maandag 14 november 2011

'Ik wil een verweer voeren om de Staat niet-ontvankelijk te laten verklaren'

De rechtbank zit nogal in haar maag met het feit dat de advocaat van Peter La Serpe, Mr. Jan Peter van Schaik, de verdediging van zijn cliënt vorige week heeft neergelegd. Na opening van de zitting richtte de rechter zich meteen tot de kroongetuige en probeerde hem uit te leggen dat men toch liever ziet dat hij zich laat bijstaan door zijn raadsman. La Serpe had aangegeven dat hij graag bij verhoren wilde zijn die nog plaats zullen vinden bij de rechter-commissaris. Dat brengt nogal wat moeilijkheden met zich mee, aldus de rechter. Ze drong er vooral op aan dat La Serpe wel goed moet beseffen dat dat nogal wat consequenties met zich mee- brengt. Met name de vraag: Mag ik bij de rechter-commissaris mezelf vertegenwoordigen, en hoe ziet u dat?


Peter La Serpe antwoordde dat hijzelf ook graag bijstand heeft van een advocaat, maar dat hij het zelf ook niet precies weet hoe nu verder. Waar het op neerkomt, is dat hij wil dat de rechtbank hem garanties geeft dat het TBG zijn berschermingsovereenkomst niet zal opzeggen. Ook had hij meteen enkele verzoeken in de hoedanigheid van kroongetuige/verdachte die zichzelf nu bijstaat. Of hij die verzoeken mocht doen, vroeg hij.

Rechtbankvoorzitter Mr. Lauwaars: Ja, dat mag wel. Maar hoe komt u er nu bij dat de rechtbank garanties zou kunnen verstrekken? Denkt u nou echt dat wij u garanties kunnen geven?
La Serpe: Nee, maar u kunt wel het OM aanspreken hoe ik mezelf kan verdedigen. Als het OM mij kan bedreigen via de civiele zaak dat ik mijn beschermingsovereenkomst kwijtraak....
Rechter: Is nou met u besproken, de consequenties van het terugtrekken van uw advocaat?
La Serpe (samengevat): Nee, ik heb het niet besproken. Ik wist niet dat het zo zou lopen. Dat had ik niet verwacht dat dit eruit zou komen. Hij zegt, ik kan jouw verweer niet voeren. Ik wil een verweer voeren om de staat niet-ontvankelijk te laten verklaren. Mijn raadsman stelt dat hij me niet kan verdedigen. Laat ik heel eerlijk zijn: Ik vind de rechtbank vooringenomen. Ik vind dat de rechtbank het OM de hand boven het hoofd houdt.

De rechters deden nog een aantal pogingen om La Serpe op andere gedachten te brengen, en vinden het jammer dat de kroongetuige kennelijk niet goed nagedacht heeft over de consequenties en het kennelijk niet goed heeft besproken heeft met zijn raadsman.
La Serpe blijft er echter bij: Ik ga niet met een gemuilkorfde advocaat verder. Ik snap niet dat de rest dit niet snapt. Kan ik nu mijn verzoeken doen?
Rechter: Ja.
La Serpe:
-Ik zou een agenda willen van alle getuigen, wanneer die gehoord gaan worden.
-Ik vraag aan het OM het volledige fysieke dossier. Met het dossier op usb-stick kan ik niet goed werken.
-Ik wil 3 maanden inleestijd.
-Ik wil een fonds om mijn onkosten te declareren.
-Ik wil een juridisch assistent. Iemand die dus juridisch onderlegd is.
Rechter: Dat kan de heer Van Schaik niet doen?
La Serpe: De heer van Schaik is niet meer mijn advocaat. Ik kan een hoop dingen bedenken die de assistent kan doen.
Rechter: Ook als we pogingen doen om een andere advocaat te vinden, wilt u niet?
La Serpe: Nou nee, ik wil geen advocaat die gemuilkorfd is. Mij is gezegd die 27 A4'tjes niet in te brengen, dus is mij verboden verweer te voeren. Allemaal op straffe van het kwijtraken/opzeggen van de beschermingsovereenkomst. Ik doe de dingen nu echt ad-hoc. Ik ben niet zo'n vooruit-denker.

Rechter: Het is jammer dat u dit niet met Van Schaik heeft doorgenomen. Mijn vraag is: Kunt u met de heer Van Schaik erover hebben of hij daar in kan voorzien?
La Serpe: Nee, die is als raadsman teruggetrokken. Nu wordt er gedaan alsof hij nog steeds mijn raadsman is, maar dat is niet meer zo. Als ik alles krijg is het anders dan gemuikorfd zijn. Mag ik de opnames laten horen aan de rechtbank? Nee? Dan is dat muilkorfen. Dat begrijp ik zelfs nog met mijn MAVO-diploma. Op dit moment heb ik het echt gehad met dit.
Rechter: Blijft u staan bij de gedachte dat u geen verweer met behulp van een advocaat kunt voeren?
La Serpe: Sterker nog: Ik ga geen verweer meer voeren als de beschermingsovereenkomst niet eerst geregeld is. Ik zeg helemaal niks meer.

Mr. Lauwaars probeerde La Serpe vervolgens nog wat te kalmeren en zei dat de rechtbank probeert een goede oplossing voor hem te vinden en dat zij deze strategische keuze niet de goede oplossing vinden van La Serpe en Van Schaik. Zij hebben deze keuze gemaakt, maar de vraag is of hij niet tot een andere keuze kan komen?

La Serpe :Ik hoor u dingen verwoorden die ik niet zelf gezegd zou hebben. U zegt, het is een strategische keuze. Daar ben ik het niet mee eens. Mijn eerste gevoel is dat ik dan de beperkingen die het OM mij heeft opgelegd rechtvaardig. Dat is mijn eerste gevoel, mijn eerste reactie. Mijnheer de voorzitter, ik weet het ook niet...

Mr. Lauwaars: Mijnheer La Serpe, we zijn niet tegen u. Het is toch van belang dat u zich laat bijstaan door een deskundige? We zeggen het niet in ons belang, maar in de uwe.
La Serpe: Ik kan u alvast zeggen dat dit een principieel hoger beroep wordt. Ik dacht dat het een jaar of 5 zou duren. Het gaat nu 15 jaar duren. Het wordt een levenswerk. Dat zeg ik u nu.
Mr. Lauwaars: We kunnen hier heel lang over discussiëren, maar het zij zo. Wil het openbaar ministerie nog wat zeggen?

Mr. Betty Wind (samengevat): Wij vinden de situatie onwenselijk en ook zorgelijk. Laten we vaststellen dat de heer La Serpe het geheel oneens is met de gang van zaken. Hij zit geheel vast in zijn standpunt dat hij geen verweer meer kan voeren. De beslissing is kennelijk genomen met de heer Van Schaik, zonder de consequenties in ogenschouw te nemen. We zouden met de heer Van Schaik in overleg willen gaan. We vinden de gang van zaken zodanig precair dat we op korte termijn contact zullen opnemen met de heer Van Schaik. Het brengt zodanige consequenties met zich mee dat overleg zeer gewenst is. We willen de rechtbank vragen om de tijd te krijgen.

Hier had La Serpe zelf wel wat op te zeggen.
La Serpe: Ik hoor dit nu zo aan. Laat ik u één punt meegeven. In mijn strafzaak is er maar één Dominicus. Om met de heer Van Schaik te spreken, zult u dat toch met mij moeten doen. Als u met iemand in gesprek wilt, dan heb ik maar één advies: Sluit de deal! De regel dat er niet gesproken mag worden, moet van tafel. Het is toch te gek. Hier zitten een stel mensen in een Ivoren toren waar niet mee gesproken mag worden.

Lauwaars: U vraagt nu zelf in gesprek te kunnen met het openbaar ministerie? Het raakt me overigens wel dat u zegt dat de rechtbank vooringenomen zou zijn. De rechtbank doet erg zijn best, en als u dat niet vindt, zeg ik u dat nog maar even.
La Serpe bond iets in: Het heeft ermee te maken dat ik al 5 jaar in een isolement leef....

Rechter: Laten we maar even verder gaan met een ander onderwerp.

Later besloot de rechtbank dat men maandag 21 november a.s. op de problematiek rondom La Serpe terugkomt. Wat er precies gaat gebeuren in de tussentijd is mij niet helemaal duidelijk. Mogelijk vindt het voorgenomen contact plaats tussen het OM en La Serpe en/of zijn raadsman Mr. Van Schaik, die volgens La Serpe dus eigenlijk zijn raadsman niet meer is.

De rechtbank ging vervolgens verder met de behandeling van de onderzoekswensen in verband met getuige Harry W. Diverse raadslieden hadden intressante onderzoekswensen. Morgen volgt een verslag over dat gedeelte van de zitting.

Tot slot kwam de verdediging van Dino Soerel met een uitgebreid onderbouwd verzoek in verband met de Holleeder-problematiek. Ook daar kom ik op terug.

Maandag 21 november is de eerstvolgende zitting.

Bondtehond.

vrijdag 11 november 2011

'Ik ben er langzamerhand maar een beetje laconiek en droog over'

Het liquidatieproces kende de afgelopen jaren reeds vele incidenten rondom de kroongetuige Peter La Serpe. Rechtbank- voorzitter Mr. Frits Lauwaars noemde deze incidenten stuk voor stuk: 'Het incident La Serpe'. Donderdag vond welgeteld het 6e (!) incident La Serpe plaats in de Bunker in Osdorp waarbij de kroongetuige weer de prominentste hoofdrol bekleedde in deze gerechtelijke soap die 'Passage' heet. Het einde van het liquidatie- proces lijkt nog lang niet in zicht en de patstelling waarin het proces terecht was gekomen is per slot van rekening geëindigd in een voorlopige climax waarbij de advocaat van La Serpe de verdediging van zijn cliënt nu heeft neergelegd.


La Serpe, zo zei hij zelf, voelt zich zo gemuilkorfd door het TGB (Team Getuigen Bescherming), dat hij samen met zijn advocaat Mr. Jan Peter van Schaik de conclusie heeft moeten trekken dat hij niet in staat is zijn eigen strafrechtelijke verdediging op een eerlijke manier te kunnen voeren. De beslissing is genomen op advies van zijn civiele advocaat Richard Korver. Het houdt in dat de kroongetuige afscheid neemt van zijn reeds derde advocaat in het strafproces Passage.

De beslissing van Mr. Van Schaik werd door de advocaat zelf medegedeeld na een kleine pauze. Kort daarvoor had de rechtbank de raadsman en zijn cliënt La Serpe laten weten hun twee verzoeken, 1/ het verzoek tot opheffing voorlopige hechtenis en 2/ het verzoek om de strafzaak van La Serpe af te splitsen en achter gesloten deuren verder te behandelen,  af te wijzen. De bedoeling van dit tweede verzoek was om zo het volledige verweer van 27 A4'tjes te kunnen voeren achter gesloten deuren zodat de door het TGB verboden punten ook aan de orde zouden kunnen komen.

De ruimte die La Serpe werd geboden om zijn verweer gewoon te kunnen voeren was volgens officier van justitie Mr. Betty Wind al zo groot dat het OM sowieso niets voelde voor een afsplitsing. Volgens Wind stond La Serpe weinig in de weg. De twee punten waarover hij niet mag spreken betreffen:
A/opnames van gesprekken met TGB-officieren waarover La Serpe beschikt, die gemaakt zijn tijdens de aanloop naar de getuigenbeschermingsdeal.
B/ongeveer één pagina van de 27 A4'tjes die gaan over een aanverwante van La Serpe waarover hij uit veiligheidsoverwegingen niet mag praten.

De civiele advocaat Mr. Korver raadde echter ten strengste af de geboden ruimte ook daadwerkelijk te pakken. La Serpe bleef dus bij zijn standpunt en vindt de geboden ruimte niet genoeg aangezien hij zijn volledige verweer wil kunnen voeren in de volledige context die hij bedoelde met zijn volledige verweer van 27 pagina's.

Mr. Van Schaik voelde er ook niet veel voor om achteraf in een situatie te komen waarbij het TGB gaat bepalen of La Serpe binnen de marges is gebleven die zij heeft gesteld. Dat was namelijk gezegd, dat de TGB in een marginale toetsing zou bezien of La Serpe binnen de marges zou zijn gebleven. Kortom, in overleg met de civiele advocaat Mr. Korver is besloten: Het risico is te groot.

De verdediging van de andere Passage-verdachten zou een afsplitsing en behandeling achter gesloten deuren ook niet acceptabel vinden, deelde Mr. Nico Meijering de rechtbank eerder deze middag mede.

De reden is natuurlijk simpel: Wat voor mogelijk verweer kun je als verdediging van de andere verdachten nog voeren tegen iets dat achter voor hen gesloten deuren heeft plaatsgevonden?

Opvallend was dat volgens La Serpe een andere partij, welke precies maakte hij niet duidelijk, maar niemand van het zaaks-OM of het TGB, hem dringend had geadviseerd gewoon verder te gaan met getuigen. De advocaat van La Serpe bevestigde dit. Gezegd zou zijn dat wanneer La Serpe zich braaf zou gedragen en als goede getuige zou getuigen hij de beschermingsdeal zou krijgen en volgend jaar juni vrijkomt. Dit is natuurlijk opmerkelijk, omdat de rechtbank ten alle tijde het laatste woord heeft over de strafmaat van La Serpe en niet een andere partij. Te denken valt wellicht aan een hooggeplaatst persoon binnen het openbaar ministerie, maar dat deze voor zijn/haar beurt praat lijkt wel duidelijk. Wie wilde La Serpe dus niet zeggen. 'Is het überhaupt wel waar?', hoorde ik een advocaat terloops opmerken.

Mr. Lauwaars deed uitspraak dat de verzoeken werden afgewezen met de volgende woorden: 'Het duurde iets langer. Maar de rechtbank had veel te overwegen, zoals u wel begrijpt. We komen met de volgende beslissing over beide verzoeken. Beide verzoeken worden afgewezen. De opheffing wordt afgewezen omdat natuurlijk de ernstige bezwaren er nog steeds zijn en 67a lid 3 niet aan de orde is. En het andere verzoek, betreffende de afsplitsing van de zaak, dat is een onbegaanbare weg, zeg ik maar in niet-juridische termen, wegens de verwevenheid met de andere zaken. Ik denk dat dat ook niet toegelicht hoeft te worden. En het behandelen van die zaak achter gesloten deuren is ook geen aanleiding voor om dat te doen. Dus dat waren de beslissingen op de verzoeken.'

Vervolgens legde de voorzitter uit dat na deze beslissing nog wel is blijven hangen de zaaksoverschrijdende aspecten die La Serpe steeds noemde. Daar kun je niet zomaar overheen stappen en gezien het feit dat het openbaar ministerie ook al aangaf dat die zaaksoverschrijdende aspecten er zijn, wilde de rechtbank in ieder geval een begin maken met het ondervragen van de kroongetuige over dit onderwerp, met name in het belang van de strafzaken van de overige verdachten. De rechtbank had er tijdens de middagpauze over nagedacht hoe dat nou het beste te doen zonder daar veel nutteloze tijd aan te verliezen. De rechtbank was tot deze oplossing gekomen.

Mr. Lauwaars: Als mijnheer La Serpe maar verklaard als getuige in de andere zaken, over de zaken waarover hij eigenlijk in zijn eigen zaak had willen verklaren, en als getuige moet je naar waarheid verklaren, dan zien we wel hoe ver we komen. En dat doen we dan op die manier, zou ik willen voorstellen aan de advocaten, om te kijken wat de substantie is en de omvang van verweren die mogelijk op basis van de door La Serpe te melden feiten te voeren zijn. Nou ja, daar we hebben geen idee van. Mijnheer La Serpe heeft gezegd dat het heftig was. Nou ja, u was er allen bij. Ik heb echter geen idee of het echt zo is, we hebben wel enkele voorzetten gehad daartoe, maar daar kun je nou niet direct aan afmeten, dus we zullen hem eerst maar eens daarover willen ondervragen op dat punt, en ook door de raadslieden die het aangaat en ook door het openbaar ministerie natuurlijk, laten ondervragen.

Het leek de voorzitter niet van te voren helemaal uitgesloten dat La Serpe op de vragen antwoord zou willen geven. Want hij herinnerde zich dat toen zijn collega La Serpe vroeg of als hij achter gesloten deuren zou hebben meegedeeld waar hij zijn niet-ontvankelijkheidsverzoek op zou willen baseren, of het dan een bezwaar was, voor zover het in de andere zaken van belang was, om dat in te brengen wat mijnheer Van Schaik zei, dat dat buiten zijn verantwoordelijkheid viel, (mocht de informatie waar hem verboden is over te praten op een andere manier toch naar buiten zou komen), zodat dat dan maar moest gebeuren. Zo had Lauwaars het tenminste begrepen. Mr. Lauwaars: 'Dus we zullen we zien waar dat toe leidt'.

De stem van Peter La Serpe klonk over de speakers: Kan ik hier een korte reactie op geven?
Mr. Lauwaars: Ja.
La Serpe: Ik eh.... Het is hartstikke mooi dat u zegt dat ik gehoord kan worden over mijn strafrechtelijke verdediging, maar ik zie dat toch echt anders... Mijn strafrechtelijke verdediging, ik kan u nu alvast zeggen dat ik, behalve over de drie genoemde herinneringen die ik aangebracht heb, en die via Betty Wind, zeg maar de zaal ingekomen zijn, over de rest geen enkele mededeling meer doe. En dat doe ik niet, omdat het niet in mijn strafrechtelijk belang meer is om dat te doen.
Mr, Lauwaars: Ja, dat kan wel zijn, mijnheer La Serpe, dat zien we dan wel. Ik ben er langzamerhand maar een beetje laconiek en droog over. U heeft zelf bij alles geroepen dat het zaaksoverschrijdend was, en daar dienen wij in het belang van de andere zaken van de andere verdachten dan maar voor uit te staan. En ik heb u vanmorgen al gezegd, dat risico had u mee kunnen wegen, en nu staat u ervoor. Ik zou u als getuige willen beëdigen en dan horen we het wel of u antwoordt op onze vragen, of niet. Maar uw standpunt is onjuist, kan ik u wel zeggen.

De voorzitter klonk dit keer strenger dan anders tegen La Serpe, en als ik me niet vergis, bespeurde ik zelfs enige boosheid of irritatie. Anders gezegd, met deze ontevreden, om zich heen schoppende, veeleisende en kennelijk niets en niemand ontziende kroongetuige, heeft de voorzitter het nu ook wel eventjes gehad, al blijft de voorzitter ten alle tijde keurig netjes. Daarvoor respect.

De incidenten met La Serpe hebben keer op keer voor stevig oponthoud gezorgd en de bommetjes waar La Serpe mee kwam, bleken soms enkel losse flodders te zijn. Daarmee zette de kroongetuige niet alleen de verdediging van de andere verdachten meerdere keren op een dwaalspoor, maar leek dit niet op z'n minst vaak ook tot doel te hebben andere partijen dwars te zitten en/of te treiteren. Een zelfingenomen, treiterige manier van praten, dondersgoed wetende dat hij als kroongetuige waar veel van afhangt een bepaalde macht kan uitoefenen, zolang hij de wettelijke kaders maar niet over gaat, zijn de meeste procesbezoekers al bijna gewend aan geraakt.

Er zijn al verschillende sterke staaltjes aan blufpoker van La Serpe voorbij gekomen in de rechtszaal, maar het gevoel dat de kroongetuige ooit zijn hand een keer overspeeld wordt ook steeds sterker gevoeld. Hij zal zich er toch wel van bewust zijn dat je niet oneindig kunt komen met kreten als 'zaaksoverschrijdend' en zeggen 'er zeker van zijn te dat niet-ontvankelijkheid in de koker zit' als de rechtbank maar zou weten wat zich allemaal wel/niet heeft afgespeeld in de aanloop tot zijn deal?

Maar goed, het standpunt van La Serpe blijft onveranderd.  Hij voelde zich nu hard aangepakt en zelfs geslachtofferd door de rechtbank, zei hij tijdens het verhoor dat volgde. Dit na de opmerking van Mr. Lauwaars dat de kroongetuige La Serpe nu maar 'dood op de mat blijft liggen', terwijl hij eerder wel steeds een vechthouding aannam met de term 'zaaksoverschrijdend' en best wel kon weten dat dergelijke uitspraken gevolgen zouden hebben. De verdediging van de andere verdachten zal namelijk ongetwijfeld uitleg eisen over al die zaaksoverschrijdende punten waar La Serpe mee kwam steeds, en nu zij dat doet, geeft de kroongetuige geen krimp meer. Dit vindt de kroongetuige niet correct, en de term zaaksoverschrijdend had La Serpe enkel gebruikt omdat hij zich al twee jaar een roepende in de woestijn voelt en dacht dat dit dan wél de juiste uitwerking zou hebben. Hij vindt dat het TGB hem nu onder druk blijft zetten, door te dreigen dat de beschermingsovereenkomst opgezegd wordt.

Na de opmerking van Lauwaars voelde La Serpe enige weerstand om überhaupt nog antwoord te geven op vragen, zei de kroongetuige behoorlijk opgefokt. La Serpe gaf aan dat hetgeen hij zou kunnen zeggen niet in zijn strafrechtelijk belang zou zijn. De rechters probeerden hem daarop wat te kalmeren en te verhoren over de punten waar hij wel wat over kon zeggen zonder zijn beschermingsovereenkomst in gevaar te brengen. Dat verhoor ging ongeveer door tot 16:30. (Kom ik nog op terug.)

Hoe het straks verder moet? Who knows? Gaat La Serpe op zoek naar een andere advocaat, of neemt hij het advies van de rechtbank ter harte er nog maar eens rustig over na te denken, alles op een rijtje te zetten en mocht hij terug willen komen op zijn besluit (en/of dat van zijn raadsman) zou de rechtbank daar wel mee kunnen leven.

Alles beter dan wederom een grote vertraging lijkt mij persoonlijk, maar goed, je hebt het niet voor het zeggen. De positie van La Serpe is momenteel in ieder geval allesbehalve te benijden.

De verhoren van La Serpe worden aangehouden tot maandag 14 november.

Bondtehond

PS: Wegens ziekte was ik helaas verhinderd de vorige twee zittingen bij te wonen.  Excuses daarvoor aan mijn vaste lezers. Dank u.

vrijdag 4 november 2011

'Cliënt verbiedt mij het verweer te voeren'

Kroongetuige Peter La Serpe en zijn advocaat Mr. Jan Peter van Schaik gaven tijdens de zitting van donderdag zoveel mogelijk duidelijkheid over de herinneringen van La Serpe. Rechtbank- voorzitter Mr. Frits Lauwaars leidde de zitting in met een korte samenvatting over wat er zoal gaande is. Er loopt op dit moment veel door elkaar in Passage, aldus Lauwaars. Vandaag staat op het programma: Het incident La Serpe. De voorzitter sprak over het 5e incident met Peter La Serpe.


De heer van Schaik gaf aan dat hij een verweer wilde voeren. Dat zou moeten kunnen omdat dat te maken had met beschermings- maatregelen. Alles is verstuurd naar mevrouw Verwiel van het TGB (Team Getuigen Bescherming) met de vraag of zij preciezer kon kijken waarover gesproken mocht worden. Dat heeft ze gedaan.

Het OM vindt dat La Serpe zijn verweer zou moeten kunnen voeren. Twee elementen, oa geluidsopnamen, vielen onder de punten waar niet over gesproken kon worden. Het risico zou dan voor eigen rekening zijn. Mr. Van Schaik zou het er nog met de civiele advocaat over hebben waar wél over gesproken kon worden.

De voorzitter gaf het woord aan La Serpe en zijn raadsman.
Peter La Serpe: 'Ik zou willen beginnen. Ik ben het niet eens met u inleiding. U zei het 5e incident. Het is het 1e incident dat nog steeds niet is opgelost.'

Allereerst ging La Serpe in op een vraag die de voorzitter tijdens een eerdere zitting stelde aan de kroongetuige: Hoe het inbouwen van 'zekerheidjes' in La Serpe's verklaringen in zijn voordeel zouden kunnen werken als hij af zou wijken van wat daadwerkelijk was voorgevallen?

La Serpe (samengevat): Ik heb al eens eerder verklaard dat het nogal naief is om te veronderstellen dat verwacht wordt dat iemand in mijn positie, zoals 5 jaar geleden, vanaf het begin het achterste van zijn tong laat zien. Ik ken niet al mijn overwegingen meer, maar wil nog wel de meest voor de hand liggende benadrukken waarom ik op punten ben afgeweken. Van mij werd verwacht dat ik zou gaan verklaren waardoor ik volledig controle zou kwijt raken over hetgeen ik vertelde. Stel dat er geen deal gesloten zou zijn met de staat, zou de staat nog wel beschikken over mijn kluisverklaringen. Het feit dat deze in de kluis zouden moeten blijven, overtuigde mij er niet van dat dit ook daadwerkelijk zou gebeuren, Hoe zou men omgaan met de wetenschap dat er mensen op de lijst stonden die op korte termijn geliquideerd zouden worden? Ik heb er rekening mee gehouden dat de inhoud van mijn verklaringen op andere wijze tegen mijn zou kunnen worden gebruikt. Ook is het zo dat de verhorende rechercheurs mijn bekentenissen hebben gehoord. Dat zijn dezelfde rechercheurs die in het milieu dezelfde moorden pogen op te lossen. Om dan te geloven dat deze rechercheurs zich niet laten leiden door hetgeen zij hebben aangehoord is nogal naief.

Ik leefde in de veronderstelling dat als ik afweek en zij zouden met foute gegevens door rechercheren dat dan de discrepantie tussen wat ik had verteld en wat zij zouden vinden bij hun onderzoek alleen maar groter zou worden. Door op bepaalde punten af te wijken heb ik gepoogd nog enige controle te houden over hetgeen ik verklaarde voor het geval het ooit tegen mij gebruikt zou worden als wij niet overeen kwamen.

Vervolgens ging de kroongetuige in op de herinneringen en zijn verklaring van 27 A4'tjes. Hij had de rechtbank en de verdediging beloofd daar donderdag op terug te komen. Het was hem vorige week duidelijk geworden hoe groot het belang voor de verdediging is, maar ook voor de rechtbank om duidelijkheid te verkrijgen over zijn gedane uitspraken en dan met name met betrekking tot het zaaksoverschrijdende karakter ervan. Hij had na overleg met beide advocaten besloten om de rechtbank en de verdediging zoveel mogelijk tegemoet te komen. De zaken die hij in acht moet nemen en die beperkend werken, zijn het verbod van het TGB om over TGB-gerelateerde zaken te spreken, hijzelf en derden in relatie tot TGB waar ook een spreekverbod voor is afgegeven en zijn eigen belangen in de strafzaak.

Peter La Serpe: Ik ben vanaf september 2006 begonnen met het documenteren van wat is voorgevallen en ik ben begin dit jaar begonnen met het doornemen van deze aantekeningen. In deze aantekeningen ben ik de door mij genoemde 3 herinneringen tegengekomen. Het waren geen herinneringen over strafbare feiten, maar aantekeningen die ik heb gemaakt op de dag dat ze zich voordeden. Veel van de aantekeningen zijn TGB-gerelateerd, bijvoorbeeld over de deal, of hebben een persoonlijk karakter doordat het korte memo's aan mezelf zijn. Na het doorlezen van mijn aantekeningen heb ik een advocaat gevraagd deze voor mij te bewaren zonder zich op de hoogte te stellen van de inhoud.

Met mijn opmerking over meineed van verschillende overheidsmensen heb ik de inhoud van de eerste 3 herinneringen bedoeld. Ik vond dit zaaksoverschrijdend en realiseerde mij dat het relevant kon zijn voor de waarheidsvinding. Ik heb mijn verklaringen naar waarheid afgelegd en vanuit mijn eigen geheugen. De voorgevallen zaken zijn wel gebeurd, maar hebben geen invloed gehad op hetgeen ik heb verklaard. Vervolgens is er een hoop lawaai ontstaan door de door mij genoemde 8 andere herinneringen en de lijst met krachttermen over de inhoud daarvan. Ook hier zal ik, met inachtneming van alle partijen en belangen, zoveel mogelijk openheid over betrachten.

Herinnering 1 tm 3 leest u HIER

Herinnering 4: In de periode dat ik door de CIE was ondergebracht, november 2006 tot febriari 2007, heb ik iedere week tegen de verveling hasj gekocht in de coffeeshop, voor de gehele week. Deze periode volgde op de periode waarin ik de kluisverklaringen heb afgelegd. Tot begin oktober ben ik ervan uitgegaan dat dit onder het verbod in de OM-deal viel waar staat dat ik niet over de totstandkoming van de OM-deal mag praten. Dat veranderde pas toen Mr. Betty Wind begin oktober liet weten dat ik over deze periode vrij mag praten. Ik ben er toendertijd niet op aangesproken. In deze ondergebrachte periode sprak ik met TGB en ben tot de intentieovereenkomst gekomen. Dit is wel altijd onderwerp van gesprek geweest met mijn civiele advocaat. Ik zie dit als mogelijk zaaksoverschrijdend en heb met mijn opmerkingen dat ik op ontoelaatbare wijze door de CIE ben bewogen om kroongetuige te worden, dit bedoeld.

Herinnering 5: In diezelfde periode heb ik iedere week tegen de verveling een fles Whisky gekocht. Deze periode volgde op de periode waarin ik de kluisverklaringen heb afgelegd. Tot begin oktober ben ik ervan uitgegaan dat dit onder het verbod in de OM-deal viel waar staat dat ik niet over de totstandkoming van de OM-deal mag praten. Dat veranderde pas toen Mr. Betty Wind begin oktober liet weten dat ik over deze periode vrij mag praten. Ik ben er toendertijd niet op aangesproken. In deze ondergebrachte periode sprak ik met TGB en ben tot de intentieovereenkomst gekomen. Ik kan en mag hier verder niet teveel over zeggen omdat dit over de inhoud zou gaan, maar ik kan wel zeggen dat dit wel altijd onderwerp van gesprek is geweest met mijn civiele advocaat. Ik zie dit als mogelijk zaaksoverschrijdend en heb met mijn opmerkingen dat ik op ontoelaatbare wijze door de CIE ben bewogen om kroongetuige te worden, dit bedoeld.

Herinnering 6: Over de verklaring over Holleeder heb ik met Sander de Haas de afspraak gemaakt om dit achter te houden. Officier Wind heeft in haar schrijven, ik dacht op 10 oktober, terecht opgemerkt dat de met een magistraat gemaakte afspraak betrekking had op Sander de Haas en de Holleeder-verklaring. Ik realiseerde mij dat die ter zake doende was en in de voortgang van het proces heb ik beter begrepen dat ook deze verklaring relevant zou kunnen zijn voor de waarheidsvinding. Ik vond dit zaaksoverschrijdend en in dat kader heb ik melding gemaakt van de door mij gemaakte afspraak met een magistraat en dat bedoeld met de verwijzing ernaar.

Herinnering 7: Net na mijn aanhouding hoorde ik van mijn toenmalige strafrechtadvocaat dat hij met de CIE op stap is geweest. Hij heeft mij ook verteld dat hij op deze stapavond in café 'The Corner' is geweest. Dit is het café van Ruud H., één van de mensen op de liquidatielijst. Naar aanleiding hiervan heb ik afstand genomen van mijn voormalige strafrechtadvocaat. Ik vond dit zaaksoverschrijdend en vraag mij af wanneer deze relatie is ontstaan en/of , en in welke mate, er invloed op hem is uitgeoefend om mij te bewegen te verklaren en/of om mij te bewegen kroongetuige te worden. Hij was immers ook mijn civiel advocaat. Ik heb hieraan gerefereerd met mijn opmerking over het bewust achterhouden van relevante informatie over de totstandkoming van kluisverklaringen door overheidsmedewerkers en mogelijk beïnvloeding van mijn strafrechtadvocaat om mij te bewegen mijzelf en anderen te belasten.

Herinnering 8: Mijn voormalige civiele advocaat heeft vanaf 26 april 2010 tot 2 juli 2010 contact gehad met iemand die mij, door middel van mijn civiel advocaat, toezeggingen heeft gedaan om mij te bewegen door te gaan met getuigen. Hierover heb ik al een opmerking gemaakt in beschuldigende zin naar Betty Wind. De door mij op officier Wind gebruikte overval-techniek heb ik opgepikt van Mrs. Sander Janssen en Nico Meijering, die dit verschillende keren op mij hebben toegepast. Ik wist dat mijn voormalig civiel advocaat contact had met verondersteld iemand van het OM. Ik wist niet wie, maar ben gaan strepen met de gevens die ik had. Dit contact heeft gezegd dat ik Sander de Haas moest sparen in de rechtbank, dat ik niet moest wraken en geen nieuwe verzoeken moest indienen.

Verder zei dit contact dat mijn wensen geen probleem waren en de TGB-deal zou worden als ik door zou gaan met getuigen. Op instigatie van dit contact en de gedane toezeggingen heb ik mijn beslissingen in de rechtbank aangepast. Ik voelde me hierdoor aangestuurd. Nadat ik tot de conclusie ben gekomen dat ook deze toezeggingen niet werden waargemaakt ben ik nagegaan wie dit contact zou kunnen zijn. Ik hield voor mogelijk dat Mr. Betty Wind dit contact was. Mijn voormalig civiele advocaat wilde niet zeggen wie de persoon was waar hij contact mee had en wie de toezeggingen had gedaan. Om deze reden heb ik afstand genomen van deze civiele advocaat, omdat hij mijn belang niet voorop had staan. Op dit moment overweeg ik om hem te dagvaarden om hem te dwingen de naam bekend te maken.


Herinnering 9: Mijn opmerkingen over aansturing van de tactische verhoren bij de politie en in de rechtbank zijn ook gebaseerd op de vele toezeggingen die aan mij vanaf april 2007 tot nu zijn gedaan, maar die niet zijn waargemaakt. Ik heb verschillende malen het bijltje erbij neer willen gooien waarna mij valse toezeggingen zijn gedaan, door een partij waar ik niet over mag praten, om mij weer aan het getuigen te krijgen. Daardoor hebben zij invloed gehad op mijn vrije wil om door te gaan met getuigen. Als laatste wil ik zeggen dat ik de term zaaksoverschrijdend ook heb gebruikt omdat ik het gevoel heb dat al mijn grieven aan dovemansoren zijn gericht. Door de term zaaksoverschrijdend te gebruiken wist ik dat Mr. Meijering en anderen ervoor zouden zorgen dat mijn woorden wel zouden worden gehoord.

Ik heb het gevoel dat mijn rechten worden geofferd voor het algemeen belang zoals ik zelfs nu nog steeds geen eigen gekozen verdediging kan voeren. Ik word gedwongen mijn verdediging te voeren met een gemuilkorfde advocaat, daar heb ik niet voor getekend. Ik dacht dat het kader van de wet het speelveld was waar men zich aan moest houden, maar naar nu blijkt, geldt de wet niet voor de wijze waarop het openbaar ministerie met getuigen omgaat.

Als men van mijn als getuige afgelegde belastende verklaringen wil profiteren, dan zou men toch op z'n minst mijn recht mijzelf te mogen verdedigen moeten respecteren. Ik begrijp hier werkelijk niets van.

De andere herinneringen of delen van mijn verklaring die ik niet heb toegevoegd zijn niet zaaksoverschrijdend of niet in mijn strafrechtelijk belang om zonder de TGB-context te vertellen, of gedeeltelijk of volledig TGB-gerelateerd.


Ik begrijp dat hetgeen ik vertel de nodige reacties teweg zal brengen, maar het is niet anders. Ik heb geprobeerd om voor alle partijen zoveel mogelijk duidelijkheid te creëren en tegemoet te komen aan de belangen van de verdediging van de andere verdachten. Ik denk dat ik met deze verklaring duidelijk heb gemaakt wat ik als zaaksoverschrijdend heb gezien en waarom ik die krachttermen heb gebruikt om dit aan te geven.  Dank u wel, Peter La Serpe

Vervolgens droeg La Serpe's raadsman Mr. Jan Peter van Schaik een pleitnota voor. De raadsman betoogte dat het onmogelijk is deze zaak te voldoen zonder in een levensbedreigende situatie te komen. Het 'duivelse dilemma', zoals hij het steeds heeft genoemd, is nog steeds niet veranderd volgens de advocaat.

Mr. Van Schaik: De strafrechtelijke verdediging van La Serpe is volledig afhankelijk van TGB-gerelateerde punten. TGB-officier Mr.Verwiel heeft laten weten dat La Serpe vrij is in het verweer, maar dat dit wat haar betreft geheel op eigen risico is. Dit is een schijnsituatie. Voeren van het verweer leidt namelijk tot een zeer levensbedreigende situatie. De beschermingsovereenkomst kan namelijk opgeheven worden, met alle gevolgen van dien. Cliënt kan niet gemotiveerd reageren. Cliënt verbiedt mij het verweer te voeren. Dit stelt mij voor het duivelse dilemma. Kan ik zijn belangen nog wel naar behoren behartigen? Ik denk van niet.

Mr. Van Schaik stelde als uiterste middel voor om maar een zitting achter gesloten deuren te houden waar La Serpe zijn verweer zou kunnen voeren.

De raadsman deed vervolgens ook nog een ander opmerkelijk verzoek: Zo'n 8 maanden voordat de (halve) strafmaat van La Serper sowieso zal aflopen, verzocht de raadsman de voorlopige hechtenis van zijn cliënt op te heffen. Daarbij zou de rechtbank volgens Van Schaik rekening moeten houden met het zwaartst mogelijke detentieregime dat La Serpe zou ondergaan, zonder bezoek, geen ander contact met de buitenwereld, disproportionele toestanden, de vermoeiende transporten en het schenden van geheimhoudersinformatie. (Later gaf hij aan dit verzoek aan te willen houden tot een later moment.)

De raadsman meent tot slot dat hij de verdediging voor zijn cliënt niet goed meer kan voeren als hij het niet over de TGB-zaken mag hebben.
Mr. Van Schaik: Ik zal als advocaat het volledige palet naar voren moeten kunnen brengen. Het totale verweer van 27 pagina's.

La Serpe merkte aansluitend nog op: Voor mij is het doodsimpel, ik wil gewoon mijn strafrechtelijk verweer kunnen voeren. Ik kan me voorstellen dat het verweer van 27 kantjes door de TGB gelezen, kan leiden dat de andere zaken niet meer gevoerd kunnen worden.Doelt de kroongetuige hier nou op niet-ontvankelijkheid van het OM? Heftige uitspraak. La Serpe lijkt opnieuw met vuur te spelen.

De volledige inhoud van de 27 kantjes en de inhoud van de geheime opnames wil iedere procesdeelnemer inmiddels natuurlijk heel erg graag weten. Ik neem aan de rechters ook....  toch?
*
Mr. Betty Wind reageerde namens het OM. Het OM vond het hele betoog min of meer een herhaling van zetten.

De 2 genoemde punten waar La Serpe niet over zou mogen spreken betreft:
Punt 1 : Opnames door La Serpe van gesprekken met TGB-officieren.
Punt 2 : Is onbekend, maar Verwiel heeft dat wel aan Van Schaik laten weten.

Mr. Wind: Het zijn slechts 2 aspecten en klinkt niet als een heel groot deel van het verweer.

Stelling La Serpe: TGB- + OM-traject(en) zijn één. Rechtbank heeft destijds uitspraak gedaan dat La Serpe het wel zo kan voelen, maar dat dat dan nog niet zo is. De gesloten deuren situatie: Het OM voelt daar helemaal niets voor.
De opmerking dat La Serpe in een levensbedreigende situatie zou kunnen komen, wilde Mr. Wind nuanceren. Allereerst heeft de staat een zorgplicht en al zou de beschermingovereenkomst komen te vervallen, laat de staat La Serpe echt niet zomaar de straat op lopen als schietschijf van het milieu. La Serpe zou echter wel kans lopen dat de invulling van het traject er heel anders uit zou kunnen komen te zien.

La Serpe zelf trok deze laatste opmerking in het belachelijke. Hij gaf als voorbeeld dat hij best veilig zou zijn 'in een gat in de grond in de Sahel', echter zo heeft ie zijn leven na het liquidatieproces niet voorgesteld. Het enige voordeel zou zijn dat de jongens hier hem daar niet zo gauw zouden komen zoeken.

Het is absoluut moeilijk voor hem, zo zegt Peter. Men moet vooral beseffen dat zijn hele leven hierna weg is. Dat hij de overeenkomst kwijt zou raken, is dus absoluut geen optie.

Het laatste woord is hier nog niet over gesproken.

Maandag gaat het proces verder.

Bondtehond