dinsdag 13 november 2012

'Liquidatieproces Passage eindelijk afgesloten'

De laatste zitting van het liquidatieproces Passage zit er eindelijk op. Vanmorgen hebben de overige twee raadslieden hun dupliek voorgedragen voor de rechtbank. Eerst was het de beurt aan de raadsman van Sjaak Burger, Mr. Marnix van der Werf en vervolgens aan Mr. Jan Peter van Schaik, de raadsman van kroongetuige Peter La Serpe. Tot slot kregen de verdachten gelegenheid voor het laatste woord, waar alleen Dino Soerel en Peter La Serpe vrij uitgebreid gebruik van maakten. Jesse Remmers sprak slechts enkele woorden. Andere verdachten waren niet aanwezig.


Mr. Marnix van der Werf leidde z'n dupliek in en merkte op dat zijn cliënt Sjaak Burger reeds in 2007 is aangehouden en dat hij, en vast niet hij alleen, niet had kunnen vermoeden dat wij in november 2012 aan het laatste woord zouden toekomen. In eerste instantie niet omdat november 2012 oneindig ver weg leek. Later niet, omdat het er naar uitzag dat er nooit een einde aan de zaak zou komen.

(Hier volgt een samenvatting van nog enkele passages uit de dupliek van Mr. Marnix van der Werf):

Mr. Marnix van der Werf: Uw Rechtbank heeft met de uitvinding van het 'verzwaarde noodzakelijkheidscriterium' uiteindelijk toch een doorbraak kunnen forceren. Er zal in hoger beroep - en wellicht daarna ook nog - nog wel gediscussieerd worden over het door u aangelegde criterium, maar als u die knoop niet doorgehakt had, was het einde waarschijnlijk nog niet in zicht.

De zaak tegen Burger was, samen met de zaak tegen Akgün, de eerste waarin daadwerkelijk actie werd ondernomen. De eerste kennismaking met La Serpe, in mei 2007, staat mij nog helder voor de geest. Ook hij kon toen, net als wij, niet vermoeden dat hij zoveel dagen bij de rechter-commissaris zou doorbrengen en ook nog eens honderden uren bij u ter zitting. ledereen was nog fris en monter en had er zin in. Maar al na een paar dagen verhoor, waarbij ieder verhoor meer vragen opriep dan er beantwoord werden en ieder verhoor leidde tot nadere onderzoekswensen, begon bij mij langzaam te dagen dat het een langdurige kwestie zou worden.

Burger had geen keuze, maar voor La Serpe was het een avontuur dat hijzelf was aangegaan. Ik zou te zijner tijd (als hij geen belangen meer heeft) wel eens van hem willen weten of hij het ook had gedaan als hij geweten had wat hem te wachten stond. Niet alleen is hem door de verdediging en door u langdurig het vuur aan de schenen gelegd, maar daarbuiten moest hij omgaan met de CIE, met de recherche en het OM. Hij moest onderhandelen over zijn deal en zijn toekomst. Hij zat diep weggestopt, wellicht in de EBI, wellicht op een andere onprettige plek. En hij heeft – als we op zijn eigen woorden afgaan – herhaaldelijk kennis gemaakt met de niet altijd betrouwbare overheid.

[......]

Mr. Van der Werf: Naar aanleiding van de repliek van het OM heb ik overwogen of het nog de moeite waard is om daar inhoudelijk op te reageren. Ik was er al aan begonnen, maar ik heb het grootste gedeelte van de tekst weer weggegooid. Eigenlijk vind ik dat uw rechtbank inmiddels wel genoeg papier heeft. De standpunten over en weer zijn duidelijk en het OM en de verdediging worden het toch niet eens.

De dupliek waaraan ik begonnen was te schrijven was ook bijzonder saai en vervelend. Het werd een verhaal dat voornamelijk bestond uit drie elementen:
In de meeste gevallen kwam het neer op:
1. Ik heb dat en dat verweer gevoerd, maar het OM heeft daarop in het geheel niet gereageerd.

In een aantal gevallen waarin wel was gereageerd op gevoerde verweren schreef ik:
2. Dat wat OM zegt dat ik betoogd heb, heb ik niet betoogd. Het OM betwist dus een ander verweer dan het verweer dat ik heb gevoerd.

In de overige gevallen:
3. Het OM kwalificeert de gevoerde verweren als: 'onzin', 'speculatie' of 'gaat niet op', zonder die kwalificaties te onderbouwen of door ze te onderbouwen met een redenering die niet deugt of door mij niet begrepen kan worden.

Naast wat ik zojuist al herhaalde over de kroongetuige heeft het OM niet inhoudelijk gereageerd op mijn betogen in de zaken Houtman en Van der Bijl.
Er is niet inhoudelijk gereageerd op het ontbreken van ieder steunbewijs in de zaak Van der Bijl.
Er is niet gereageerd op het ontbreken van bewijsbaar dubbel opzet in beide zaken.
Er is niet gereageerd op mijn uitnodiging om nader aan te duiden wat de in het requisitoir benoemde irrelevante kennelijke ongerijmdheden in de verklaringen van Burger zouden kunnen bijdragen aan het bewijs. Er is niet gereageerd op mijn betoogoe) inzake het zwijgrecht en de Murray-jurisprudentie.
Er is zelfs niet gereageerd op de door mij uitgebreid aangeduide tegenstrijdigheden in de verklaringen van mevrouw Houtman en mijn conclusie dat hetgeen zij heeft verklaard omtrent het briefje in relatie tot het beweerdelijk leveren van wapens door Burger niet kan kloppen en wordt tegengesproken door de overige getuigen die over het briefje hebben verklaard.

(Mr. Van der Werf ging toch nog (vrij kritisch) in op enkele puntjes uit de repliek van het OM, echter de raadsman hield het kort.)

[.....]

Hij sloot zijn dupliek eveneens af met een dankwoord van Sjaak Burger en hemzelf richting de rechtbank:

Mr. Van der Werf: Ik houd het er dan ook bij dat ik persisteer bij alle gevoerde verweren in alle zaken, zoals in mijn pleitnota neergelegd.

Daarnaast sluit ik mij aan bij de verweren omtrent de ontvankelijkheid van het OM, de totstandkoming van de deal en alles wat daaromheen hangt, en de betrouwbaarheid van de verklaringen van La Serpe, zoals die met name door mr. Meijering en mr. Jansen zijn gevoerd.

Namens Burger kan ik als voorschot op het laatste woord zeggen dat hij blij is dat er nu voorlopig een einde aan de zaak lijkt te komen. Hij bedankt uw rechtbank voor de ruimte die u hem heeft gegeven. Hij is na de opheffing van zijn voorlopige hechtenis niet vaak meer aanwezig geweest. Dat kwam enerzijds doordat wij steeds meer naar de achtergrond verdwenen in het geweld van de zaken van de hoofdverdachten over onderwerpen die hem niet altijd rechtstreeks raakten. Anderzijds — en daar kan hij gewoon eerlijk in zijn — had hij "het ook gewoon helemaal gehad", aan de Bunker heeft hij geen goede herinneringen, en wilde hij zoveel mogelijk tijd aan zijn vader en zijn zoontje besteden.

Tenslotte zou ik uw rechtbank willen bedanken voor al het geduld dat u de afgelopen jaren heeft opgebracht en voor de niet aflatende energie die u in de behandeling van alle zaken heeft moeten steken. Raadsman

*
Mr. Jan Peter van Schaik droeg als laatste van alle raadslieden zijn dupliek voor. Dat was zo besloten door de rechtbank en op verzoek van de raadsman van kroongetuige Peter La Serpe zodat hij eventueel nog kon reageren op de dupliek van de advocaten van alle andere verdachten. Samen met het laatste woord van La Serpe kom ik daar later deze week nog op terug.
Ook van het laatste woord van Dino Soerel en Ali Akgün, voorgedragen door zijn raadsman Mr. Nico Meijering, zal ik later deze week een samenvatting van publiceren. Dat heeft ook nog wel even wat tijd nodig om dat uit te werken.

Ik probeer ook wel wat stukken te bemachtigen. Nee heb je, ja kun je (soms) krijgen. Al moet ik er meteen bijzeggen dat de verdediging regelmatig en het openbaar ministerie soms, (bij belangrijke gelegenheden) zoals bijvoorbeeld de requisitoirs, wel eens stukken ter beschikking stelden aan de pers. Vaak ook alleen aan Bondtehond.nl en dat ervaarde ik als een eer. Het maakte het iets eenvoudige om het schrijven over dit proces 4 jaar lang vol te houden. Iets waar ik natuurlijk bij aanvang ook geen rekening mee had gehouden, dat een belangrijk onderzoek ter zitting zo lang zou (kunnen) gaan duren. Voor het overige, één ding heb ik zeker geleerd tijdens Passage en dat is als een razende schrijven. Ik denk nu dat ik weet (ongeveer) wat de griffiers dagelijks doen... (respect daarvoor).
*
Tot slot van de zitting gaf rechtbankvoorzitter Mr. Frits Lauwaars aan dat er eindelijk einde is gekomen aan de materiële behandeling en dat de rechtbank het nu verder zal moeten doen zonder de adviezen van zowel het openbaar ministerie als de verdediging, want zo schrijft de wet dat nou eenmaal voor, aldus Lauwaars, en er nu een tijd aanbreekt waarin de bal geheel bij de rechtbank ligt.

Hoe lang dat duurt is nog niet precies te zeggen, maar wat de rechtbank nu doet, is de zaak aanhouden tot eind januari 2013. Op 29 januari zal er een formele zitting plaatsvinden waarvan de voorzitter zei dat dat een formele sluitingszitting wordt, dan wel een formele sluitingszitting meteen gevolgd door de uitspraak. De rechtbank houdt iedereen daarvan op de hoogte.

Mr. Lauwaars zei tot slot dat het de rechtbank niet past om bedankjes uit te delen, maar de voorzitter wilde daarop twee uitzonderingen maken. Ten eerste bedankte de rechtbank in het bijzonder het personeel van de bunker.

Mr. Lauwaars: Deze mensen hebben bijzonder veel gedaan om ons in dit toch niet al te aantrekkelijke gebouw overeind te houden. Ik neem aan dat dat ook geldt voor de advocaten en de leden van het openbaar ministerie. Het was altijd tot in de puntjes geregeld, het verliep rustig en als er wat was, werd dat gelijk aangepakt. We zijn daar buitengewoon dankbaar voor. Ook de sfeer waarin dat allemaal gebeurde was heel belangrijk, in ieder geval voor de rechtbank, om dit allemaal vol te kunnen houden.

En dan wil ik nog één uitzondering maken en dat is van de meneer van Bondtehond cq Crimesite, die ook op de dagen dat er helemaal geen belangstelling was voor dit proces altijd trouwhartig achter het raam zat, ons nooit heeft verstoord en nog even afgezien van de inhoud wat ie erover schreef, hahahaha, maar hij heeft ons in ieder geval nooit gehinderd en ik was zo aan hem gewend moet ik zeggen, dat toen hij eens wat later uit de koffiekamer kwam en wij hier al zaten, ik niet wist hoe ik moest beginnen en of ik kon beginnen. Maar toen, gelukkig kwam hij uit de koffiekamer en wist ik weer dat er weer gewoon een rechtszitting was waarmee we gewoon konden beginnen.

Die twee uitzonderingen wilde ik nog maken en ik zei al, ik kan wel aan de gang blijven, maar de rechtbank is mede ook overeind gebleven, dat vond ik nog wel leuk om te zeggen, door enerzijds de deining, de spanning die er telkens weer was in het proces en aan de andere kant toch ook wel het niveau van het debat. Laten we dat wel zeggen en daarmee sluit ik materieel deze zitting en voor de rest wens ik u een buitengewoon prettige tijd in de nabije toekomst. Wij zien elkaar dinsdag 29 januari weer.

Verdere toevoegingen zijn eigenlijk overbodig.

Alleen deze natuurlijk: Edelachtbare, meneer Lauwaars en alle andere leden van de rechtbank, dat vond ik nou eens echt leuk om te horen. Bij deze wil ik u dan ook hartelijk bedanken voor uw aardige woorden.

Bondtehond