Na het zomerreces wordt op maandag 23 Augustus het liquidatieproces hervat. Natuurlijk ben ik daarbij om verslag te doen van de zittingen. NOS weet reeds te melden waar het maandag over zal gaan. Bij Bondtehond zijn de twee zg rompverklaringen online te lezen van de nieuw ingebrachtte getuigen F1 en F3, die nog vlak voor het zomerreces de status 'anonieme bedreigde getuigen' kregen toegewezen. Deze twee getuigen zijn opgespoord door de verdediging. Het had nogal wat om handen om deze getuigen tot het proces toegelaten te krijgen aangezien zij alleen anoniem, dus niet onder naam, wilden getuigen. Een lange procedure ging hieraan vooraf, waarbij de getuigen twee keer door de rechter-commissaris werden afgewezen. Uiteindelijk besliste de raadkamer op woensdag 14 Juli anders in hoger beroep. De twee getuigen, die onafhankelijk van elkaar kunnen verklaren dat Peter La Serpe bij meer dan een levensdelict is betrokken, werden alsnog toegewezen.
Dit tot genoegen van het advocatenteam, die met de getuigenis van deze F-getuigen kunnen aantonen dat La Serpe niet de waarheid heeft gesproken over zijn betrokkenheid bij liquidaties in bijzijn van zijn oude vriend Jesse Remmers, wiens betrokkenheid door La Serpe kennelijk zwaar overdreven is, terwijl hij zijn eigen rol juist minimaliseerde.
De getuigen komen uit de directe kennissenkring van Peter La Serpe. Tot zover is bekend over hen. Zij hebben La Serpe horen opscheppen over een moord die gepleegd zou zijn ergens in een loods. Volgens getuigen F1 en F3 ging het om een grote man. Ze noemen geen naam, maar hoogstwaarschijnlijk gaat het om de liquidatie uit 2002 van hasj-handelaar Gerrie Bethlehem, ook wel 'Boedha' genoemd.
Gerrie Bethlehem (foto) was een grote, mollige man die sinds 1995 voornamelijk in Malaga aan de Spaanse Costa del Sol woonde. Vlak voor zijn dood was Gerrie naar Nederland gekomen. Hij onderhield in het verleden wel contacten in het criminele milieu. Wat hij vlak voor zijn dood deed, is weinig over bekend. Volgens bepaalde bronnen zat Bethlehem echter nog in de hasj-handel. Gerrie werd op 9 April 2002 gevonden in het Amsterdam-Rijnkanaal, tussen Loenen en Nigtevecht en ter hoogte van hectometer-paal 18. Vlakbij het lichaam dreef een blauw/groen dekzeil van 2 bij 3 meter. Vermoedelijk was hij in dat zeil gewikkeld, voordat hij in het water terecht kwam.
Getuigen F1 verklaard dat La Serpe hem (of haar?) in een neerslachtige bui het verhaal vertelde dat hij in bijzijn van Jesse een moord pleegde omdat Jesse niet dufde te schieten. Dit was in 2003 of 2004. Het ging om een liquidatie enkele jaren daarvoor.
F1 zegt: "De man die hij had neergeschoten, was een man die terugvocht, die er niet in één keer onder te krijgen was en die dus nog een keer beschoten moest worden. Een grote kerel, een beer van een vent in een loods. In ieder geval was er een conflictsituatie ontstaan in een loods waarin La Serpe op die man geschoten heeft. In ieder geval heeft La Serpe verteld dat er twee keer is geschoten."
Volgens F1 is La Serpe bij nog een liquidatie betrokken geweest: "Zo heeft hij ook verteld dat hij na een liquidatie waarbij de wapens in de gracht of in een kanaal zijn gegooid de fout heeft gemaakt zijn kleding en alles weg te gooien en dat zijn trouw- of verlovingsring met naam erop nog in zat. Dat was volgens mij een andere liquidatie."
Ook tegen getuige F3 heeft La Serpe verteld over de moord in de loods: "In mijn aanwezigheid heeft La Serpe verteld dat hij een man in een loods heeft doodgeschoten. La Serpe vertelde dat hij en Jesse Remmers de man hadden meegenomen naar die loods. Het was een grote vent. Hij stond weer op of kwam overeind of zo en wilde die loods uit naar buiten lopen of zoiets. Jesse Remmers kon of wilde hem niet neerschieten en toen heeft La Serpe het gedaan. Hij heeft de man toen doodgeschoten."
Intressante ontwikkelingen dus in het reeds zeer langdurige liquidatieproces, dat hierdoor ongetwijfeld weer vertraging op zal lopen. Of toch niet? Zou het proces juist zeer snel afgelopen kunnen zijn, nu de geloofwaardigheid van de voor het Openbaar Ministerie zo belangrijke getuige nu wel erg onder druk komt te staan. We gaan het allemaal zien aankomende tijd vanuit de extra beveiligde bunker-rechtbank te Osdorp.
Bondtehond
donderdag 19 augustus 2010
woensdag 14 juli 2010
'Anonieme bedreigde getuigen F1 en F3 toch in liquidatieproces'
De Raadkamer van de rechtbank in Amsterdam heeft Woensdag 14 juli, na twee eerdere afwijzingen door de rechter-commissaris, getuigen F1 en F3 alsnog de status anonieme bedreigde getuige toegewezen. De getuigen die codenaam F1 en F3 hadden gekregen, omdat zij niet onder naam willen verklaren, zijn door enkele advocaten in het liquidatieproces Passage aangedragen omdat ze zeer belastend over La Serpe zouden kunnen verklaren. De getuigen zeggen wetenschap te hebben over een moord in een loods waarbij Peter La Serpe het slachtoffer zou hebben doodgeschoten. Deze vermeende moord is hem echter niet ten laste gelegd in het liquidatieproces.
Verder verklaren de F-getuigen dat Peter La Serpe op verschillende onderdelen zou hebben gelogen. Voor het openbaar ministerie zou dit een zware tegenvaller kunnen zijn, want de betrouwbaarheid van La Serpe zou hiermee op het spel kunnen worden gezet. De geloofwaardigheid van La Serpe, die op verscheidene punten toch al in twijfel wordt getrokken, zou nl nog verder af kunnen brokkelen. En daarmee tevens de geloofwaardigheid van het OM die de kroongetuige telkens als zeer betrouwbaar hebben bestempeld.
De rechtbank maakte hiermee vandaag voor de tweede keer een afwijzende beslissing van de rechter-commissaris ongedaan. Mr. Nico Meijering, advocaat van Ali Akgün, heeft dit vanmiddag bevestigd. De twee getuigen verklaren onafhankelijk van elkaar en zouden de cliënt van Mr. Nico Meijering mogelijk kunnen vrijpleiten van beschuldigingen door kroongetuige Peter La Serpe aka 'Vieze Peter'.
Het OM zegt dat zij de stukken nu aan het bestuderen is en hier dus nog niet op kan reageren. Het Liquidatieproces gaat 23 augustus verder, echter het is niet bekend of deze nieuwe getuigen tot nieuwe vertragingen kunnen gaan leiden in dit monsterproces dat reeds jaren bezig is. De uitspraak wordt op zijn minst volgend voorjaar verwacht.
Bondtehond
Verder verklaren de F-getuigen dat Peter La Serpe op verschillende onderdelen zou hebben gelogen. Voor het openbaar ministerie zou dit een zware tegenvaller kunnen zijn, want de betrouwbaarheid van La Serpe zou hiermee op het spel kunnen worden gezet. De geloofwaardigheid van La Serpe, die op verscheidene punten toch al in twijfel wordt getrokken, zou nl nog verder af kunnen brokkelen. En daarmee tevens de geloofwaardigheid van het OM die de kroongetuige telkens als zeer betrouwbaar hebben bestempeld.
De rechtbank maakte hiermee vandaag voor de tweede keer een afwijzende beslissing van de rechter-commissaris ongedaan. Mr. Nico Meijering, advocaat van Ali Akgün, heeft dit vanmiddag bevestigd. De twee getuigen verklaren onafhankelijk van elkaar en zouden de cliënt van Mr. Nico Meijering mogelijk kunnen vrijpleiten van beschuldigingen door kroongetuige Peter La Serpe aka 'Vieze Peter'.
Het OM zegt dat zij de stukken nu aan het bestuderen is en hier dus nog niet op kan reageren. Het Liquidatieproces gaat 23 augustus verder, echter het is niet bekend of deze nieuwe getuigen tot nieuwe vertragingen kunnen gaan leiden in dit monsterproces dat reeds jaren bezig is. De uitspraak wordt op zijn minst volgend voorjaar verwacht.
Bondtehond
Labels:
Advocaten
,
Ali Akgün
,
De Bunker
,
Fred Ros
,
Jesse Remmers
,
Liquidatieproces
,
Moppie Rasnabe
,
Passage
,
Peter La Serpe
,
Sjaak Burger
donderdag 8 juli 2010
'Passageverdachten Sjaak Burger en Fred Ros blijven in voorarrest'
Sjaak Burger en Fred Ros blijven voorlopig nog in voorlopige hechtenis. Dat heeft de rechtbank bij monde van rechtbankvoorzitter Lauwaars donderdag bepaald tijdens een zitting zonder verdachten in de rechtbank aan de Parnassusweg. Fred Ros zit al vier jaar in voorlopige hechtenis. Peter Plasman, de raadsman van Ros vond tijdens de vorige zitting van 2 juli dat de redelijke termijn waarin hij berecht zou moeten worden, ruimschoots is overschreden. Daarom zou Fred Ros het resterende deel van het proces als vrij man moeten kunnen doorbrengen. Plasman tijdens de vorige zitting: Dhr. Ros moet in de gelegenheid gesteld worden de Sail 2010 te bezoeken....
De rechtbank vindt van niet. Wel zei Lauwaars te onderkennen dat het voorarrest van de verdachten uitzonderlijk lang duurt en hoogstwaarschijnlijk ook nog een tijd zal voortduren. De uitspraak in het liquidatieproces wordt nl pas verwacht in het voorjaar van 2011. Het rechtbank wees er op dat het gaat om een uitermate complex en daarom ook extreem langdurig strafproces. Het OM gaat intussen ogenschijnlijk onverstoorbaar door met het opsporingsonderzoek, terwijl de advocaten het ene na het andere verzoek tot nader onderzoek indienen. De meeste verzoeken worden tot nu toe echter afgewezen op verzoek van het OM. Naar het zich laat aanzien, zullen er nog diverse verzoeken volgen uit het kamp van de verdediging.
Hier volgt de beslissing van maandag door de Rechtbank inzake Baja Beach Club-getuigen:
Aan de Baja Beach Club gelieerde personen:
Volgens vaste jurisprudentie van het EHRM dient de verdediging op grond van artikel 6, eerste en derde lid, EVRM in het algemeen in de gelegenheid te worden gesteld om een belastend verklarende getuige in een rechtstreekse confrontatie te ondervragen. Waar echter het leven, de vrijheid of de veiligheid van een getuige op het spel zouden kunnen staan, rust op de verdragsstaten op grond van andere verdragsbepalingen (met name de artikelen 1 en 8 van het EVRM) de rechtsplicht om hun strafprocedures op zodanige wijze te organiseren dat de belangen van de getuigen niet ongerechtvaardigd in de waagschaal worden gesteld. De beginselen van een eerlijk proces vereisen dat in een dergelijk geval de belangen van de verdediging worden afgewogen tegen de belangen van de getuige en in het achterwege blijven van een rechtstreekse confrontatie met de verdediging, ziet de verdediging zich geconfronteerd met ongebruikelijke belemmeringen. In dat geval vereist artikel 6, eerste en derde lid, EVRM, dat deze belemmeringen procedureel voldoende worden gecompenseerd.
Q5 lijkt een verklaring te hebben afgelegd welke voor verdachte Akgün op een belangrijk punt van de beschuldiging als belastend zou kunnen worden opgevat en die mogelijk ook een rol zou kunnen spelen in de zaken van de verdachten aan wie deelname aan een criminele organisatie met onder anderen Akgún en Soerel ten laste is gelegd.
De rechtbank onderkent dat de rechters-commissarissen zich vanuit het afschermingsbelang van Q5 genoodzaakt hebben gezien om Q5 te verhoren en de resultaten van dit verhoor te verbaliseren op een wijze die de verdediging belemmert bij de toetsing van de betrouwbaarheid van Q5 en zijn verklaringen.
Elders in het proces Passage moet om die reden worden gezocht naar compenserende mogelijkheden om de verdediging in de gelegenheid te stellen, de betrouwbaarheid van Q5 en zijn verklaringen zoveel mogelijk te toetsen. De stelling van het openbaar ministerie dat de toetsing van de betrouwbaarheid van de anonieme bedreigde getuige onder uitsluiting van de verdediging aan de rechter-commissaris is voorbehouden, vindt naar het oordeel van de rechtbank geen steun in het recht. Waar van de door de rechter-commissaris toegewezen getuigen slechts twee werkzaam waren in de Baja Beach Club, heeft de verdediging naar het oordeel van de rechtbank wel degelijk belang bij het horen van andere personeelsleden uit de Baja Beach Club en meent de rechtbank dat dit met het oog op de hierboven omschreven compensatiegedachte ook in de rede ligt.
De te treffen compenserende maatregelen vinden evenwel hun begrenzing waar zij een onaanvaardbaar risico zouden opleveren voor het bekend worden van de identiteit van Q5. De verdediging heeft terecht opgemerkt dat artikel 226f, eerste lid, de toepasselijkheid van de reguliere bepalingen inzake de toe- of afwijzing van getuige niet uitsluit. Evenwel dienen deze bepalingen te worden toegepast op een wijze welke verenigbaar is met de artikelen 1 en 8 van het EVRM, zodat een toetsing op afschermingsaspecten aangewezen is.
Uit de brief van de rechter-commissaris van 3 juni 2010 aan de raadsman van Akgün blijkt niet dat de rechter-commissaris aan toetsing op het afschermingsaspect is toegekomen. Nu de rechter-commissaris op de hoogte is van de identiteit van Q5 en binnen het wettelijke systeem gehouden is om maatregelen te treffen die redelijkerwijs nodig zijn om de identiteit van Q5 verborgen te houden, is zij echter wel de aangewezen instantie om deze toetsing te verrichten. De rechtbank zal het verzoek daarom terugverwijzen naar de rechter-commissaris teneinde de gevraagde Baja Beach Club gelieerde personen te horen, doch slechts indien en voor zover dit zonder onaanvaardbaar risico voor onthulling van de identiteit van Q5 mogelijk is.
De rechtbank gaat ervan uit dat de verdediging, het openbaar ministerie en de rechter-commissaris zullen samenwerken om de identificerende gegevens van mogelijke te horen getuigen te completeren. De verdediging heeft dan geen toereikend zelfstandig belang bij overlegging. van de personeelslijst van de Baja Beach Club. De rechtbank zal het daartoe strekkende verzoek dan ook afwijzen.
De rechtbank merkt nog op dat zij een uiteindelijk oordeel over de bruikbaarheid van de verklaringen van Q5 pas bij eindvonnis zal vellen in het kader van de beoordeling van de eerlijkheid van het volledige proces.
(De rechtbank)
Baja-getuigen:
We zien dus dat de bal inzake de Baja Beachclub-getuigen bij de RC wordt gelegd. Daar biedt volgens de raadslieden Strafvordering geen ruimte voor, maar volgens hen schijnt daar maar weer eens aan voorbij te worden gegaan. Ook zien we dat het belang, meer dan door het OM, wordt onderkend door de rechtbank.
F1 en F3:
Het beroep loopt tegen afwijzing van getuige F1 en F3. De raadslieden van Akgun, Burger en Remmers hebben maandag het beroep in raadkamer toegelicht. Het is nog totaal onbekend wanneer de rechtbank, een andere kamer van de rechtbank, uitspraak zal doen. De vorige uitspraak liet ruim drie weken op zich wachten en het is nu ook nog eens vakantie.
In augustus zal voortgegaan worden met de stand van zaken m.b.t. de anonieme getuigen Q5, F1 en F3. Voorts zal ook La Serpe verder gehoord worden over openstaande zaken.
Na de zomervakantie, op 23 Augustus, gaat het proces weer verder.
Bondtehond
De rechtbank vindt van niet. Wel zei Lauwaars te onderkennen dat het voorarrest van de verdachten uitzonderlijk lang duurt en hoogstwaarschijnlijk ook nog een tijd zal voortduren. De uitspraak in het liquidatieproces wordt nl pas verwacht in het voorjaar van 2011. Het rechtbank wees er op dat het gaat om een uitermate complex en daarom ook extreem langdurig strafproces. Het OM gaat intussen ogenschijnlijk onverstoorbaar door met het opsporingsonderzoek, terwijl de advocaten het ene na het andere verzoek tot nader onderzoek indienen. De meeste verzoeken worden tot nu toe echter afgewezen op verzoek van het OM. Naar het zich laat aanzien, zullen er nog diverse verzoeken volgen uit het kamp van de verdediging.
Hier volgt de beslissing van maandag door de Rechtbank inzake Baja Beach Club-getuigen:
Aan de Baja Beach Club gelieerde personen:
Volgens vaste jurisprudentie van het EHRM dient de verdediging op grond van artikel 6, eerste en derde lid, EVRM in het algemeen in de gelegenheid te worden gesteld om een belastend verklarende getuige in een rechtstreekse confrontatie te ondervragen. Waar echter het leven, de vrijheid of de veiligheid van een getuige op het spel zouden kunnen staan, rust op de verdragsstaten op grond van andere verdragsbepalingen (met name de artikelen 1 en 8 van het EVRM) de rechtsplicht om hun strafprocedures op zodanige wijze te organiseren dat de belangen van de getuigen niet ongerechtvaardigd in de waagschaal worden gesteld. De beginselen van een eerlijk proces vereisen dat in een dergelijk geval de belangen van de verdediging worden afgewogen tegen de belangen van de getuige en in het achterwege blijven van een rechtstreekse confrontatie met de verdediging, ziet de verdediging zich geconfronteerd met ongebruikelijke belemmeringen. In dat geval vereist artikel 6, eerste en derde lid, EVRM, dat deze belemmeringen procedureel voldoende worden gecompenseerd.
Q5 lijkt een verklaring te hebben afgelegd welke voor verdachte Akgün op een belangrijk punt van de beschuldiging als belastend zou kunnen worden opgevat en die mogelijk ook een rol zou kunnen spelen in de zaken van de verdachten aan wie deelname aan een criminele organisatie met onder anderen Akgún en Soerel ten laste is gelegd.
De rechtbank onderkent dat de rechters-commissarissen zich vanuit het afschermingsbelang van Q5 genoodzaakt hebben gezien om Q5 te verhoren en de resultaten van dit verhoor te verbaliseren op een wijze die de verdediging belemmert bij de toetsing van de betrouwbaarheid van Q5 en zijn verklaringen.
Elders in het proces Passage moet om die reden worden gezocht naar compenserende mogelijkheden om de verdediging in de gelegenheid te stellen, de betrouwbaarheid van Q5 en zijn verklaringen zoveel mogelijk te toetsen. De stelling van het openbaar ministerie dat de toetsing van de betrouwbaarheid van de anonieme bedreigde getuige onder uitsluiting van de verdediging aan de rechter-commissaris is voorbehouden, vindt naar het oordeel van de rechtbank geen steun in het recht. Waar van de door de rechter-commissaris toegewezen getuigen slechts twee werkzaam waren in de Baja Beach Club, heeft de verdediging naar het oordeel van de rechtbank wel degelijk belang bij het horen van andere personeelsleden uit de Baja Beach Club en meent de rechtbank dat dit met het oog op de hierboven omschreven compensatiegedachte ook in de rede ligt.
De te treffen compenserende maatregelen vinden evenwel hun begrenzing waar zij een onaanvaardbaar risico zouden opleveren voor het bekend worden van de identiteit van Q5. De verdediging heeft terecht opgemerkt dat artikel 226f, eerste lid, de toepasselijkheid van de reguliere bepalingen inzake de toe- of afwijzing van getuige niet uitsluit. Evenwel dienen deze bepalingen te worden toegepast op een wijze welke verenigbaar is met de artikelen 1 en 8 van het EVRM, zodat een toetsing op afschermingsaspecten aangewezen is.
Uit de brief van de rechter-commissaris van 3 juni 2010 aan de raadsman van Akgün blijkt niet dat de rechter-commissaris aan toetsing op het afschermingsaspect is toegekomen. Nu de rechter-commissaris op de hoogte is van de identiteit van Q5 en binnen het wettelijke systeem gehouden is om maatregelen te treffen die redelijkerwijs nodig zijn om de identiteit van Q5 verborgen te houden, is zij echter wel de aangewezen instantie om deze toetsing te verrichten. De rechtbank zal het verzoek daarom terugverwijzen naar de rechter-commissaris teneinde de gevraagde Baja Beach Club gelieerde personen te horen, doch slechts indien en voor zover dit zonder onaanvaardbaar risico voor onthulling van de identiteit van Q5 mogelijk is.
De rechtbank gaat ervan uit dat de verdediging, het openbaar ministerie en de rechter-commissaris zullen samenwerken om de identificerende gegevens van mogelijke te horen getuigen te completeren. De verdediging heeft dan geen toereikend zelfstandig belang bij overlegging. van de personeelslijst van de Baja Beach Club. De rechtbank zal het daartoe strekkende verzoek dan ook afwijzen.
De rechtbank merkt nog op dat zij een uiteindelijk oordeel over de bruikbaarheid van de verklaringen van Q5 pas bij eindvonnis zal vellen in het kader van de beoordeling van de eerlijkheid van het volledige proces.
(De rechtbank)
Baja-getuigen:
We zien dus dat de bal inzake de Baja Beachclub-getuigen bij de RC wordt gelegd. Daar biedt volgens de raadslieden Strafvordering geen ruimte voor, maar volgens hen schijnt daar maar weer eens aan voorbij te worden gegaan. Ook zien we dat het belang, meer dan door het OM, wordt onderkend door de rechtbank.
F1 en F3:
Het beroep loopt tegen afwijzing van getuige F1 en F3. De raadslieden van Akgun, Burger en Remmers hebben maandag het beroep in raadkamer toegelicht. Het is nog totaal onbekend wanneer de rechtbank, een andere kamer van de rechtbank, uitspraak zal doen. De vorige uitspraak liet ruim drie weken op zich wachten en het is nu ook nog eens vakantie.
In augustus zal voortgegaan worden met de stand van zaken m.b.t. de anonieme getuigen Q5, F1 en F3. Voorts zal ook La Serpe verder gehoord worden over openstaande zaken.
Na de zomervakantie, op 23 Augustus, gaat het proces weer verder.
Bondtehond
Labels:
Advocaten
,
Ali Akgün
,
Fred Ros
,
Jesse Remmers
,
Liquidatieproces
,
Moppie Rasnabe
,
Sjaak Burger
Abonneren op:
Reacties
(
Atom
)