van:'Nee, niet weer!', maar het is echt waar.


(Het OM onderbrak de raadsman.)

Mr. Betty Wind: Neem me niet kwalijk dat ik u interrumpeer, maar voor u die stukken aan het dossier gaat toevoegen, zouden we in deze fase niet eerste ehm... een toelichting van u moeten hebben of dat nog wel moet?
Mr. Meijering: Nou, ik vind dat geen probleem hoor.
Mr. Wind: Als u ze al rondgedeeld heeft, dan zou er zoiets kunnen onstaan van eh...
Mr. Meijering: Nee maar ik eh...
Mr. Wind: Nee dit is eigenlijk een vraag die ik aan de rechtbank zou willen stellen.
Mr. Meijering: Nou, maar daar kan ik eigenlijk gelijk op reageren. Het is eigenlijk precies zoals het gegaan is met de stukken die op 10, eh nee op 24 september zijn ingebracht. De enige manier om te kunnen bepalen door u of het de relevantie heeft, is door het aan u te geven en dat ga ik dan ook doen. Het zijn overigens niet al teveel stukken.

Mr. Lauwaars: Er is verwarring bij het OM, maar ook bij mijn collega's, dus we willen het er wel even over hebben. U kunt denk ik wel toelichten waarom die stukken belangrijk zouden kunnen zijn. Dan kunnen we het uiteindelijk aan het oordeel van de rechtbank overlaten, dus of ze van belang zijn en of ze ingebracht kunnen worden, dat kunnen we dan altijd nog zien. Maar eh...

Mr. Wind: Als ik daar nog aan toe zou mogen voegen dat het openbaar ministerie bij die La Serpe-stukken die toelichting wel gegeven heeft. Zij het vrij abstract maar de criteria van de rechtbank en de wettelijke criteria zijn toen uitgesproken...

Mr. Lauwaars: Mijnheer Meijering, de rechtbank hecht daar natuurlijk aan omdat die fatale termijn steeds kleiner wordt, dus eh... Nou ja, zeg er maar iets over...

Mr. Meijering: Ja, ik ga er zeker iets over zeggen, maar ik moet u zeggen dat mijn spreekwoordelijke bef weer bijna afviel, daar waar het OM zegt dat er een toelichting is gegeven. Want die toelichting, als ik dat nog even mag terughalen, is dan al 10 september gegeven. Vervolgens hebben wij allemaal op 24 september die stukken gekregen, maar de toelichting die natuurlijk al op 10 september is gegeven. Nee, op 10 september is er helemaal geen toelichting gegeven, er is gezegd: 'Vetrouwt u mij dat het goed komt'. En dat het van belang is voor te nemen beslissingen. Nou, ik kan u nu ook zeggen: Vetrouwt u mij dat het van belang is voor te nemen beslissingen. En de stukken die ik hier heb, nou goed ik zal het wel toelichten hoor. Het betreft in totaal iets van vijf A4-tjes, nog niet eens, waar het om gaat. Maar ik zal het hier eerst nog wat toelichten en ik heb, moet ik u bekennen, nog even bedacht in de snelheid van de dingen zoals die aan mij voorbij trokken de laatste dagen, ik kan het ook aan mijn pleitnota hechten, bij mijn duplieknota hechten, maar dat lijkt me nou niet al te correct omdat dat dan weer betekent dat het openbaar ministerie dan niet de gelegenheid heeft om daar op te reageren. En omdat het voor een te nemen beslissing van belang is en ook in belang van de verdediging. Dus daarom lijkt het mij veel beter om die stukken nu in te brengen, zodat het OM dit nog kan meenemen, omdat het gaat om het volgende:

De belangen zijn tweeledig en liggen in elkaars verlengde. Het eerste belang is een materieel inhoudelijk belang. Waar gaat het om? En dan moet ik u toch maar even meenemen, die stukken liggen hier nu voor mij. Uhm... Endstra is vermoord. Dat is niet nieuw voor u, maar daar is een onderzoek naar ingesteld, uiteraard. En dat heeft er toe geleid dat een aantal mensen is gearresteerd. Die mensen zijn op een goed moment door een u niet onbekende rechtbank weer in vrijheid gesteld. Dat is ook alweer een tijd geleden en vorig jaar oktober werd bekend dat er was gearresteerd de mogelijke schutter. De schutter in de ogen van het openbaar ministerie die deze afschuwlijke moord gepleegd zou hebben. Ik noem hem even de Rus, hij heet ook Abbasov, als ik dat goed uitspreek en die is uiteindelijk ook overgeleverd vanuit... ehm, nou dat weet ik niet eens meer, vanuit het Oosten in ieder geval, is hij overgeleverd. In oktober dacht ik, is hij in Nederland gekomen en daarna is het onderzoek verder doorgegaan met andere mensen die aanvankelijk waren gearresteerd en in vrijheid waren gesteld door de rechtbank. Die zijn opnieuw aangehouden en zijn door de rechtbank weer in vrijheid gesteld. Ik ga er even in een notedop doorheen.

De verdachte Abbasov is in maart van dit jaar jammerlijk komen te overlijden en nu blijkt dat uit de stukken waar het hier om gaat dat deze Abbasov voor zijn overlijden op 10 februari heeft gesproken met een verbalisant, T073 uit mijn hoofd gezegd en ook Mr.Tammes, hier aanwezig. Mr. Tammes, als ik het goed begrepen heb, is de zaaksofficier in die zaak. Uhm... Deze Abbasov zou hebben gesproken over de groepering rond Holleeder en deze zou ook bang zijn om te praten. Hij wilde ook niet dat informatie die hij zou willen bespreken, kennelijk dan met de recherche / dan wel officier van justitie, dat dat bekend zou worden bij die groepering rond Holleeder. Verder zou hij hebben gezegd dat Donald G. de opdracht zou hebben gegeven en de recherche gebrijpt daaruit en als je de context leest dan kun je je daar ook iets bij voorstellen dat de recherche dat zo begrijpt, maar dan moet u dat ook even lezen en ik wil ook graag dat u dat leest, dat dat dan inderdaad zou gaan om de opdracht om Endstra te vermoorden.

Hem wordt verder voorgehouden dat men weet dat hij in Thailand in verband met Mieremet, en dat is duidelijk uit dit dossier op te maken, dat hij ook in verband met Thailand is geweest. En dan maak ik weer een zijstap, want het is u natuurlijk wel bekend dat in 2005, dat is eind oktober, is eerst Hingst vermoord. Kort daarna, ik dacht op 2 november, is Mieremet vermoord in Thailand en weer kort daarna is Houtman vermoord op eh... nee, dat is op 2 november geweest. Nou ik haal het een beetje door elkaar, maar die drie mensen zijn kort na elkaar jammerlijk vermoord en daar is later ook nog eens bijgekomen Van Kleef en nog later is daar Van der Bijl bij gekomen, zoals u weet. Maar het gaat me even om die drie. Dat is van belang ook omdat ik daarna nog een zijstap ga maken naar Patrick van Lent. Dat denkt u van: Meijering, waar heeft u het nu over? Maar dat weet u nog wel van april, dat daar verklaringen van het Landelijk Parket zijn afgekomen. Maar daar om ik zo dadelijk op.

(Soerel fluisterde iets richting Meijering)

Mr. Meijering: Oh, wat zei ik dan? Oh, sorry... 'Remco van Lent', wordt ik verbeterd... Nou goed, hem wordt voorgehouden, en dan ga ik weer naar die Rus. Hem wordt voorgehouden dat men weet dat hij in Thailand is geweest in verband... dat is dus waar dan op gedoeld wordt in dit dossier, met Mieremet en hierop zou hij gereageet hebben, dat kunt u ook lezen in dit dossier: 'Weten jullie dat Ali N. daar ook is geweest?' Doelend op N. en dat is weer een van de twee verdachten in dat Enclave-onderzoek. Niet te verwarren mét (Ali Akgün - red.), alstublieft, want dat is ook belangrijk. Kortweg, voor zover dat al niet uit het dossier zou moeten blijken, brengt Abbasov zichzelf in relatie tot liquidaties van Endstra en Mieremet, terwijl de recherche hem zodanig begrijpt dat Donald G. volgens hem de opdracht zou hebben gegeven tot liquidatie van Endstra.

Verder is van groot belang dat Abbasov toch veel personen noemt, noem het maar verdachten, mensen die verdacht worden gemaakt, maar cliënten Soerel en Akgün in het geheel niet. Terwijl de naam Akgün, zelfs opgeworpen wordt door de rechercheur die met Abbasov spreekt en Abbasov daar niet op aanslaat en vervolgens een beschrijving geeft van een Ali die volgens de betrokken rechercheur, u kunt dat dan ook lezen, niet past bij een Ali die hem in dit onderzoek dan bekend zou kunnen voorkomen. Hij noemt ook een andere naam, alleen daar slaat ie niet op aan. Hij geeft dus een beschrijving die niet past bij cliënt Akgün.

Voorzitter, edelachtbaar college, ik herhaal hier nog eens dat het om Endstra en Mieremet gaat terwijl deze slachtoffers in beschuldigende zin naar cliënten toe een rol zouden spelen als het gaat om de verweten betrokkenheid als het gaat om liquidatie-organisatie. En ik onderstreep nog eens dat Abbasov cliënten, in tegenstelling tot vele andere namen die hij wél noemt, níet noemt. En wat we dan dus vervolgens kunnen vaststellen is dat, net zoals bij Remco van Lent, voor cliënt, zo noemen wij het wel, het hier om ontlastende stukken gaat. Als het gaat om die Van Lent-stukken die ik net nog even keurig bij elkaar had gezocht... ja, hier heb ik het. Ook wat betreft Van Lent speelde er dat er medio maart, april dit jaar, er in Vrij Nederland verscheen het bericht dat deze Van Lent een verklaring zou hebben afgelegd bij de Nationale Recherche in de zaak die bij het Landelijk Parket speelt in Rotterdam tegen onder meer Ronald G., waarin speelde dat Van Lent dus in Vrij Nederland had gezegd dat kortweg... ik zeg het maar even kortweg, want ik heb het artikel niet meer kunnen vinden, dat ze niet bij cliënt Soerel moesten zijn, maar dat ze bij Donald G. moesten zijn.

Dat heeft uw rechtbank er toen toe gebracht, maar dat was niet op initiatief van de verdediging, maar dat weet ik niet meer uit mijn hoofd, om ook maar eens aan het OM te vragen van: Hoe zit dat? Want u heeft nog wel iets meer dan dossiers. Het openbaar ministerie heeft toen een aantal stukken ingebracht, verklaringen van Van Lent, en ook stukken waar uit geciteerd is die dan mogelijk in verband zouden staan met cliënt Soerel. In die stukken, dat haal ik hier ook nog aan, dat is een verklaring van 2010. Let wel, 19 november 2010, en dat is twee maanden nadat cliënt was gearresteerd... cliënt Soerel was gearresteerd in Amsterdam. En daarin is te lezen, op een gegeven moment praat hij over Donald. Hij zegt: Kijk, Donald G. zit achter het stuur. Alle grote liquidaties daar zit Donald achter. Hij voegt daaraan toe: Als je drie in één week kunt doen, dan kun je wel wat. Dan heb je veel macht. Ook zegt hij iets over Mieremet en een conflict met Donald. Hij zegt: 'Dat heeft Donald geregeld'.

Nou, dat komt ook nog in andere stukken voor, in onderzoek 'Briard'. (spelt Briard) En ook daar weer wordt gevraagd naar die drie in één week. Dan hebben we het dus nogmaals over Hingst, Mieremet en Houtman. Daarin heeft deze getuige Van Lent, welliswaar van horen zeggen, maar ik heb begepen dat het openbaar ministerie zelf ook zeer veel waarde hecht aan het fenomeen 'van horen zeggen' en daar ook hele bewijsconstructies op heeft gebaseerd, concluderende tot een levenslange gevangenisstraf. Dus dat 'van horen zeggen' heeft ook zijn waarde. En dan zien we dus dat deze Van Lent heeft verklaard dat hij heeft van horen zeggen, van ene Pim is dat toe geweest, Pim K. is dat toen geweest, dat hij te horen heeft gekregen dat Donald aan het stuur zou hebben gezeten bij die drie genoemde liquidaties, waarvan er twee, nee ik moet zeggen drie, want Hingst speelt ook een rol in de criminele organisatie als ik het openbaar ministerie goed heb begrepen.

Die verklaringen zijn toen niet ingebracht door het openbaar ministerie zelf. Ik breng in herinnering, dat Mr. Wind zelf dat afgelopen dinsdag zelf heeft onderstreept, dat de verhoudingen tussen het Landelijk Parket en het Amsterdams Parket heel erg goed zijn, en we hebben kunnen zien dat het Landelijk Parket de zaak Passage goed kent en natuurlijk weet wat er van belang is. Die verklaringen zijn niet ingebracht en dat heb ik ook meegenomen in een verweer, in een vormverzuim-verweer.

Deze verklaringen van Abbasov waren, daarom vind ik het zo van belang, ook wat betreft een vormverzuim-verweer, het is niet alleen inhoudelijk van belang, maar het verweer wat ik wil gaan voeren nog in tweede termijn, is dat er hier sprake is van een vormverzuim, en waarom, omdat dit reeds op 10 februari jl. bekend was bij het openbaar ministerie. Dat is al acht maanden geleden. En dan is het wat ons betreft onbegrijpelijk dat dit openbaar ministerie, waarbij het zelfs om dezelfde officieren van justitie gaat, die stukken niet heeft ingebracht.

En waarom dan weer niet? Omdat we, als u deze stukken ziet, dan gaat het niet alleen om deze Abbasov, maar er is zelfs ook nog een andere getuige, die heb ik hier ook in opgenomen, een getuige D., en D. verklaarde dat ene C. lid was van een criminele organisatie. Ik weet zo gauw niet wie dat is, maar daar kom ik ook nog wel een keer op, dat zal ik ook nog wel een keer te weten komen, dat die lid was van een criminele organisatie die geleid werd door Willem Holleeder.

Dus we zien hier Willem Holleeder weer naar voren komen en we zien hier naar voren komen dat Donald G. in relatie tot Holleeder wordt gebracht en dat zelfs Donald G. wordt aangewezen door deze personen als de opdrachtgever van Endstra. En niet alleen dat, ook zien we hierin terugkomen dat Mieremet in relatie tot deze groepering wordt gebracht als we dit proces-verbaal op z'n waarde moeten nemen.

Ehm... Wij vinden dit ontlastend. Wij vinden dit ontlastend, dat als zo iemand aan het woord is, dat hij het over moorden heeft die cliënt verweten wordt, betrokkenheid als het gaat om criminele organisatie, maar Houtman komt ook hier naar voren, om de bocht via Van Lent weer komt ie terug. Als we dat bezien, dan vinden wij, en ik heb het vaak gezegd ook, al 5 1/2 jaar heb ik u daarmee gepest ook, als we kijken naar het bezwarenlatje, het bewijslatje wat het openbaar ministerie zelf aanhaald, dan had men zeker dit u niet mogen onthouden, daar waar deze persoon, en niet alleen Van Lent, daar waar deze persoon, deze Abbasov, het heeft over een groep Holleeder, het weer heeft over Donald G. en het tótaal niet heeft over cliënt, noch heeft over de heer Akgün waar zelfs nog met zoveel woorden naar gevraagd is.

Ehm... daar wil ik een verweer op kunnen baseren en ik heb ook daarom gezegd dat het van belang is om dat nú naar voren te brengen omdat het belang groot is en ook omdat het openbaar ministerie daar op moet kunnen reageren. Want ik denk ook dat ik de wind van voren zou krijgen als ik dat nu weet, maar daar pas bij dupliek mee ga komen. Ik rond af. Mischien na toch wel weer meer dan 20 minuten. Ook niet onbelangrijk, nee, héél belangrijk is ook dat het verhaal om deze G. zou worden opgepakt, als dat enige waarde zou hebben. Nou, u kunt zich daar nu niet over uitlaten, want u mag dat pas bij eindvonnis, maar als dat zou worden opgepakt, dan staat dat in essentie ook haaks op de verklaringen afgelegd door La Serpe.

La Serpe die immers, als het gaat om een zaak Houtman, die het heeft in belastende zin over Soerel en over Ali Akgün, nou daar heb ik natuurlijk al heel veel over gezegd in pleidooi, en ik heb kort en goed gezegd dat hij dat volgens mij uit de dikke duim heeft, maar het staat in ieder geval haaks op een andere theorie die heel duidelijk nu meer op de voorgrond treedt en dat is dat er kennelijk iets speelt rondom Holleeder, niet onbekend in dit proces. En laat ik dat ook nog wel onderstrepen, die in de visie van het OM nog steeds niet terecht zou moeten staan, kennelijk, terwijl cliënt Soerel wel terechtstaat, terwijl cliënt Akgün ook terechtstaat, maar het beeld dat nu naar voren komt, meer prangend naar voren komt, is een ander beeld wat mij betreft. Een beeld wat haaks staat op het beeld dat door La Serpe naar voren is gebracht en dat in essentie de kurk is waar het requisitoir tot levenslang, de conclusie tot levenslang, op drijft.

Dit is wat ik erover wil zeggen en voorzitter, het lijkt ook wat meer, want ik moet altijd oppassen dat je de verdenking op je laadt dat je gaat denatureren, maar de stukken heb ik oranje gemaakt om aan te geven, en het is nogmaals iets van 5 pagina's en het belang is daarom groot genoeg om dit 2 voor 12 nog aan de orde te stellen. En nogmaals, als ik het eerder had gezien deze stukken, dan had ik het natuurlijk ook al veel eerder aan de orde gesteld. Dank u wel.

Mr. Lauwaars: Dank u wel, meneer Meijering. Ik vat het even samen, opdat we het over hetzelfde hebben. Ik heb begrepen dat u uw betoog dat de heer Soerel onschuldig is in ontlastende zin wil aanvullen met stukken die u nu wil aanbieden en dat u verweer wilt voeren over het feit dat het openbaar ministerie dat had moeten doen omdat dat van belang is voor de rechtspositie van meneer Soerel in dit proces? Dat is wat u wilde. En in die stukken staat dat wat u, u citeert het niet, maar u parafraseerde dingen, die stukken onderschrijven dat omdat dat zeg maar getuigenverklaringen bevat van die meneer Abbasov en die meneer Van Lent. Begrijp ik het zo goed?

Mr. Nico Meijering: Ja, u heeft het van A tot Z helemaal goed.

Mr. Lauwaars: Ok, dan heb ik het goed begrepen. Het is in het verlengde van het antwoord op het requisitoir, vooruit, omdat u zegt: 'Dan heeft u nog een ronde bij repliek, dan kunt u daar op reageren' en u zegt: 'Dan sluit ik af bij dupliek met dit onderwerp inbegrepen'. Dat is eigenlijk de stand van zaken nu. Dat is eigenlijk de reden waarom u die stukken wilt inbrengen... Dan denk ik dat ik het openbaar ministerie maar even het woord moet geven om te kijken of ze er iets tegen heeft, of dat ze zegt: 'Het moet niet gebeuren' of 'Het moet wel gebeuren'. U kunt even een kop thee drinken voor overleg hoor, dan eh... Ja?

Mr. Wind: Ja, als we even een theepauze kunnen doen, dan eh...
Mr. Lauwaars: Ok. Dat is goed. Denkt u er even over na, Even 10 minuten pauze. Dan zijn we 15:25 terug.

Na de pauze, waarin het OM een antwoord formuleerde, werd de zaal weer gevuld.

Mr. Lauwaars: Dan geef ik nu het woord aan de leden van het openbaar ministerie.

Mr. Sabine Tammes: Dank u wel, leden van de rechtbank. Ja, vorige week is inderdaad de aanvulling van het Enclave-dossier verstrekt waarin verklaringen zitten waaruit meneer Meijering net geparafraseerd heeft. En ik stel toch nog maar eens vast dat die stukken werkelijk met de snelheid van het licht de weg hebben gevonden naar Crimesite en de NOS.

Ehm, het zijn stukken die allemaal niet van belang zijn in deze zaak, omdat wij het hebben over Passage-zaken, dat zijn allemaal individuele zaken en de stukken die in het Enclave-onderzoek zien op de zaak Enclave, de moord op uh... Endstra, en eh... terzijde nog een beetje op de moord van Mieremet en zo nog meer wat dingen, maar expliciet niet over de zaken die hier al die tijd aan de orde zijn geweest. Als dat wel zo was geweest, dan hadden wij natuurlijk uh... onmiddelijk die stukken verstrekt, uhm... en als wij hadden gedacht dat het iets ontlastends ten aanzien van meneer Soerel uh.. bevatte, dan hadden we uh... natuurlijk ook die stukken meteen verstrekt. Ik verwijs nog maar eens naar eh... stukken die meneer Meijering ook aanhaald, de verklaring van Van Lent, waar mijn collega's uit eigen beweging mee zijn gekomen, eh... juist om de verdediging in de gelegenheid te stellen om daar naar te kijken en de rechtbank heeft daar destijds ook iets over gezegd.

De raadsman zegt: Nou, het feit dat Soerel niet in die verklaringen wordt genoemd, daaruit blijkt dat ie ook helemaal niks mee te maken heeft met die zaken die daar spelen en dat moet dan weer zijn weerslag hebben op deze zaken. Maar ik vind dat wel een hele grote stap hoor. Het feit dat hij daar niet wordt genoemd, wil nog niet zeggen dat ie er niet bij betrokken is. En daar is geen onderzoek naar, maar om dat met één grote zeven-mijl stap zo te stellen, uhm.. dat lijkt me een verkeerde voorstelling van zaken. Uhm... mijn collega gaat zo iets zeggen waarvoor die stukken dan wel van belang kunnen zijn. Maar voor de Passage-zaken, daarvoor is de stelling dat de stukken niet van eh... belang zijn en dat ze dus ook niet moeten worden gevoegd.

Mrs. IJzendoorn en Wind formuleerden vervolgens ieder een visie / stelling over de stukken en Mr. Meijering reageerde daarop in tweede termijn. Het lukte me niet om het hele debat compleet te noteren omdat er tijdens de eerste termijn kennelijk rekening werd gehouden met de griffiers en er tijdens de tweede termijn sneller werd gesproken. Maar de conclusie van het OM bleef in ieder geval hetzelfde: Niet voegen. Mr. Meijering bleef bij zijn standpunt: Gezien het grote belang wél voegen.

Het debat ging zo nog een nog half uurtje door en de rechtbank besloot vervolgens om over de kwestie in beraad te gaan. Na een 20 minuten kwam de rechtbank tot een beslissing.

Voorzitter Mr. Lauwaars: De rechtbank heeft besloten maar eens een heel praktische oplossing te doen, dat heb ik al enigzins in het vooruitzicht gesteld. We beschouwen het gewoon als een na-ijlend ding bij het pleidooi van meneer Meijering, dan wel een voorschot op de dupliek waarbij u als bijlage die dingen aanhecht, dus leg ze maar over zou ik zeggen. We doen er maar heel eenvoudig over, dan weet iedereen waar we het over hebben. Het OM weet het al en dan kunnen we het debat wat u met uw verzoek verder aan wilt gaan met het OM, wat eigenlijk al geopend is vandaag, dan ehm... Ja, dat staat los van de vraag of het voldoet aan de, daar wijst mijn collega mij formeel even op, dat hebben we ook zo in raadkamer besloten, los van de vraag of het valt onder de fatale termijn criterium. Daar wilden we vanaf blijven want dat kunnen we heel moeilijk overzien. En het is ook een beetje een principiële beslissing terwijl u zegt: 'Ik had het toch overgelegd'. Toen zeiden we: 'Nou, laten we het dan maar praktisch oplossen'. Ja? Dat was het.

(Een parketwacht had de stukken reeds bij de rechters en de leden van het OM neergelegd.)

Mr. Lauwaars: Ze komen eraan... Ohw! Hahaha, ze liggen er al?! Dat was inderdaad iets sneller dan het licht ja... hahaha! 
(gelach in de zaal)

Ja, dan zijn we aan het einde van de dag gekomen en bedank ik iedereen, vooral het openbaar ministerie, bedankt voor de heldere uiteenzetting en het vele werk, nou ja, ik spreek onze achting uit voor het vele werk wat er in is gaan zitten en ik nodig iedereen dan uit, of zeg aan voor zover dat nodig is.

Op dinsdag 16 oktober, om 9:30 dan gaan we door... met de repliek.

Bondtehond

dinsdag 9 oktober 2012

'In het riool zwemmen geen witte zwanen'

'Het zal u niet verbazen dat het openbaar ministerie het naar aanleiding van de op de laptop van La Serpe gevonden documenten aangewezen acht expliciet stil te staan bij de betrouwbaarheid van La Serpe en zijn verklaringen'. Zo luidde de eerste alinea waarmee officier van justitie Mr. Betty Wind vanmorgen het eerste deel van de repliek inleidde tijdens de zitting van vandaag. Alvorens zij aan het eerste deel van de repliek begon (beneden integraal te lezen) droeg zij echter eerst nog een introductie voor, genaamd: 'In het riool zwemmen geen witte zwanen'.  
 
             Wel de schaapjes op het droge en een zwart schaapje...?

Mr. Betty Wind: Edelachtbaar College,
Vandaag beginnen we aan onze repliek, een voor alle procespartijen welkom stapje dichter bij het eindvonnis in dit langlopende proces. De verdediging heeft in uitgebreide pleidooien talloze juridische en meer feitelijke verweren gevoerd, waarop wij waar nodig zullen reageren. Die pleidooien hebben vele zittingsdagen in beslag genomen. De repliek zal drie zittingsdagen in beslag zal nemen.

Onder meer is in het eerste deel van het pleidooi van de raadsman van Remmers, waarbij alle verdachten zich hebben aangesloten, gesteld dat de door het openbaar ministerie met La Serpe gesloten deal in strijd zou zijn met de wet en met de bedoeling van de wetgever. Vandaag zullen wij toelichten, waarom de visie van de raadsman onjuist is.

Het OM is er door verschillende raadslieden in scherpe bewoordingen van beticht met het sluiten van de deal, in het vooronderzoek en in het optreden ter zitting niet rechtmatig, niet magistratelijk en niet integer te hebben gehandeld en aan misleidende informatieverstrekking te hebben gedaan met als insteek dat het OM zich zou hebben willen onttrekken aan rechterlijke controle. Geheel onterechte beschuldigingen.

Nadat moeizaam een wettelijke regeling tot stand was gekomen, een wettelijke regeling die een heel open karakter heeft, heeft het openbaar ministerie haar weg moeten vinden met een casus die veel omvangrijker en complexer was dan de wetgever bij het tot stand komen van die regeling heeft voorzien. Daarbij heeft het OM van het begin tot het einde naar eer en geweten gehandeld, binnen de kaders van de wet en met inachtneming van alle in het geding zijnde belangen.

Met de deal in Passage en de daarop volgende beslissingen heeft het openbaar ministerie wel op juridisch en op ethisch gebied als ook qua zittingsmanagement de grenzen opgezocht.

Juridisch daar waar het gaat om de omvang van de deal en alle bijzonderheden die er kleven aan een getuige met een CIE-verleden en met alle daarbij behorende veiligheidsissues;

Ethisch daar waar het gaat om het als justitie afspraken maken met en strafkorting toezeggen aan een zelfverklaard moordenaar;

En qua zittingsmanagement gezien het grote aantal zaken en verdachten, de duur van het proces en alle perikelen daarbinnen, veroorzaakt niet alleen door de omvang van de zaak maar ook door enerzijds vergaande verdedigingsstrategieën en anderzijds incidenten veroorzaakt door La Serpe;

De getuige en verdachte La Serpe heeft het ons daarbij niet gemakkelijk gemaakt. We hebben hem leren kennen als iemand die uiteindelijk zijn eigen belangen voorop stelt en die een destructieve kant heeft, die maakt dat hij, zoals hij zelf ook heeft erkend, in staat is tot beschadiging van derden, de politie en het OM incluis. Hij is, naar hij zelf heeft toegegeven, gaan 'inkleuren' om de betrokken CIE-ers en het OM te belasten. Voor zover het betreft beschadiging van het OM en de CIE-verhoorders kan, zeker na het laatste incident, worden vastgesteld dat dit telkens samenhing met zijn overtuiging dat zijn veiligheid niet serieus zou worden genomen en die maakte dat hij in staat was om het Passage-proces telkens te verstoren met nieuwe incidenten.

Hij heeft in zijn laatste verhoren laten zien dat hij keihard kan zijn als hem dat naar zijn oordeel dichter bij zijn doelen brengt. Maar tegelijkertijd heeft La Serpe zich ook een consequente en overtuigende getuige getoond. Een getuige die onder druk van het proces ook telkens in de kern is gebleven bij hetgeen hij in zijn eerste kluisverklaringen verklaarde, een getuige dus die niet "omwille van de zaak" of "omwille van zijn eigen belangen" zijn beschuldigingen van de verdachten is gaan uitbreiden of inkleuren teneinde zijn oude criminele partners verdergaand te belasten. Later vandaag zullen wij nader toelichten hoe het OM tegen de betrouwbaarheid van zijn verklaringen aankijkt en hoe de rechtbank in onze visie die betrouwbaarheid dient te beoordelen. Toen het OM een deal met hem sloot, konden we redelijk inschatten met wat voor een type persoon we zaken deden. Daarin heeft La Serpe ons niet teleurgesteld en in zoverre is hij betrouwbaar gebleken in zijn voorspelbaarheid; te weten consistent en overtuigend in zijn verklaringen over de Passage-zaken en tegelijkertijd bijna onmogelijk als OM-partner.

Een gedweeë OM-partner hoeft een kroongetuige ook niet te zijn. Dat is waarschijnlijk ook te veel gevraagd voor deze categorie personen afkomstig uit dit door en door zieke criminele milieu. La Serpe wilde uit het criminele milieu, maar had wel bijna zijn hele leven in dat milieu verkeerd; een milieu waarin het maar beter is niemand te vertrouwen en waarin het begrip "vertrouwen" of "loyaliteit" is verworden tot een kwestie van plussen en minnen; een afweging van kansen en risico' s, waarbij de kansen alleen zien op eigen belangen.

Het is een illusie te denken dat als het OM in dit segment van criminaliteit een deal wil sluiten met iemand de beschikt over waardevolle informatie, dat zou kunnen met een brandschone, eerzame burger. Natuurlijk kan dat niet. Zoals professor Ybo Buruma het onlangs verwoordde:

"In het riool zwemmen geen witte zwanen".

Zou het OM het een volgende keer weer doen? Jazeker. Als dit is wat er nodig is om bewijs te vergaren tegen lieden die opdrachten geven tot moord en lieden die zich daarvoor laten inhuren, zal het OM opnieuw in zee gaan met zich aandienende (potentiële) kroongetuigen, die beschikken over waardevolle informatie en onder voorwaarden bereid zijn die te delen. Het OM zal daarbij altijd als grens stellen dat verklaringen van zulke getuigen toetsbaar en verifieerbaar zullen moeten zijn. Dat is bij de verklaringen van La Serpe aantoonbaar het geval.

De maatschappij verwacht van de politie en het OM dat zij ook in staat zijn om deze categorie misdadigers aan te pakken, ook als daarvoor alle wettelijke instrumenten moeten worden aangeboord en jarenlange investeringen vereist zijn. De ondermijnende effecten van het ongemoeid laten van dergelijke misdaadvormen zijn onacceptabel. Ook vandaag zijn er weer honderden politiemensen en tientallen officieren van justitie in de weer met de bestrijding van dergelijke vormen van zware georganiseerde criminaliteit. Ook personen figurerend in dit Passagedossier die nu niet terechtstaan blijven onverminderd voorwerp van onderzoek zolang daartoe aanleiding bestaat. Daar kunnen zij op rekenen en daar mag de maatschappij op rekenen.

*

Vervolgens liet Mr. Wind de rechtbank en de aanwezige raadslieden weten hoe het openbaar ministerie de repliek heeft ingedeeld.

Indeling repliek

Dinsdag 9 oktober 2012.
  • De rechtmatigheid van de deal; wetshistorisch verweer van mr. Janssen (en aangesloten raadslieden) en andere verweren m.b.t. de deal.
  • De betrouwbaarheid van (de verklaringen van) La Serpe, mede n.a.v. het laatste incident.
  • Vermeende vormverzuimen.
                                                                                            
Donderdag 11 oktober 2012.
1. Ochtend: de 1993-zaken:
a) Algemeen.
b) Cobra.
c) Tanta.
d) Opa.

Middag:
a) Indiana.
b) Perugia.
c) Wapenhandel en Bilbao.
d) Oma.

Dinsdag 16 oktober 2012.
1. Laundry.
2. Neef 1 en 2.
3. Nicht.
4. Agenda.
5. 140 Sr. NB.

NB. In de zaak Galway persisteren wij bij ons requisitoir en heeft het pleidooi geen aanleiding gegeven tot repliek. Ook in de zaken tegen Ros is er geen specifieke repliek, omdat er in die zaken in het geheel geen pleidooi is gevoerd.


Lees hier : Deel 1 : De inleiding van de repliek van 9 oktober.


De rest van de dag klonken er vooral veel wetsartikelen en rechtsgeschiedenis. Dat laat ik op dit moment even voor wat het is. Zoals u hierboven in de indeling leest, komt het OM vanaf donderdag meer inhoudelijk terug op de verschillende zaken.

Donderdag dus verder...

*
Op 9 oktober zou voor de repliek Mr. Van de Woude, de advocaat van Maria Houtman, nog met een laatste woord komen. De raadsman was inderdaad aanwezig om nog voor de repliek van het OM een aanvulling te geven op de vordering benadeelde partij van dinsdag 6 maart. Na een korte lezing waarin hij onder meer stelde dat mevrouw Houtman en de kinderen na 2010 geen inkomen meer zouden hebben en dat momenteel het ene gat met het andere gevuld moet worden, handhaafde hij de vordering van de familie Houtman.

Bondtehond