vrijdag 2 november 2007

'De feestdag der criminelen'

Willem Holleeder had van Klepper en Mieremet gehoord dat ze uit naam van Willem Endstra Ronald van Essen hadden neergeschoten. Hij wilde er echter niet over doorvragen bij Endstra. Als ze te heftig werden de gesprekken met Endstra ging hij er niet op door. Hij wilde de vriendschap met Endstra ook niet op het spel zetten. Dat was moeilijk te geloven volgens Officier Saskia de Vries



En dat Klepper in de tijd dat Holleeder bang was voor Klepper en Mieremet juist gewoon aan hem had verteld wat er gebeurt was, kon ze ook maar moeilijk geloven.
Holleeder: "Als u me zegt dat Klepper en Mieremet leugenaars zijn, ja dat klopt. Ik zit hier ook niet om Endstra dat in de schoenen te schuiven. Dat verhaal over vliegveld Niederrein weet ik ook precies, maar ik zit hier niet om hem te belasten."
(note:Er zouden coke-vluchten op Niederrein plaats gaan vinden, dat was het plan)

Officier Plooy: Sam en John schepten er over op ?
Holleeder: Ja, dat vonden ze prachtig, ze vonden het juist mooi. Ze logen zoveel, het waren allemaal spelletjes. Maar nogmaals, ik heb er verder niet over gesproken.
Rechter Verpalen: U nam ze kennelijk met een korreltje zout? Was dat geen aanleiding om juist verder te vragen?
Holleeder: Sam loog altijd, maar over zoiets niet.
De Vries: Dat is 180 graden anders dan u net zei.
Holleeder: Ja moet je luisteren, ik wil niet Endstra gaan lopen afbranden.

Kort na de poging tot moord op Ronald van Essen was er een ontmoeting geweest tussen Holleeder, Klepper, Jan Femer en Ton van Daalen. Dat was bij de Chinees aan het Stadionplein.
Holleeder: Er waren geruchten dat Endstra en ik zouden doodgeschoten worden.
Plooy: Was dat naar aanleiding op die aanslag op van Essen?
Holleeder: Ja, maar ik heb bij die Chinees verteld dat ik er niks mee te maken had.
Plooy: Waar cirkelde dat verhaal, in het milieu ?
Holleeder: Er is gezegd, ze willen jou als voorbeeld gebruiken voor Endstra.
Plooy: Wie waren dat dan?
Holleeder: Tja, dat is juist zo moeilijk, ik kan de namen niet zeggen.
Plooy: Zo komen we niet verder.
Holleeder: U dwingt me nu te zeggen wie het waren. Nou goed... Het was de Ton van Daalen-groep.

Ton van Daalen, Klepper en Jan Femer zaten aan een tafeltje. Klepper riep mij en zei "Kijk die grijze daar gaat jouw pakken."
Er werd toen gesproken over een betalingregeling voor Gaby Bernard, de vrouw van Ronald van Essen. Zij had Holleeder eens 'de wielklem van Endstra' genoemd, omdat Holleeder altijd bij Endstra was. Dat was jaloezie volgens Holleeder.
Plooy: U noemt het jaloezie, was hij jaloers op u ?
Holleeder: Je moet het zo zien dat als ze slecht over je praten dat het jaloezie is.
Plooy: Had u dat gehoord?
Holleeder: Nee die indruk kreeg ik gewoon als ie mij zag in de Haven van Endstra. Daar had ik een appartement, de mooiste woning trouwens die ik ooit gehad heb. Van Essen liep daar omdat hij een baantje had gekregen van Endstra, als hij verlof had. Die wilde zijn geld nou wel es terugzien, maar Endstra ontliep hem steeds. Er is wel eens een autootje gekocht voor de zoon van Van Essen en ik geloof ook een flat in IJmuiden. Dat autootje heb ik toen nog gekocht, dacht ik. Endstra vermijdde om Van Essen daar tegen het lijf te lopen en dan zag Van Essen wel Holleeder lopen daar.
Vandaar die jaloezie waarschijnlijk.

Plooy: Heeft Endstra Gaby afgekocht?
Holleeder: Er is geen vordering overgeschreven of genomen. De vordering van Van Essen staat nog steeds open.
Plooy: Heeft Endstra een voorschot gegeven aan Gaby? Waarom gaf hij haar niet gewoon voorlopig een tonnetje of twee?
Holleeder: Ik denk niet dat ze dat accepteerden.
Plooy: En u, kon u niet op Endstra inpraten?
Holleeder: Zo ging dat niet, dat ik dat zo kon zeggen van ga nou die van
Essen eens betalen. En als ik Endstra een klap had gegeven, had ik het niet overleefd. Ze zouden er allemaal voor gestaan gaan zijn.
Iedereen kreeg geld van Endstra, en als hem wat zou overkomen waren zij hun centen kwijt. Dus dat kon je gewoon niet doen.
Endstra had het nog steeds over die ene keer dat Ton van Daalen met een vingertje op z'n borst had geprikt, toen die eens geld kwam opeisen op zijn kantoor. Daar had Endstra het nog altijd over.

"Ik zal je effe een tonnetje geven en dan moet je verder je waffel houden", dat accepteerden ze niet.
Uiteindelijk is er een voorlopige regeling getroffen en is er 250.000 gulden betaald en 250 Kilo zwarte Paak gegeven. Dat bleek volgens John Mieremet onverkoopbare handel te zijn, slechte kwaliteit, omdat deze nat was geweest. Jan Femer had garant gestaan voor deze handel, echter het bedrag werd wel bijgescheven bij de vordering op Endstra.

Holleeder: "De Hasj moest opnieuw gemalen worden, geloof ik"
Plooy: Geperst waarschijnlijk?
Holleeder: Oh ja, geperst dat kan ook, weet ik veel....?
Er is toen wat overhandigd bij FEBO op het Stadionplein, een tas met oa een Kristallen paard, van die Swarovski dingen en ook dat geld.

Holleeder: Nou heb ik het toch allemaal netjes verteld.
Staan ik weer voor Joker.....

John Mieremet kwam elke Maandag met een lijstje van dingen wat moest gebeuren. In die tijd reed Holleeder wel vaker met Johnny door de stad om pandjes te bekijken.

Holleeder: Wat die Johnny in één week-end bedenkt kun je gewoon niet bedenken. Elke keer kwam ie weer met zijn lijstjes. Af en toe werd ik daar wel moe van. Die twee dachten echt dat ze in het Onroerend Goed zaten.
Als er weer es een pandje verkocht was, zat ie met zijn blocnootje, zoveel dit, zoveel dat, zoveel zus, zoveel zo, zoveel winst.
Holleeder: Ik dacht en die hebben al zoveel geld, die weten toch niet wat ze er mee moeten doen.
Er ging ineens lichtje op bij Willem en hij zei vrolijk: Oh ja, het was gisteren trouwens 'De feestdag der criminelen', dat weet u hè ?
Plooy: Hoezo?
Holleeder: De Quote 500 is weer uitgekomen......

Bondtehond