vrijdag 16 april 2010

'De eerste keer dat het OM deze regeling gebruikt, loopt het al mis'

De raadslieden in het liquidatieproces hebben te maken met een stug Openbaar Ministerie. In wezen is het onbegrijpelijk dat de aanklagers zo moeilijk openheid geven over de hoogte van het bedrag waarmee, en de wijze waarop Peter La Serpe uiteindelijk over de streep is getrokken om te getuigen in dit monsterproces waarbij de hoofdverdachten tegen zeer lange vrijheidsstraffen aankijken. Deze hele discussie neemt nu al weken in beslag en heeft keer op keer tot uitstel geleidt. De uiteindelijke beslissing of de rechtbank aan verzoeken uit het kamp van de verdediging zal voldoen, zal pas 27 April vallen, aldus rechtbankvoorzitter Lauwaars. Er gaat intussen veel tijd verloren aan discussies waarbij de oever verderweg lijkt dan ooit en je het gevoel bekruipt dat er werkelijk iets is dat het OM onder de pet probeert te houden. Je kunt een buitenstaander bijna niet meer wijsmaken dat alleen uit het oogpunt van veiligheid een simpel bedrag nog steeds met een wolk van geheimzinnigheid aan het zicht van het grote publiek moet worden blijven ontrokken. Daar moet toch een andere reden voor zijn? In dit geval is de openbaarheid van het Openbaar Ministerie kennelijk ver te zoeken.




De redenatie van het OM alleen al dat na bekend worden van bedragen men wel eens zou kunnen raden waar La Serpe zich dan zou kunnen bevinden, bv in Laos of Moskou, haalden de raadslieden eigenlijk simpel onderuit. Geen speld tussen te krijgen. Mr. Meijering daarover: Als La Serpe een miljoen krijgt toegezegd, wil dat niets zeggen of dat nu in Laos of Moskou is. Er zijn nl nog meer plaatsen op de wereld. Sander Janssen kwam zo mogelijk nog komischer en cynischer over. Janssen: Een kleurling in Laos. Zie je het al voor je? Dat klinkt net zo als een kleurling in Wenen. De verwijzing naar de Antilliaan Angelo Diaz, die in Wenen werd ondergebracht, was duidelijk. Nee, het zal voor het OM en TGB straks niet meevallen alles te blijven wegschrijven onder het mom van 'veiligheid vóór alles'. La Serpe zelf kon ook geen antwoord geven op die vraag toe Lauwaars hem daar naar vroeg.

Mr. Sander Janssen, advocaat van Jesse Remmers, zou vandaag ook nog met een reactie op het OM komen. De verzoeken aan de rechtbank tot grondig onderzoek, gedaan in een indrukwekkende betoog van Mr. Nico Meijering, en waarbij de meeste andere raadslieden zich al aansloten, werden door de raadsman nog eens extra ondersteund. In een evenzo indrukwekkende en in vlot tempo voorgedragen pleitnotitie wees de advocaat de rechtbank op vele argumenten diepgravend onderzoek in te stellen. Ook uit het betoog van Mr. Janssen blijkt dat de verdediging er vanuit gaat dat de OM-deal en de TGB-deal geen gescheiden trajecten zijn, zoals het OM ons wil laten geloven. De bedragen en voorbesprekingen die leidden tot de deal dienen boven tafel te komen.

Om allehande dubbelingen te voorkomen met het Meijering-betoog richtte Mr. Janssen zich ten eerste wat meer op de juridische kaders, ten tweede op de toetsing van deze juridische kaders. Zo zie je dat het inderdaad teamwork is wat zich voor onze neus afspeelt achter het 6 cm dikke kogelwerend glas waarmee de publieke tribune van de beveiligde bunker-rechtszaal is gescheiden. De raadsman wees de rechtbank erop dat een grondige bespreking van de juridische kaders gehinderd wordt door met name twee omstandigheden. De eerste is, dat in deze zaak voor het eerst toepassing wordt gegeven aan de nieuwe 'Wet toezeggingen aan getuige in strafzaken'.

Het gevolg daarvan is dat er nog geen jurisprudentie voor handen is ten aanzien van de uitleg die dient te worden gegeven aan de in die wettelijke regeling gehanteerde begrippen. Sterker nog, het zal naar het zich laat aanzien de eerste uitspraak in diens soort worden en van groot belang zijn voor de wijze waarop de komende jaren invulling zal wordt gegeven aan die wettelijke regeling. Tweede omstandigheid is het feit dat deze procedure nog niet teneinde is en meer in het bijzonder deze pleitnotitie juist strekt tot het doen van nader onderzoek, noodzakelijk voor het bij eindpleidooi innemen van standpunten.

Ik zal u verder niet vermoeien met wetshistorie en parlementarische besprekingen, maar het betoog van Sander Janssen waarin wetgevingsfases en eventuele dubieuze aspecten van de regeling om je oren vlogen, klonk zeker aannemelijk. Ten aanzien van het juridische kader dat de wetgever voor ogen heeft gestaan, kwam de raadsman dan ook tot de volgende tussentijdse conclusies:

1 - De rechtbank wordt geacht in de zaken van de verdachten tegen wie de verklaringen van de kroongetuige worden ingebracht, de inhoud en totstandkoming van de overeenkomst met de kroongetuige kritisch te toetsen en zich een oordeel te vormen over de rechtmatigheid van de overeenkomst;
2 - Van het Openbaar Ministerie wordt verwacht dat deze ten behoeve van deze toets alle relevante stukken aan het procesdossier toevoegd, en in het bijzonder proces-verbaal opmaakt van alle gemaakte afspraken met de kroongetuige, ook en vooral wanneer dit afspraken betreft die niet zijn opgenomen in de overeenkomst;
3 - Het op enigerlei wijze onderhandelen door het Openbaar Ministerie met de kroongetuige over een financiële vergoeding in welke vorm dan ook, wordt door de wetgever zeer nadrukkelijk afgewezen.

Hierna ging Mr. Janssen nog in op de besprekingen tussen La Serpe en CIE-officier van justitie Mr. Sander de Haas. Hij omschreef enkele punten waarop volgens de raadsman in strijd met de waarheid is verklaard door De Haas en anderzijds het OM. Zo zou La Serpe gaandeweg het afleggen van verklaringen zijn gestopt met het doen van financiële eisen, aldus een verklaring van De Haas bij de Rechter-commissaris. La Serpe is nl helemaal niet gestopt met het doen van uitlatingen aangaande zijn financiële verwachtingen gaandeweg het afleggen van zijn verklaringen. Sterker nog, ná het afleggen van al die verklaringen heeft La Serpe nadrukkelijk onderhandeld met de heer De Haas omtrent zijn financiële verwachtingen.

Met de kennis van nu is de verwijzing van De Haas naar de deal, waarin ter bevestiging van zijn verklaring geen sprake zou zijn van financiële tegemoetkomingen, zelfs als misleidend aan te merken, nu De Haas nalaat te vermelden dat er buiten de deal een intentieovereenkomst met de heer La Serpe is gesloten waarin die financiële tegemoetkomingen, waarover hij wel na die verklaringen met La Serpe heeft gesproken, wel degelijk zijn vastgelegd. De Haas dient dan ook verhoord te worden.

De Haas is tenslotte betrokken bij het tot stand komen van de deal. De verdediging heeft concrete aanwijzingen aangetroffen dat de OM-deal beïnvloed is geweest door de TGB-intentieverklaring. Dat ligt voor de hand aangezien die interntieverklaring immers tot stand is gekomen na onderhandelingen met De Haas en diezelfde De Haas vervolgens de OM-deal met La Serpe sluit waarbij het wel vreemd zou zijn als die OM-deal met de intentieverklaring in tegenspraak zou zijn.

Tot slot, Janssen: Ik denk dat het belang niet te onderschatten is. Er is jarenlang overleg gepleegd. De 1e keer dat het OM deze regeling gebruikt, loopt het al mis. Daarbij gaat het om een zaak waarbij alle verdachten op een zeer hoge strafeis van het OM kunnen rekenen. In de zaak Remmers zou hij kunnen rekenen op een forse, mischien wel de meest forse eis van het OM die ons wetboek kent. Juist in deze zaak blijkt nu dat er ernstig getwijfeld moet worden aan het naleven van de do's en don'ts op het gebied van de kroongetuigeregeling zoals de wetgever die gedurende die lange periode heeft willen inbouwen, en hebben sleutelfiguren in de vorm van de officieren van justitie op zijn best stelselmatig geen openheid van zaken gegeven waar dit wetteliijk gezien wel gemoeten had en op z'n slechtst onvolledig, onjuist of in strijd met de werkelijkheid is geverbaliseerd en verklaard over de meest elementaire fase van de totstandkoming van de overeenkomst met deze kroongetuige.

De rechtbank wordt verzocht de volgende personen als getuigen te horen. De betrokken officieren van justitie De Haas, Van der Bel en Verwiel. Dit op de zitting van 20 April a.s. teneinde te worden gehoord door de verdediging en de rechtbank over al het voorgaande, waarmee de ziitingscapaciteit optimaal kan worden benut en deze kwestie nu eindelijk zonder verder tijdverlies definitief uitgezocht en afgesloten kan worden. Ik persisteer bij de verzoeken. Nee, ik sluit mij niet aan bij de verzoeken van La Serpe, ik heb eigen verzoeken, aldus Janssen.

De raadslieden van de andere verdachten sloten zich aan bij Mr. Nico Meijering en bij Mr. Sander Janssen. Voorzitter Lauwaars meldde dat de rechtbank heeft nagedacht over verzoeken van de verdediging tot het horen van Peter La Serpe. De rechtbank wijst dit verzoek toe. Dat zou de volgende keer zijn, op dinsdag 20 April, als Mr. Jan Peter van Schaik erbij is. La Serpe had wel een mededeling. Hij zou alleen kunnen verklaren over de TGB-deal als hij dispensatie zou krijgen van het OM. Officier van justitie Mr. Betty Wind merkte daarover tot slot op: Hij heeft een geheimhoudingsverplichting. Het is zo goed als zeker dat hij die dispensatie niet zal krijgen......

Zo blijft onduidelijk of we uit de richting van de kroongetuige wel duidelijkheid gaan krijgen, want wat gaat hij over de deal en het bedrag wat daar mee is gemoeid vertellen uiteindelijk? Het lijkt er vooralsnog op dat La Serpe de mond weer wordt gesnoert door Mr. Betty Wind. Wat is nl de uitkomst? Een OM dat een kroongetuige laat vallen, mocht hij teveel zeggen? Het blijft spannend.

Door Bondtehond