woensdag 7 maart 2012

'Op grond van het voorgaande wordt het verzoek afgewezen'

Dinsdag stond het bespreken van de persoonlijke omstandigheden van de Passage-verdachten op de agenda. Aanwezig waren Jesse Remmers, Dino Soerel, Nanpaul de B., Pinny Song en kroongetuige Peter La Serpe. Voordat de rechtbank daarmee begon, vertelde de rechter dat er twee NFI-rapporten binnen waren gekomen in verband met de zaak Gerrie Bethlehem. Er is onderzocht om nog eens met nieuwe technieken te bekijken of er sporen waren. Er zijn nog haren onderzocht. Er is uitgekomen dat deze niet afkomstig waren van de heren La Serpe, Remmers en Ebeli.

Fred Ros gearresteerd in 2006 - Mr. Heleen Bos

's Middags zou de raadsvrouw van Fred Ros, Mr. Heleen Bos, van kantoor Plasman Advocaten, een verzoek opheffing voorlopige hechtenis doen, namens haar cliënt Ros. Maar eerst, zo kondigde de rechtbank aan, zou Mr. van der Woude namens de nabestaanden van Kees Houtman een toelichting komen geven op de vordering van deze benadeelde partij, die de advocaat eerder al per brief had ingediend bij de rechtbank.

De rechters gingen vervolgens per Passage-verdachte afzonderlijk in vogelvlucht door de persoonlijke omstandigheden van iedere verdachte heen. Dat kwam hoofdzakelijk neer op eerdere contacten met politie en/of  justitie en de veroordelingen die daar wel of niet uit volgden. Als iemand van de aanwezigen daar zelf behoefte aan had, kon diegene daar ook wat over zeggen. Bijvoorbeeld wat deze verdenkingen en de detentie met de verdachte of met hun familie heeft gedaan.

(samengevat)
Nanpaul de B.
Rechter: Laat ik beginnen met de heer de B.
Nanpaul de B.: Op dit moment heb ik een Wia-uitkering. Ik ben 80% afgekeurd. Ik ben thuis. Ik schaak veel online. Tja, wat wilt u weten?
Rechter: Er zijn wel wat veroordelingen, maar niets in verband met ernstige delicten. Is er nog iets gebeurd sinds uw arrestatie?
Nanpaul de B.: Ja, ik heb een vechtpartijtje gehad in een café in Vinkeveen.

Rechter: Wilt u nog iets opmerken meneer van Gaalen?
Mr. Menno van Gaalen: Mijn cliënt is blij dat er straks vonnis gewezen gaat worden. Het duurde erg lang.
Rechter: Ja, het duurde wel erg lang, ja. U bent blij dat daar een einde aan komt?
Mr. Menno van Gaalen: Ja.

Peter La Serpe
Rechter: En u, meneer La Serpe?
Peter La Serpe: Ik wil later een verklaring afleggen. Er is nog een zaak onder de rechter. Als daar uitspraak in is, wil ik er wel wat over zeggen. Alleen ik kan de rechtbank moeilijk bereiken. Alle communicatie gaat via het TGB.
Rechter: U weet wel dat alle verzoeken steeds moeilijker wordt, gezien de andere criteria. Uw persoonlijke omstandigheden. Ik heb wel ernstige delicten gezien waarvoor u heel wat jaren heeft vastgezeten, afpersingen, berovingen...
Peter La Serpe klonk plotseling vanuit het gepantserde getuigenhokje: Foute vrienden !
Rechter: Vanaf uw 13e zie ik staan...

Jesse Remmers
Rechter: Meneer Remmers.
Mr. Sander Janssen nam het woord: Meneer Remmers heeft aan een boek gewerkt. U krijgt dat op een moment overhandigd.
Peter La Serpe merkte op: En, waar gaat het over? Ben je nog tot nieuwe inzichten gekomen?
Mr. Sander Janssen: Meneer La Serpe krijgt er ook één.

(Jesse Remmers heeft tijdens het liquidatieproces overigens een aantal malen gezegd op een later tijdstip met een verklaring te zullen komen. Zou hij op deze wijze woord houden?)
Rechter: Een aantal veroordelingen, waaronder poging tot doodslag in Den Haag. (schieten op een politieman) Poging tot diefstal, geseponeerd. Dat was het wel. Heeft u nog iets? (richting OM)
OvJ Mr. Hans Oppe: Nee, dat was het wel.

Siegfried Saez
Rechter: De heer Saez. 10 feiten. Wet wapens en munitie. 7 jaar gevangenisstraf. 4 jaar gevangenisstraf in 1982. Een aantal gevangenisstraffen.
OvJ Mr. Betty Wind voegde toe: De heer Saez is in 2009 veroordeeld tot 17 jaar wegens moord.

Moppie Rasnabe
Rechter: De heer Rasnabe. Een aantal veroordelingen Wet wapens en munitie.

Fred Ros
Rechter: De heer Ros heeft ook veel staan. 30 Maanden Opiumwet plus Wet wapens en munitie. Dat is niet onherroepelijk. 17 Jaar in 1999, is ook niet ten uitvoer gelegd. Wet wapens en munitie, niet-ontvankelijkheid. En nog wat lichtere straffen en alternatieve straffen.

Sjaak Burger
Rechter: De heer Burger. Doodslag, poging tot doodslag. Daar is 8 jaar voor ten uitvoer gelegd. Wet wapens en munitie. Hij is alweer een tijdje op vrije voeten.
OvJ Mr. Hans Oppe: De kantonrechter, een veroordeling Wegen- en verkeerswet.
Rechter: Die feiten hoeven we niet allemaal te weten. (Vervolgens richting Mr. Meijering) Wilt u nog iets namens de heer Burger zeggen?
Mr. Nico Meijering: Nee. Wellicht mijn collega Van der Werf op een later moment.

Ali Akgün
Rechter: De heer Akgün. Wilt u iets zeggen, mijnheer Meijering?
Mr. Nico Meijering: De heer Akgün is op dit moment een beetje moeilijk mee te communiceren.
Rechter: Verblijft hij in het buitenland?
Mr. Meijering: Nou nee, maar ik vraag me wel eens af of u beseft wat 3 jaar EBI met je doet?
Rechter: De heer Akgün heeft 6 weken opgelegd gekregen ivm de Wet wapens en munitie.
Mr Meijering: En wat snelheidsovertredingen.
Rechter: Dan moet je ook niet in die mooie, snelle auto's rijden...

Freek S. 
Rechter: De heer S. Een aantal veroordelingen. 33 Maanden gevangenis. 4 Maanden voorwaardelijk opgelegd ivm Wet wapens en munitie.

Dino Soerel
Rechter: Meneer Soerel. Mishandeling de dood ten gevolge hebbende, 4 jaar gevangenisstraf. In 1990, Hof Amsterdam, wederrechtelijke vrijheidsberoving. Dan kom ik al bij de niet afgedane zaken. Meneer Soerel, wilt u nog overleggen?
Dino Soerel: Als een korte onderbreking mogelijk zou zijn?
(Soerel kreeg een korte onderbreking tijdens de koffiepauze om zich te kunnen beraden met zijn raadsman Mr. Nico Meijering)
Rechter, na de pauze: Ik kijk naar de heer Soerel.
Dino Soerel: Niet zo uitgebreid. Ik heb al aangegeven, ik ben niet het braafste jongetje van de klas. Alleen déze beschuldigingen zijn de meest verschrikkelijke beschuldigingen en hebben wel heel veel impact. Mijn familie grijpt dat wel erg aan. Wij hebben daar wel heel veel last van gehad, ook door de aandacht in de media. De persoonlijke omstandigheden wil ik eigenlijk weinig over zeggen, vanwege de media die dan weer ingaat op mijn persoonlijke omstandigheden. Dat heeft te maken met mijn familie. Ik heb er in Zuil ook niet veel aandacht aan besteed.
Rechter: Ok.

Pinny Song
(Pinny Song was naar de Bunker gebracht door een vriendin en had een nek-brace om, waarmee haar nek wordt gestabiliseerd vanwege een beschadigde nekwervel)
Rechter: Mevrouw Song, we zijn aangekomen bij uw persoonlijke omstandigheden. U heeft een auto-ongeluk gehad. U mag daar iets over zeggen.
Mr. Stijn Franken: Dat zal ik doen, vanwege de nek-brace. (Franken las de tekst voor)
(samengevat): Op 13 februari heb ik een ongeluk gehad. Door de gladheid zijn we van de weg geraakt. Ik heb daarbij een nekwervel beschadigd. Omdat ik door de pijnstillers wat versuft kan zijn en omdat ik moeilijk kan praten door de brace, heb ik meneer Franken gevraagd dit voor te lezen. De afgelopen jaren zijn niet makkelijk geweest. Ik heb veel last van de tijd die ik heb vastgezeten in Nieuwersluis. Je wordt vernederd en je zit tussen 4 muren. Ik wist niet wat dat inhield. In detentie mag je niet zelfstandig zijn. Ook mijn familie is vernederd. Zij zijn geconfronteerd met de verdenkingen voor de moord op Tonny van Maurik. Ik kon moeilijk omgaan met deze onterechte beschuldiging. Ik ben er altijd geweest voor mijn kinderen. De verhalen dat ik mannen een poot uit heb getrokken kloppen niet. Met het werk wat ik deed, heb ik mannen aan hun gerief laten komen die dat op een andere manier niet konden. Ik wil er verder niets over zeggen. Ik heb mijn kinderen beloofd niet meer te werken. De kleine wereld die ik heb, koester ik. Het is goed zoals het is. De directeur van Nieuwersluis zei ooit: "Je weet toch dat je zwaar gestraft gaat worden?" Toen besefte ik dat voor sommige mensen je schuld al vaststaat voor er ook maar iets bewezen is. Over Moppie en Jesse worden ook veel dingen gezegd. Ik ken hen als leuke, intelligente jongens die mensen helpen. Zo zal ik hen altijd blijven zien, wat anderen ook zeggen. Mijn kinderen geloven in me. Dat is het allerbelangrijkste.
Rechter: Dank u. En hoe gaat het nu verder met uw nek?
Pinny Song: Ik moet terugkomen over 2 maanden. Ik heb een scheurtje in mijn C1-wervel.
Rechter: En u maag- en darmklachten?
Pinny Song: Ja, ik moet daar rustig mee aandoen, maar ik ben het gewend.
Rechter: Ik zie gewoonteheling, 8 maanden waarvan 4 voorwaardelijk.

Rechter: Dan zal nu de heer Van der Woude voor mevrouw Houtman de vordering van deze benadeelde partij komen toelichten.
Peter La Serpe: Mag ik gaan, of ben ik nog nodig?
Rechter: Op zich kunt u gaan ja.
Rechtbankvoorzitter Mr. Lauwaars: Ik wel opmerken, het gaat om een vordering van enkele tonnen. 260.000 euro om precies te zijn. Het is wel van belang dat u dat ook hoort.

Mr. Simon van der Woude: Die toelichting kan heel erg kort zijn. Het gaat erom dat de voortgang van dit proces niet al te veel wordt onderbroken.

De toelichting kwam er samengevat op neer dat de vordering bestaat uit twee delen. Een deel voor het wegvallen van het inkomen uit de BV van Kees Houtman. En dan uitgaande van een periode van 10 jaar dat Houtman nog zou hebben kunnen werken. Begroot op 260.000 euro, oftewel 26.000 per jaar. De activiteiten die werden ontplooid in de BV zagen toe op het onderhoud van onroerend goed, aldus Van der Woude. Het waren legale inkomsten, zei de raadsman. Het tweede deel is een vordering ivm het leed wat de nabestaanden is aangedaan. Daarvoor eisen de nabestaanden 10.000 euro. Er is echter lang over nagedacht. Wat moet je eisen als een geliefde van je wordt afgenomen? Als je uitgaat van het met opzet voor de ogen van de nabestaanden doodschieten van je man en vader, is dit bedrag natuurlijk een zeer bescheiden bedrag. Wat er bewust niet is gevraagd, is een vergoeding voor de begrafeniskosten. In de eerste plaats om een principiële reden. De familie heeft de begrafenis gezien als een laatste gift aan mijnheer Houtman. Het zou geen geschenk meer zijn als daar een vergoeding voor zou worden gegeven.

Peter La Serpe merkte op: Ik heb geen vragen. Ik wil wel zeggen dat ik de schadevergoeding terecht vind.
Rechter: Ok, dank u wel.

*
Mr. Heleen Bos van Plasman Advocaten deed na de middagpauze een verzoek tot opheffing voorlopige hechtenis namens haar cliënt Fred Ros. Ros zit reeds 5 1/2 jaar vast. Dat is bruto een forse straf. Hij zit extreem lang in een huis van bewaring, en dat is ten opzichte van de gevangenis en de detentiefasering een zwaardere omstandigheid. Dit is een persoonlijke omstandigheid van de heer Ros, aldus Mr. Bos.
Rechter: Hij was toch overgeplaatst inmiddels?
Mr. Bos: Jawel, maar het is er niet beter op geworden.
Rechter: Ok. Gaat u verder
Mr. Bos: De ernstige bezwaren hebben de kracht van bewijsmiddelen en impliceert een veroordeling. De voorlopige hechtenis van een zo lange duur is in strijd met de onschuldpresumptie. Op die basis verzoek ik u de voorlopige hechtenis van de heer Ros op te heffen.

Het OM is het eens met het feit dat het voorarrest extreem lang duurt, maar in dit geval wel gerechtvaardigd. Daarom verzocht officier van justitie Mr. Hans Oppe afwijzing van het verzoek. De ernstige bezwaren zijn nog ruim voldoende aanwezig, volgens het OM.

Mr. Oppe: De rechtsorde zou geschokt worden als de heer Ros vlak voor het requisitoir vrijgelaten zou worden. Dat zou voor de nabestaanden onbestaanbaar zijn. We zouden dat niet durven vertellen aan de nabestaanden. Dat kan in deze situatie niet verkocht worden.

Na een half uur beraad was de rechtbank eruit en wees het verzoek af. De rechtbank is het ook eens met de advocate dat het voorarrest wel extreem lang duurt, maar vindt net als het OM dat de ernstige bezwaren nog ruim voldoende aanwezig zijn.
Rechter: Over schending van de onschuldpresumptie: De rechtbank kan uiteraard nog geen rekening houden met nog te voeren verweer. Op grond van het voorgaande, wordt het verzoek afgewezen.

Op 13 maart gaat het proces verder. Dan reageert het OM op het verzoek opheffing cq. schorsing voorlopige hechtenis dat Meijering deed voor Dino Soerel,  HIER  en  HIER.

Tot slot vroeg Jesse Remmers of hij de 13e ook aanwezig mocht zijn. De rechter zei dat dat wellicht moeilijk zou gaan, omdat het geen zaak betrof waarmee Jesse van doen heeft. Maar ja, zei de rechter, dat moet je maar even met het OM overleggen. Die zullen dat moeten regelen met het BOT-team.
Mr. Betty Wind merkte op dat ze het met de BOT-teamleden, die zorgdragen voor de transporten tussen de EBI en de Bunker, zou overleggen. Maar ze kon geen garantie geven dat die dat zouden zien zitten.
Jesse grapte: Ik kan ook de trein pakken....
Dat zal moeilijk gaan vanaf de EBI, zei de rechter.


Bondtehond

vrijdag 24 februari 2012

'Het OM is La Serpe toe gaan staan de waarheid geweld aan te doen'

Het tweede gedeelte van het enorme verzoek tot opheffing cq. schorsing voorlopige hechtenis van Dino Soerel door zijn raadsman Mr. Nico Meijering nam net als bij het eerste gedeelte weer een hele dag in beslag. Twee stapels papier van elk 5 cm dik, 473 pagina's in totaal. Als je dat ziet, vraag je je al gauw af: Hoe ziet het uiteindelijke pleidooi er straks dan wel niet uit? In ieder geval kun je dit betoog wel beschouwen als een voorschot op het eindpleidooi dat gepland staat ergens in Mei/Juni.

Mr. Nico Meijering - Dino Soerel

Mr. Nico Meijering heeft er reeds 4 jaar procederen opzitten in de Bunker-rechtszaal van het liquidatieproces. Je kunt je bijna niet voorstellen hoe het mogelijk is dat een advocaat in staat is zijn bevindingen van die periode zo gedetailleerd en secuur weer te geven in één betoog. Ik noemde het gisteren 'fileren van de(het) vermeende bewijzen(pakket)', maar het is meer dan dat. Met recht is met dit juridische uitpluizen en ook het verwoorden in zo'n prachtig uitgebreid betoog weer een prestatie van formaat geleverd. Laat dat maar aan Meijering over. Je begrijpt meteen waarom Mr. Meijering zo'n populaire advocaat is.

Zoals ik gisteren al zei, het wordt dan ook moeilijk zo'n groot betoog in een verslag samen te vatten. Het is eenvoudigweg te groot. Maar ik kan u zo zeggen, het OM gaat een zware dobber krijgen aan dit verzoek. De rechtbank wil niet zomaar een korte reactie, maar vroeg de officieren van justitie ook echt inhoudelijk in te gaan op het betoog van Meijering. Die gelegenheid krijgt het OM op 13 februari.

Mr. Betty Wind antwoordde: Summier reageren, zou geen recht doen aan de heer Meijering.
'Waarvan akte', zou Meijering kunnen zeggen.

Donderdag ging de raadsman van Dino Soerel natuurlijk uitgebreid in op de verklaringen van kroongetuige Peter La Serpe.

Mr. Meijering: Deze kroongetuige is veel besproken en zal voorlopig nog wel gesprekstof blijven opleveren. Natuurlijk niet zo gek voor een kroongetuige in zo'n omvangrijk liquidatieproces, maar vooral niet gek omdat La Serpe tot aan de eindstreep altijd wel weer met iets komt dat niet onbesproken mag passeren.

La Serpe is in ieder geval voor ons een heel bijzondere getuige, geheel los van het feit dat hij kroongetuige is. Ik heb het in ieder geval nog niet eerder meegemaakt dat een getuige zelf aankomt met het verhaal dat hij drie soorten/categorieën verklaringen heeft afgelegd. Hij kwam met deze onthulling nadat hij meer en meer in de (on)waarheidshoek werd gedreven aan de hand van vragen over de inhoud van Holleederweglatingen in relatie tot eerdere uitspraken die hij afgelopen jaren tijdens verhoren heeft gedaan. Meer en meer geconfronteerd met tegenstijdigheden en ongerijmdheden, zocht hij vervolgens zijn vlucht in een betrekkelijke bizarre poging tot uitleg van die ongerijmdheden: drie categorieën van verklaringen met elk voor zich een eigen waarheids- of onwaarheidsgehalte. La Serpe ten voeten uit. En we kenden natuurlijk van La Serpe al zijn verhalen rondom zijn "zekerheidjes", "stelligheidjes", "logica's" en "overtuiging". Ook al geen beste basis voor het OM om een stevige bewijsconstructie op te willen bouwen.

Verder zijn daar nog andere voor La Serpe kenmerkende uitspraken geweest: "alles wat ik verklaard heb is naar waarheid geweest" of "vanaf de verklaringen bij de RC ben ik altijd volledig en naar waarheid gaan verklaren". We zullen nog zien dat deze uitspraken uiterst moeizaam, of in het geheel niet te rijmen zijn met diverse uitspraken door La Serpe gedaan inzake meerdere thema's.

In dit kader mag niet onvermeld blijven een andere gevleugelde uitspraak van La Serpe die nog tot een veelbetekenende verspreking op zitting heeft geleid. Ik doel op de veelgehoorde uitspraak van La Serpe als hij weer eens geconfronteerd werd met volslagen ongerijmdheden met eerder door hem gedane uitspraken: "Ik kende mijn overwegingen van destijds om zo te verklaren niet". Zijn meest recente verspreking: "Ik kende mijn berekeningen van destijds niet" was veelbetekenend.

Er is al heel veel gezegd over de betrouwbaarheid van La Serpe zowel in pleitnota's in de zaak van cliënt Akgün, als de vele zittingen die hebben plaatsgehad.

Er is reeds veel gezegd over de onbetrouwbaarheid van La Serpe. zowel in de pleitnota's in de zaak van cliënt Akgün, als op de vele zittingen die hebben plaatsgehad.

Er is reeds veel gezegd over de speciale kenmerken die aan (de verklaringen) van La Serpe kleven. Kenmerken die vragen om extra behoedzaamheid bij het waarderen van de waarde van zijn verklaringen, alsmede vragen om stevig aanvullend bewijs. Kenmerken die tezamen bezien tot geen andere conclusie kunnen leiden dan dat de verklaringen van La Serpe in de zaken van cliënt volstrekt onbruikbaar zijn. De hoeveelheid kenmerken dat thans kan worden bloot gelegd overstijgt het aantal kenmerken waarop wij eerder hebben gewezen.

Ik benoem die kenmerken hier inleidend kort en zal ze daarna uitgebreider bespreken. Reeds in een vroeg stadium stonden we stil bij het kenmerk dat La Serpe in beginsel alleen staat in zijn beschuldigingen, waardoor het 'unus testis nullus testis'-leerstuk in beeld komt bij deze getuige. (één getuige is géén getuige)

Verder was daar het tweede kenmerk: La Serpe is een de-auditu getuige. In de liquidatiezaken die tegen cliënt Akgün zijn opgestart, gold dat de-auditu-kenmerk niet voor alle zaken. In de zaak tegen cliënt Soerel geldt zulks in volle omvang: La Serpe heeft cliënt nog nooit gezien en/of gesproken en - hetzij ook maar direct gezegd : hij heeft cliënt ook nimmer in gezelschap van Jesse Remmers gezien.

Het derde kenmerk betreft uiteraard het feit dat La Serpe een kroongetuige is. De wetgever vereist extra stevig bewijs wil het OM de verklaringen van een dergelijke getuige met sucses kunnen bezigen tegen verdachten.

Het vierde kenmerk is dat inmiddels vast is komen te staan dat de getuige -al of niet gewild- gestuurd is.

Deze eerste vier kenmerken klevende aan (de verklaringen van) La Serpe laten zich in het kader van dit betoog het gemakkelijkst gezamelijk bespreken, hetgeen ik dan ook zal doen.

Hoewel voorgaande kenmerken natuurlijk ook raken aan de betrouwbaarheid van (de verklaringen van) La Serpe, geldt zulks des te meer -en directer- voor de volgende kenmerken. Ik zal die daarom appart bespreken.

Zo wordt het eens tijd om wat langer stil te staan bij hetgeen zeker kenmerkend (vijfde) is voor de getuige La Serpe: de daadwerkelijke redenen om kroongetuige te worden.

Het zesde kenmerk betreft de constatering dat de getuige La Serpe niet in staat is gebleken consistent te verklaren in de zaken die tegen cliënten zijn opgestart.

Het zevende kenmerk betreft het feit dat La Serpe aantoonbaar niet naar waarheid verklaard heeft. Gedoeld wordt op (onderdelen van) verklaringen die afgerekend kunnen worden met vaststaande feiten.

Kenmerk acht betreft het feit dat La Serpe zelf met zoveel woorden dan wel impliciet heeft aangegeven niet naar waarheid te hebben verklaard. We zullen dadelijk zien welke varianten op dit kenmerk zijn terug te vinden in zijn verklaringen.

Het negende kenmerk betreft de mogelijkheid dat La Serpe daadwerkelijk meent dingen te hebben meegemaakt die hij nimmer meegemaakt heeft.

Het tiende kenmerk is dat de getuige heel wel mogelijk een dealmoord (Bethlehem) die hij heeft gepleegd in de schoenen van een ander heeft geschoven. Daarmee wordt de betrouwbaarheid van de getuige in de kern geraakt.

Mr. Meijering: Al deze kenmerken die kleven aan (de verklaringen van) deze getuige zal ik hierna langslopen. Bij het ene kenmerk zal ik aanzienlijk korter stil staan dan het andere. Al is het alleen reeds omdat met betrekking tot dat kenmerk verwezen kan worden naar voorgaande pleitnota's, of omdat juist eerst bij eindpleidooi dat kenmerk nader onder de loep zal worden genomen. Verder zullen vele voorbeelden van uitspraken die door La Serpe gedaan zijn raken aan meerdere blootgelegde kenmerken of elkaar overlappen. Sommige in het oog springende uitspraken van La Serpe zullen worden besproken in de recent vrijgekomen Holleederweglatingen, aangezien die uitspraken door de weglatingsafspraken veel beter verklaarbaar lijken.

Die weglatingen zullen aan het slot van de bespreking van La Serpe appart en betrekkelijk uitgebreid aan bod komen. De verdediging acht zulks van belang, nu reeds het OM op 1 november jl. hier uitvoerig aandacht heeft besteed. Net als het OM destijds deed zal door mij ook worden stilgestaan bij de (on)rechtmatigheid van de weglatingsafspraak die met La Serpe is gemaakt. Zonodig belangrijker is daarbij ook aandacht te besteden aan de gevolgen van dergelijke weglatingsafspraken. Gevolgen die men juist kennelijk als wetgever niet heeft gewild en gevolgen die evident in de zaak van cliënt te voelen en te zien zijn.

Vervolgens ging Meijering in op wat La Serpe nu in essentie over zijn cïënt Dino Soerel te verklaren heeft. Dat is zeer weinig en daarom overzichtelijk. Van groot belang is daarna te bezien hoe het toch mogelijk is dat een getuige over zo weinig vermeende feitelijkheden in staat is zo wisselend en inconsistent te verklaren. Dat is enkel en alleen mogelijk als de getuige zich niet gesteund kan weten door de waarheid.

Tot zover de letterlijke inleiding van het betoog van Mr. Meijering.

Het bespreken van de Holleederweglatingen nam inderdaad een groot deel van de middag in beslag. Het betoog van Meijering richtte zich op de mogelijkheid dat La Serpe aan 'in de plaats stellingen' deed de afgelopen 5 jaar.

('In de plaats-stelling' = Meijering bedoeld hiermee dat La Serpe, omdat hij vreesde voor zijn veiligheid en van zijn verwanten, wilde dat zijn verklaringen over Holleeder buiten Passage bleven. De verdediging houdt het goed voor mogelijk dat La Serpe op momenten in de plaats van over Holleeder toen maar over Dino Soerel is gaan verklaren. Hij moest immers wel iemand aanwijzen. Holleeder durfde hij niet. Dan maar Soerel.)

Meijering gaf legio voorbeelden en kwam met een treffende beeldspraak: Het beeld wat La Serpe schetste is dat hij een groot schilderij maakte waar slechts een klein hoekje van ontbrak. La Serpe heeft getracht cliënt over Holleeder heen te schilderen. Het risico is dat je een verkeerd ingekleurd schilderij krijgt.

Mr. Meijering (samengevat): Al die tijd is de verdediging op het verkeerde been gezet en was de transparantie ver te zoeken. De Holleeder-passages zijn weggehouden uit de verklaringen van La Serpe onder de vlag van veiligheid. Het weghouden raakte echter niet alleen de veiligheid, maar ook de waarheidsvinding. Men had transparant kunnen vermelden dat er passages zouden worden weggelaten. Dat is niet gebeurd. Er is 5 jaar gebruik gemaakt van een woordenspel. Er was geen transparantie wat betreft de deal met La Serpe. Transparantie wordt wel steeds gesuggereerd. Het OM is La Serpe toe gaan staan de waarheid geweld aan te doen.

En La Serpe? La Serpe zal altijd bij zijn verhaal blijven. Hij zal nooit toegeven dat hij cliënt in de plaats heeft gesteld. Hij kijkt wel beter uit. La Serpe zal een eenmaal gemaakte leugen zo lang mogelijk willen blijven volhouden. De ene in de plaats stelling op de andere. Ik heb het al eens een smeerboel genoemd, aldus Meijering.

La Serpe wilde Holleeder niet belasten. Hoe moet je dan het opdrachtgeven plaatsen? En hoe komt het dat hij 'nu' het hem gevraagd wordt zich 'nu' ineens herinnert: Dat kwam van Dino af.

Meijering: Dat komt omdat hij liegt!

Tot zover deze samenvatting. De rechter mevrouw Mr. Van Dale complimenteerde Mr. Meijering na afloop met zijn betoog.

Rechter: Dank u, mijnheer Meijering. U heeft een grote prestatie geleverd.

*

Op 6 Maart gaat het proces verder met de persoonlijke omstandigheden van de verdachten. Op 13 Maart reageert het OM op dit verzoek opheffing cq. schorsing voorlopige hechtenis van Meijering.

Bondtehond

woensdag 22 februari 2012

'Bizar is het natuurlijk wel dat cliënt wel vervolgd wordt en Holleeder niet'

Een belangrijke dag voor verdachte Dino Soerel dinsdag tijdens het liquidatieproces in de bunker-rechtbank te Osdorp. De raadsman van Soerel, Mr. Nico Meijering, droeg het eerste gedeelte voor van een verzoek tot opheffing cq. schorsing voorlopige hechtenis. 's Ochtends gaf Mr. Meijering reeds aan dat het een gigantisch betoog zou worden, dat zo'n twee dagen in beslag zou nemen. Donderdag, zo voorspelde de advocaat Bondtehond, zou wat hem betreft de interessantste dag worden. Wat mij betreft was het dinsdag al erg interessant om te ervaren hoe de verdediger van Soerel het bewijzenpakket dat het openbaar ministerie heeft samengesteld de afgelopen 5 jaar professioneel fileerde. Dus dat belooft wat.


Ik zeg 5 jaar, aangezien het afgelopen maandag precies 5 jaar geleden was dat het openbaar ministerie een deal sloot met kroongetuige Peter La Serpe. Om precies te zijn op 20 februari 2007. Mr. Meijering herinnerde de aanwezigen eraan dat we inmiddels het 1e lustrum tegemoet gaan. Er wordt al bijna 5 jaar gevochten tot op het scherpst van de snede in de extra beveiligde rechtbank. Er staat dan ook gigantisch veel op het spel voor de verdachten. Naar verwachting zullen er wellicht zelfs eisen tot levenslange gevangenisstraf klinken. Maar of dit terecht is?

De verdediging van Dino Soerel doet er in ieder geval alles aan om aan te tonen, ja zelfs om te bewijzen, dat hun cliënt onterecht wordt beschuldigd van zeer zware strafbare feiten, waaronder het opdracht geven tot liquidaties. Het is alweer bijna 17 maanden geleden dat Soerel werd gearresteerd en "mocht aansluiten" bij de andere verdachten in Passage. Sindsdien zijn al twee cliënten van het kantoor van Meijering, te weten Ali Akgün en Sjaak Burger, uit voorlopige hechtenis ontslagen. Niet vreemd dus dat de zaak van Ali Akgün door de verdediging regelmatig als maatstaf wordt gebruikt. Want is er werkelijk wel zoveel meer vermeend bewijs tegen Dino Soerel dan tegen Akgün?

En what about Willem Holleeder? Is er werkelijk zoveel meer bewijs tegen Dino Soerel dan tegen Willem Holleeder, die laatst nog is vrijgelaten en niet zoals verwacht ook werd gearresteerd in zijn cel op verdenking van het opdracht geven tot liquidaties? De raadsman is van mening dat er tegen Holleeder meer en zwaarwegender bezwaren zijn dan tegen zijn cliënt Soerel. Het is voor de raadsman volstrekt onbegrijpelijk dat het OM, kennelijk blijvend, meent dat Soerel wel in voorlopige hechtenis zou moeten blijven voor liquidatiezaken en de verweten liquidatie-organisatie. Immers, Soerel wordt alleen vervolgd in de zaken Houtman en Van der Bijl, precies die zaken waarin Holleeder eveneens in beeld is gebracht en dan met name door La Serpe.

Mr. Meijering: Ik kan natuurlijk niet de gedachten van het OM lezen, en weet dus niet of het OM nu Holleeder niet vervolgt vanwege gebrek aan bezwaren of vanwege ontbreken van gronden. Het OM heeft er tot op heden niets over gezegd en het OM wordt uiteraard van harte uitgenodigd een en ander eens nader toe te lichten. Wij weten het vooralsnog niet. En we kunnen het ook niet weten aangezien wij wat de bezwaren betreft enerzijds vinden dat er inderdaad onvoldoende bezwaren zijn tegen Holleeder, terwijl anderzijds het OM vindt dat de bezwaren er wel in voldoende mate tegen cliënt zouden zijn. En dit laatste verhoudt zich niet met de feiten en wel dat er nu juist tegen Holleeder aanzienelijk meer en meer zwaarwegende bezwaren bestaan in dit dossier.

Er rest geen andere conclusie dan dat het OM kennelijk meent dat er geen gronden zijn tegen Holleeder. Het OM vindt kennelijk niet dat in de Passagezaak tegen Holleeder de rechtsorde geschokt is door de liquidaties van Houtman en Van der Bijl. Ondanks dat de slachtoffers bij leven, en dan met name Van der Bijl, en de nabestaanden naar Holleeder hebben verwezen als opdrachtgever. Wat betreft de nabestaanden springen in dit proces met name mevrouw Houtman en onlangs op zitting nog gehoorde Jopie van der Bijl in het oog. De voorlopige hechtenis-grond van geschokte rechtsorde heeft dan wel een uiterst opmerkelijke dimensie aangenomen in dit proces. Of moeten we het toch niet zo zien, en meent het OM inderdaad gewoon dat er onvoldoende bezwaren zijn tegen Holleeder?

We horen het heel graag, want dat zou mogelijk ongelooflijk veel debat kunnen besparen aangezien de bezwaren tegen cliënt van aanzienlijk minder omvang en gewicht zijn. Het OM is in de reactie op dit betoog wel uitleg verschuldigd. In de eerste plaats natuurlijk vóór alles aan cliënt en zijn naasten. Maar daarnaast toch ook wel een beetje aan de samenleving. En vooral aan de nabestaanden van Houtman en Van der Bijl. Want Bizar is het natuurlijk wel dat cliënt wel vervolgd wordt en Holleeder niet.

Het OM is op dit thema oorverdovend stil geweest. Althans in dit proces. Uit de media hebben we nog iets kunnen vernemen voorafgaand en rondom de invrijheidsstelling van Holleeder: er zou onvoldoende "direct bewijs" zijn, maar haastte de top van het OM zich te zeggen: Holleeder zou nog wel verdachte blijven. Voor de rest, en vooral tijdens dit proces, oorverdovende stilte. Dat doet ook weer denken aan het feit dat uw rechtbank aan het begin van dit proces tegen cliënt het OM langdurig de OM raadkamer heeft in gestuurd met de vraag of het OM Holleeder ook ziet als deelnemer aan de criminele organisatie zoals die verweten wordt aan cliënt. En jawel, na lang beraad kwam het er dan toch uit dat het OM inderdaad Holleeder zo ziet. Uw rechtbank heeft daar flink wat woorden en vragen richting OM moeten wijden. Holleeder was immers ook niet met naam opgenomen in de verweten 140-tenlastelegging.

Wat heeft Holleeder toch, wat cliënt niet heeft? Of andersom: Wat heeft hij niet, wat cliënt wel heeft?

Het OM moet nu toch echt dat oorverdovende zwijgen eens gaan doorbreken. Cliënt heeft daar in het kader van dit opheffingsverzoek alle recht op. Het zal mogelijk een nieuw OM-licht kunnen doen schijnen op de gronden en bezwaren die geleid hebben tot de voorlopige hechtenis van cliënt.

Meijering: De bezwaren overziende wordt het kernbewijs, gelijk in de (hoofd)zaken tegen Akgün en Burger, gevormd door de verklaringen afgelegd door de kroongetuige La Serpe. Daarnaast zijn ook tegen cliënt ingebracht de verklaringen van mevrouw Houtman, Teeven, en Q5 terwijl kennelijk nog steun wordt gezocht in de verklaringen van De Boer, de Endstra-tapes en enkele tap- en OVC-gesprekken. De Getuige Kaale sr. laat ik verder buiten de inhoudelijke bespreking aangezien het OM inmiddels zelf ook heeft laten weten in de verklaringen van deze getuige weinig bezwarend brood te zien. Hetzelfde geldt voor Jopie van der Bijl, waarvan inmiddels wel is komen vast te staan dat hij in de war moet zijn geweest.

Mede gelet op het recent vrijkomen van de Holleeder-passages, zal de meeste aandacht besteed worden aan het kernbewijs: de verklaringen van La Serpe. Ook hier geldt dat in het verleden al overvloedig is stil gestaan bij de (on)bruikbaarheid van die verklaringen en dat het te ver voert om al te zeer in herhaling te vallen. Daarnaast moet er uiteraard nog wel wat overblijven voor het eindpleidooi. Een en ander neemt echter niet weg dat in het kader van de zaak van cliënt Soerel nog nimmer stil gestaan is bij hetgeen door La Serpe specifiek over Soerel is verklaard. Dat vraagt dus wel extra aandacht.

Meijering ging vervolgens in op de achtergrond van de bezwaren. Het is vrijwel onmogelijk om het hele betoog van Meijering, voorgedragen uit een pleitnotitie van om en nabij de 220 pagina's, goed (volledig) samen te vatten. En dan daarbij, Meijering was nog niet eens op de helft, want de rest komt donderdag aan bod tijdens het tweede gedeelte van het betoog cq verzoek opheffing voorlopige hechtenis. Ik zal een opvallend gedeelte samenvatten.

Uit honderden ordners blijkt van geen enkel motief aan de zijde van Soerel. Voor de verdediging is dat niet zo bijzonder. Er is namelijk nimmer sprake geweest van een dergelijk motief, aldus Meijering. Bij gebrek aan enig motief kan het OM kennelijk niet anders dan te grijpen naar de theorie die kennelijk op de achtergrond speelt, namelijk: Soerel is schuldig vanwege zijn band met Willem Holleeder. Want wat moet je als OM als je geen motief kan blootleggen? Dan maar stellen dat de verdachte het wel gedaan zou hebben vanwege vermeende zakelijke en/of vriendschappelijke banden met een ander, ten aanzien van wie wél motieven zijn bloot gelegd.

Meijering: Ik doel zoals bekend dan op Holleeder. Holleeder, waarvan we inmiddels weten dat het OM in Passage niet tot vervolging wil overgaan, maar waarvan we niet weten waarom het OM dat niet wil. Dezelfde verdachte die destijds met goedvinden van parketleiding, de CTC en het College van Procureurs Generaal uit de verklaringen van La Serpe is gehouden. Het blijft natuurlijk een bizar gegeven dat het OM met alle geweld cliënt voor de onderhavige liquidaties wil vervolgen, en zulks doet via de omweg van een andere verdachte die men in dit proces niet wil vervolgen. Een andere verdachte waartegen, als we de media moeten geloven, volgens het OM onvoldoende 'hard' bewijs zou zijn.

In een passage uit het dossier-Passage is terug te lezen dat 'aannemelijk' zou zijn dat de opdrachten voor de liquidaties van Houtman en Van der Bijl afkomstig zou zijn van Holleeder en cliënten Soerel en Akgün. Maar dan de uitleg waarom dit 'aannemelijk' zou zijn. Op geen enkele wijze wordt verwezen naar feiten die te relateren zouden zijn aan cliënten Soerel en Akgün. Waar wel naar verwezen wordt zijn de verklaringen van Thomas van der Bijl, Kees Houtman, Maria Houtman, Sander Hulsman en Caroline Houtman. De eerste twee genoemden hebben tijdens hun leven tegen meerdere mensen verklaard over 'hun problemen met Holleeder', terwijl hun verhaal bevestigd wordt door andere getuigen.

Van belang is hier vast te stellen dat deze getuigen inderdaad met geen woord reppen over cliënt, laat staan over problemen met cliënt. Dat strookt volledig met hetgeen cliënt verklaard heeft in alle standen van het tegen hem aanhangige proces. En zoals reeds eerder in dit proces gesignaleerd: kennelijk onderkennen de recherche en het OM dit bewijsprobleem, althans dan toch op zijn minst dit motievenprobleem, zoals blijkt uit hetgeen hier in één adem gesteld wordt en wel dat "het bij de Amsterdamse en Nationale recherche bekend is dat Soerel een jarenlange nauwe zakelijke en/of vriendschappelijke band met Holleeder had". Het OM kan kennelijk niet anders dan maar via Holleeder proberen een bewijs- en overtuigingsconstructie optuigen. Dus: cliënt zou het allemaal hebben gedaan, maar die Holleeder zelf gaan we niet vervolgen.

Dat is nogal een hachelijke onderneming. Zeker als je tegen de man zelf -via wie je zulks wilt- kennelijk te weinig (gronden en) bezwaren ziet. Recht is zo nu en dan wel heel erg krom.

Dit bracht de raadsman tot bespreking van dit punt van de achtergronden van de bezwaren: de vermeende band met Holleeder bestaat niet.

Verwijzend naar wat diverse getuigen daarover hebben verklaard, was die vriendschap met Holleeder helemaal niet zo hecht. Soerel heeft daar op zitting zelf uitvoerig over verklaard dat hij niet eens wist waar Holleeder woonde, laat staan dat hij bij hem over de vloer kwam. De band met Holleeder was al in de periode voorafgaand aan de nazomer van 2005 aan het aflopen.

Dino Soerel wilde graag zelf wat zeggen over de onlangs toegevoegde tapgesprekken. Deze tapgesprekken zouden volgens het openbaar ministerie aantonen dat Willem Holleeder en hij wel contact hadden na 2005, toen de vriendschap wat Soerel betreft op een laag pitje kwam te staan, anders gezegd: de vriendschap bekoelde na een pittig gesprekje tussen de twee op de Nieuwmarkt. Soerel had Holleeder laten weten er helemaal klaar mee te zijn. De reden om klaar met hem te zijn was gelegen in het incident rondom Kaale Jr. en wel dat Holleeder kennelijk Soerel's naam had gebruikt in een financieel geschil dat Holleeder meende te hebben.

Rechter: Uw algemene relatie met Willem holleeder, wat wilt u daar over zeggen?

Dino Soerel: Wat mij opviel is dat er van een lange tijdsperiode in 2005 taps zijn gevoegd. Het valt op dat het voornamelijk gaat over Holleeder en zijn vriendinnetjes. Ik wist niet dat de heer Meijering dit heeft verwerkt in zijn pleidooi. De foto bijvoorbeeld. (foto linksonder) Het werd Rotjeknor genoemd. Het is niet in de Baja. Er is gezegd dat ie op een feestje is genomen in Rotterdam. Lydia van der H. zegt helemaal niet dat ze mij en Willem samen heeft gezien.

Dick Vrij over Adnan. 'Mijn vriend' zegt ie. Dan zegt de verbalisant: Mogelijk wordt Dino Soerel bedoeld. Dat vind ik wel heel makkelijk om dat te zeggen. Zo spectaculair vind ik die gesprekken trouwens niet. Het lijkt meer een vriendinnenverslag als je het zo hoort.

Onderaan staat: 'Wat doe jij hier?' Ik zei 'Wat doet hij hier', tegen iemand anders, dus niet tegen Holleeder zelf.
(Dit ging over een tapgesprek tussen Danny Kuiters en Dick Vrij dat ging over een bezoek van Holleeder aan Danny Kuiters in gevangenis Zuyderbosch. Soerel zat al aan de bezoektafel toen Holleeder ook binnenkwam. Een verbalisant (T055) suggereert dat Holleeder kennelijk op die bajesbezoekdag 'ook nog omgang met Soerel had'. Dat heeft T055 volstrekt uit de lucht gegrepen. Daar blijkt nl niets van uit de taps - red.)

Etc. etc,  Soerel wil er maar mee zeggen. Die tapgesprekken zijn leuk, maar zeggen erg weinig. En dat het contact tussen Soerel en Holleeder bekoeld was in de tweede helft van 2005 wordt ten volle ondersteund door diverse getuigen. Genoemd worden Orminda Soerel, Esther S., Arjen Kaale Jr., Willy L., Hans Nijman, Danny Kuiters en Ali Akgün.

Donderdag verder...

Bondtehond