vrijdag 6 juli 2012

'Half werk zou niet goed genoeg zijn'

De raadsman van kroongetuige Peter La Serpe, Mr. Jan Peter van Schaik, was donderdag in de bunker om zijn pleidooi te houden namens zijn cliënt die alweer een poosje in vrijheid is. La Serpe zelf was niet aanwezig. Sinds hij weet dat er waarschijnlijk informatie is gelekt uit politie en/of justitiekringen, bijvoorbeeld over de dag waarop hij vrij zou komen, voelt La Serpe zich niet veilig, aldus Van Schaik. De raadsman vertelde dat dit pleidooi een vrij kort betoog zou worden. Uiteindelijk duurde het zo'n kleine twee uur.


Mr. Jan Peter van Schaik gaf aan dat hij bij dupliek waarschijnlijk wel een langer pleidooi gaat houden. "Dat zou zomaar kunnen", zei Van Schaik. De reden is omdat het nogal een ongewone situatie is momenteel in het Passageproces. Normaalgesproken komt de advocaat van een kroongetuige zo'n beetje als laatste aan de beurt. Echter nu moeten Mrs. Janssen, Meijering en Silvis nog pleiten aankomende weken en komt Van Schaik dus tussen de andere procespartijen door. Als de raadsman zijn volledige pleidooi nu al zou voordagen, zou hij zijn kruit niet droog houden en de verdediging van de verdachten wellicht (extra) munitie in handen geven om tegen La Serpe te gebruiken, aldus Van Schaik. En dat is dan weer niet in het belang van zijn cliënt. Daar kwam het in iets andere bewoordingen wel ongeveer op neer wat de raadsman van La Serpe zei.

De rechter opende de zitting.
Rechter: Goedemorgen mijnheer van Schaik, dat is lang geleden. Goed u weer te zien. U had uitstel gevraagd om in September te mogen pleiten. Daarvan hebben we gezegd dat u dat nog bij dupliek kunt doen.

Mr. Van Schaik: Goedemorgen Edelachtbare, eindelijk mag ik dan ook wat mag zeggen. En eh..dat doet me wel deugd, moet ik zeggen. En voor ik begin wil ik wat zeggen. De afgelopen dagen heb ik in het proces soms het gevoel gehad dat ik in een soort wedstijd terecht was gekomen van jongetjes die probeerden om zo ver mogelijk te plassen. Om het zo maar eens te zeggen. En dat plassen is nog steeds gaande. Daar bedoel ik overigens niets oneerbiedigs mee hoor, want ik ben wel onder de indruk van de wijze waarop mijn collega's, en dat zal ik straks ook nog wel een paar keer zeggen, dat aanpakken. Maar ik ben nooit iemand geweest die in het openbaar eh...kon plassen, zeker niet ver kon plassen. (gelach in de rechtszaal) Dus ik hou het vandaag kort. Ik hou het kort, onder voorbehoud dat ik daar later bij dupliek eventueel nog op terug kom. Ik vind het niet goed dat ik nu al terug kom op stellingen als het nog niet volledig is afgerond.

Mr. Van Schaik begon vervolgens met zijn pleitnota. Hij leidt in door te zeggen dat hij anders dan in modale zaken, bijna meer genoodzaakt is zich te verweren tegen datgene dat door de raadslieden van de medeverdachten over zijn cliënt naar voren wordt gebracht, dan hetgeen door het OM is gesteld. Daarom heeft Mr. Van Schaik op voorhand aan uw rechtbank voorgelegd de mogelijkheid om bij dupliek hierop eventueel nader in te kunnen gaan, nu na dit pleidooi in andere zaken nog wordt gepleit. Van de zijde van de rechtbank is de raadsman medegedeeld dat hij daartoe volledig in de gelegenheid zal worden gesteld, ook al zou het OM geen gebruik willen maken van zijn repliek.

Wat volgt zijn enkele samengevatte gedeeltes uit het pleidooi van Mr. Jan Peter van Schaik:

Mr. Van Schaik:
Cliënt heeft diverse malen in het proces aangegeven, dat hij nooit heeft kunnen inschatten dat dit proces een zo grote omvang zou krijgen en dat er zo intensief en veelvuldig een beroep op hem als getuige zou worden gedaan. Maar dat is het niet alleen. Gelet op de uiterst belastende verklaringen, die cliënt voor zichzelf, maar ook voor medeverdachten, heeft afgelegd, was hij de spreekwoordelijke Kop van Jut. Hij werd beschimpt, uitgemaakt voor koopgetuige en op 9 juni 2012 is hij in de Telegraaf nog gekwalificeerd als rasopportunist. Ten aanzien van dit laatste kan echter de vraag worden gesteld, of niet iedere procesdeelnemer enig opportunisme vreemd is, daar een ieder vecht voor zijn eigen belang, en, om maar de letterlijke betekenis uit Van Dale te gebruiken, iedere procesdeelnemer elke omstandigheid ten voordele van zichzelf zal aanwenden.


In dat licht bezien is het eigenlijk ook niet meer dan logisch, dat cliënt als getuige zo hard is aangepakt. Eigenlijk is het een teken van zwakte, nu medeverdachten zelfvrijwel geen inhoudelijke verklaringen hebben afgelegd, om daarmee de verklaringen van cliënt inhoudelijk te bestrijden. Nee, men heeft hem in zijn persoon willen raken, zijn betrouwbaarheid in het algemeen willen aantasten en hem verdachte willen maken met betrekking tot zaken, waarvoor niemand in dit proces terecht staat.

Ik als verdediger in de strafzaak van mijn cliënt, ben dan ook van mening, dat, bij gebreke van een onderbouwde inhoudelijke betwisting van de verklaringen, zoals afgelegd door mijn cliënt als getuige, de waarde en de houdbaarheid van zijn verklaringen zijn gebleken. Dit is uiteraard ook in het belang van mijn cliënt als verdachte in zijn strafzaak, nu uw rechtbank niet gebonden is aan de strafeis van het OM en met voornoemde omstandigheid rekening kan en ook zal moeten houden bij de straftoemeting.

Het pleidooi van Mr. Van Schaik zag er als volgt uit:

Mr. Van Schaik: Eerst zal ik enkele algemene onderwerpen behandelen, zoals de motieven van cliënt, die hebben geleid tot het zichzelf belasten en het belasten van anderen, de aanvallen en aantijgingen van de zijde van de medeverdachten, daaruit voortvloeiend de problematiek rond de door de verdediging van de medeverdachten aangebrachte getuigen als F1 en F3. Daarnaast zal ik de cliënt tenlastegelegde feiten behandelen, te weten de zaken Agenda, Perugia en Oma. Daaruit voortvloeiend zal ik aangeven hoe uw rechtbank om zou moeten gaan met de eerste drie vragen in de zin van artikel 350 Sv. met betrekking tot hetgeen cliënt ten laste is gelegd. Daarna kom ik toe aan de bespreking en de verweren ten aanzien van de strafmaat, waarna ik de vordering benadeelde partij in de zaak Agenda zal bespreken en zal afsluiten met de eindconclusie.

Mr. Van Schaik herhaalde vervolgens de motieven van zijn cliënt om kroongetuige te worden.

Mr. Van Schaik: Cliënt heeft onder meer ter terechtzitting verklaard:

"Ik ben vanaf mijn dertiende jaar al in meer of mindere mate crimineel. Het is het enige leven dat ik ken."


"Het lijkt voor de buitenwereld heel simpel om uit dit milieu te stappen, maar dat is het niet als je er midden in zit. Ik wist zoveel van Jesse dat ik, als ik uit het milieu zou stappen, een los eindje zou worden. Ik wist dat ik dan vroeg of laat zou worden doodgeschoten. Jesse is immers een hele rationele jongen. Als je er midden in zit, is de overweging om er uit te stappen dus niet zo makkelijk.


"Ik draag verantwoordelijkheid voor alle zaken waarbij ik ben betrokken. Ik had in Spanje de mogelijkheid om op een andere manier dan liquidaties geld te verdienen. Toen ik in Spanje was, was Nederland voor mij even ver weg. Totdat ik in de krant over de moord op Van der Bijl las en mij realiseerde dat mijn verblijfin Spanje niet betekende dat ik geen verantwoordelijkheid voor de lijst meer droeg. Ik vond dat ik niet langer kon weglopen voor de verantwoordelijkheid die ik droeg voor de mensen die nog op de lijst stonden om te worden geliquideerd."


"Ik had begrepen dat ik volledige openheid van zaken moest geven als ik tot een deal wilde komen. Dat was wat ik wilde. Ik wilde uit het wereldje. Ik had zicht op veiligheid nodig en kon het me niet permitteren om die in gevaar te brengen door niet alles te vertellen. U vraagt mij of het noodzakelijk was om tot een deal te komen. Nee, ik heb altijd een keuze gehad. Ik had ook voor de criminaliteit kunnen kiezen. Het is een proces. Ik was voorzichtig want ik praatte met justitie. Je denkt na over de betekenis van het sluiten van een deal en komt tot de conclusie dat half werk niet goed genoeg is."


"U merkt op dat ik eerder heb gesproken over mijn verantwoording nemen en schoon schip maken, terwijl ik daar vandaag nog niets over heb gezegd. Dat is wel degelijk ook een motief geweest. In Engeland heb ik daarover veel nagedacht. Het was voor mij een tweestrijd. Aan de ene kant wilde ik schoon schip maken, aan de andere kant wilde ik niet een hoge gevangenisstraf Naarmate mijn terugkeer naar Nederland dichterbij kwam raakte ik er meer van overtuigd dat ik de zaak Houtman waarschijnlijk niet buiten beschouwing kon laten. Ik heb toen bedacht om eerst maar naar Nederland te gaan en dan eens te kijken hoe mijn positie zou zijn. Gaandeweg bedacht ik dat het niet ging werken. Half werk zou niet goed genoeg zijn. Ik was toen ook nog redelijk naïef, ik had er geen idee van wat er allemaal op me af zou komen. "U vraagt mij wat schoon schip maken voor mij betekende. Ik wilde in ieder geval van de bezwaring van mijn betrokkenheid bij de liquidatie van Houtman af Dat is een morele overweging geweest. Het positieve effect van mijn bekentenis heb ik achteraf pas ervaren. Of ik het in het bijzonder moeilijk vind om dingen te bespreken die meer van binnen zitten? Ja dat gaat over mijn persoon. Het is makkelijker om over feiten te vertellen. Maar de dingen zijn zoals ze zijn. Het kwam er op neer dat ik ruzie had met mezelf." 

De raadsman ging uitgebreid in op de door hem zogenoemde 'aanval van medeverdachten'.

Mr. Van Schaik: Deze strafzaak is om nog een andere reden, dan die al eerder zijn genoemd, zeer bijzonder. Namelijk dat in deze strafzaak andere strafrechtelijke onderzoeken een rol hebben gespeeld met betrekking tot zaken, die bij geen van de verdachten in dit proces op de tenlastelegging staan. Ik doel dan onder meer op de zaak Bethlehem.

Door de medeverdachten, die zich in overwegende mate hebben beroepen op hun zwijgrecht, is gekozen voor een strategie, waarbij men niet de verdediging heeft gebaseerd op de weerlegging van de verklaringen van cliënt in de tenlastegelegde zaken zelf, door zelf openheid van zaken te geven, of met alternatieve scenario' s te komen, maar door de aanval op hem te openen door de OM-deal en alles dat door een kroongetuige wordt verklaard, als niet rechtmatig en/of onbetrouwbaar te kwalificeren.

Daarnaast heeft men geprobeerd om een beeld te schetsen van mijn cliënt, als zou hij betrokken zijn bij andere ernstige strafbare feiten, die hij niet heeft toegegeven, of waarover hij zou hebben gelogen, zodat daarmee de OM-deal alsnog als niet rechtmatig zou moeten worden beoordeeld, of zijn verklaringen op grond daarvan als onbetrouwbaar zouden moeten worden gekwalificeerd.

Helaas voor mijn collega's, men is daar niet in geslaagd. Ik moet u zeggen, dat ik onder de indruk ben van de aan de dag gelegde creativiteit bij de uitvoer van deze strategie.

De onderwerpen die de advocaat van La Serpe vervolgens aansneed in zijn pleidooi, waren de volgende:

Daderwetenschap Remmers?
De gewurgde prostituee
Bethlehem
Getuigen: F1 + F3

En de andere getuigen:
Rob de Wit
Herdrik Jan Korterink
Peter 'Peerke' Schoofs
NN1/NN Hollowpoint
Ariën Kaale sr.
Peter R de Vries

Nogal summier kwam Van Schaik terug op de zaken:
AGENDA + PERUGIA + OMA

De raadsman verwees vaak naar het requisitoir van het OM. Bij dupliek mag de raadsman dieper ingaan op deze zaken.

Over de strafmaat

Theoretisch is het mogelijk, volgens Van Schaik dat de rechtbank, op basis van de door collega's gevoerde verweren mogelijk niet zou kunnen toekomen aan een veroordeling en strafoplegging in de zaken van de medeverdachten. Het kan echter niet de bedoeling geweest zijn van de wetgever dat in dat geval zijn cliënt wordt gestraft zonder dat er rekening wordt gehouden met de tussen het OM en zijn cliënt overeengekomen en tussen partijen bestaande OM-deal.

Echter, de wetgever is duidelijk. De rechtbank is niet gebonden aan deze afspraak. Het zou in strijd zijn met elke redelijkheid en billijkheid indien de rechtrbank, na het uitvoerige betoog van het OM in het kader van het requisitoir met betrekking tot de betrouwbaarheid van de verklaringen van zijn cliënt, La Serpe een zwaardere straf zou opleggen dan door het OM geëist, temeer nu zonder de verklaringen van zijn cliënt niemand voor de zware feiten, die in dit proces centraal staan, zou zijn vervolgd en/of veroordeeld, ook zijn cliënt zelf niet, aldus Van Schaik.

Mr. Van Schaik: Het is ook cliënt geweest, die, zonder dat er ook maar enige verdenking tegen hem bestond, de stap heeft gezet richting justitie. Nogmaals, aan het begin van mijn pleidooi heb ik aangegeven dat daar zeker niet enkel nobele motieven aan ten grondslag lagen, maar cliënt was wel bereid om zijn strafrechtelijke verantwoordelijkheid te nemen en om te boeten voor een aantal zware strafbare feiten. Cliënt is daarmee zijn leven lang wel een 'los eindje' geworden. Hij zal zijn leven nooit meer zeker zijn. Hij zal tot aan zijn dood altijd over zijn schouder moeten kijken, altijd afhankelijk zijn van beveiliging. Zonder overdrijven, durf ik te stellen dat dit ook een levenslange vrijheidsbeperking oplevert.

Cliënt moet dus niet worden afgerekend op het uiteindelijke procesrechtelijk resultaat in de strafzaken van de medeverdachten, maar op datgene wat door zijn verklaringen bekend is geworden met betrekking tot een zeer groot aantal strafbare feiten en het feit dat deze informatie heeft bijgedragen aan de opsporing, aanhouding en vervolging van verdachten. Hieronder volgt een door cliënt zelf opgesteld overzicht daarvan:
  1. Moord op 2 mensen in Antwerpen, mededader Jesse Remmers, Mohammed (Moppie) Rasnabe en Lesley V. e.a. negers.
  2. Tonnie van Maurik, daders Jesse Remmers en Freek S. e.a.
  3. Moord op 2 Joego's, daders Jesse Remmers, Mohammed Rasnabe en Freek S., bekend als barbecue
  4. Gerrie Bethlehem, daders Jesse Remmers en Richard Ebeli de Rotterdammer.
  5. Arjen Pels, daders Jesse Remmers en Richard Ebeli de Rotterdammer. Opdrachtgever Danny K.
  6. Info over Cor van Hout, en eventuele daders, harde info over waar de helmen zijn gekocht en info over mensen die wetenschap dragen waaruit eventueel aanhoudingen uit kunnen voortvloeien.
  7. Moord op Kees Houtman, daders Jesse Remmers en Peter la Serpe.
  8. Opdrachtgever Kees Houtman. Willem Holleeder en Dino Soerel, met als doorgeefluik Ali Akgün.
  9. Thomas van der Bijl, openheid over voorbereidingshandelingen en pogingen, verricht door Jesse Remmers en Peter la Serpe.
  10. Thomas van der Bijl, info over organisator Fred Ros die mede tot zijn aanhouding in Spanje heeft geleid.
  11. Info over het wapen dat is gebruikt bij de liquidatie van Thomas van der Bijl, denk ik?, weet niet zeker of dit hetzelfde wapen is.
  12. Opdrachtgever moord op Thomas van der Bijl. Willem Holleeder, Dino Soerel, met als doorgeefluik Ali Akgün.
  13. Nog te liquideren man op lijst, Imac, voetbalvoorzitter Türkiyemspor, is alsnog geliquideerd
  14. Nog te liquideren man op lijst, Atilla Önder, Aerdenhout, is inmiddels verhuisd.
  15. Nog te liquideren man op lijst, Abcoude, Leen Bosnie
  16. Info over nog te liquideren neger, privézaak Ali Akgün. (Adjoeba is reeds geliquideerd)
  17. Opdrachtgever van de te liquideren neger, Adjoeba, Ali Akgün
  18. Toedracht dood Richard de Rotterdammer, in Venezulela geliquideerd.
  19. Toedracht afpersing vastgoedman Friedländer, Jesse, Sam, John, Willem Holleeder, Moppie Rasanabe, Pel Friedländer.
  20. Info over Spaanse advocaat, Juan, die met bijna iedereen contact heeft en spilfunctie vervult, kan iedereen vrij krijgen door omkoping, heeft heel veel contacten.
  21. Foto's van Juan en Moppie.
  22. Info over een vriend van Ali Akgün, genaamd Miquel.
  23. Te liquideren man in Spanje, Koos Reuvers.
  24. Heel veel gegevens over Mohammed (Moppie) Rasnabe, o.a. adres gegevens van hem, vrienden en bekenden alsmede de naam van zijn valse paspoort die hebben geleid tot zijn aanhouding, was al 8 jaar op de vlucht.
  25. Tactische info over Jesse die er mijns inziens mede aan hebben bijgedragen dat hij niet uit Marokko is ontsnapt.
  26. Info over Sjaak Burger die mede tot zijn aanhouding hebben geleid.
  27. Info over Sjaak Burger als wapenhandelaar en de wapens die ik gezien heb en over de semtexbom die hij aan het maken was.
  28. Info over de jongen die stashed voor Sjaak, genaamd G.
  29. Het huis waar de bom gemaakt is.
  30. Een loods die door Sjaak gebruikt wordt waar auto's en/of brommers staan
  31. Info over een vriendin van Jesse, Simone T, in Marbella, is ook inval geweest.
  32. Tactische info over adressen waar foto's en andere gegevens te vinden waren.
  33. Info over de ontsnapping van Jesse uit ziekenhuis in Nieuwegein.
  34. Moordaanslag op Engelse neger (Jones)bij het VU ziekenhuis, daders Jesse Remmers en Gilbert Rommy, is mislukt.
  35. Info over de opdrachtgevers van de Engelse neger (Jones) bij VU Ziekenhuis, Mohammed Rasnabe.
  36. Overgedragen formulier van moneytransfer ,Western Union, tussen Simone T. en Jesse Remmers wellicht ten tijde van verklaring van overdracht wapen in Abcoude. Was een Indische man, gezien met litteken in de nek, Jesse.
  37. Veel telefoonnummers van allerlei mensen, criminelen.
  38. Info over man op de lijst van Fred Ros, George van Dijk.
  39. Info over Albanees die de moord op George van Dijk uit moest voeren.
  40. Info over de locatie waar de Kalashnikov en de Glock te vinden zijn, gebruikt bij Kees Houtman.
  41. Tactische info m.b.t. de apparatuur die in het milieu door o.a. ons gebruikt wordt.
  42. Info over geleverde wapens door Gilbert Rommy.
  43. Info over de opdrachtgever van liquidatie in Antwerpse man en vrouw, Henk Rommy.
  44. Opdrachtgever voor moord op Imac, Ali Akgün. (is reeds geliquideerd)
  45. Opdrachtgever nog te liquideren man op lijst , Atilla Önder, Ali Akgün.
  46. Info over betrokkenheid Jesse Remmers en Fred Ros bij de moord op Cor van Hout, waaronder positieve fotoconfrontatie Jesse.
  47. Betrokkenheid Lesley V. bij moord Antwerpen.
  48. Betrokkenheid Gwenette bij voorgenomen moord op Atilla Önder.
  49. Leverancier van patronen Hollowpoint Silver tip.
  50. Leverancier van Glock gebruikt bij Kees Houtman, Sjaak Burger.
  51. Leverancier Kalashnikov gebruikt bij Kees Houtman.
  52. Tijdlijn van alle feiten en omstandigheden.
  53. Kluisverklaringen.
Mr. Van Schaik: Zoals diverse malen door mij in dit pleidooi opgemerkt, is er ongetwijfeld veel op te merken over verschillen in de ontelbare verklaringen van cliënt bij de politie, rechter-commissaris en hier op zitting. Nogmaals dat is wel erg makkelijk, terwijl de medeverdachten vrijwel niets inhoudelijk verklaren. En dus moeten hun raadslieden pleidooien voeren van ongekende omvang, die zeer zeker ingenieus in elkaar steken en waarvoor ik ze ook wil complimenteren. Deze complimenten zijn uiteraard niet bestemd voor het feit dat zij karaktermoord hebben willen plegen op mijn cliënt.

Geachte leden van de rechtbank, meneer de Voorzitter kijkt u door alle knap gecreëerde rookgordijnen heen en u ziet dat de verklaringen van cliënt in overwegende mate wordt ondersteund door bewijs uit andere bron en dat we hier niet maken hebben met een verdachte die al zijn "vriendjes" heeft verraden om er zelf geld en een lagere straf aan over te houden. Er lag immers geen straf in het verschiet voor cliënt, aangezien zonder zijn eigen informatie hij niet in beeld zou zijn gekomen met betrekking tot de tenlastegelegde levensdelicten.

Een door mr. Meijering gegeven voorbeeld, aangaande het gevaar dat schuilt in de kroongetuigeregeling, namelijk dat de getuige een eigen belang heeft bij het belasten van leden van een concurrerende criminele groep, speelt in deze zaak in het geheel niet.

Zijn stelling dat het OM niet conform de wet en de toepasselijke aanwijzing heeft gehandeld door uit te gaan van een oorspronkelijke, volgens Meijering te lage strafeis van 16 jaar gevangenisstraf, is evenzeer onjuist, omdat het OM, enerzijds op basis van het geldende opportuniteitsbeginsel de vrijheid heeft om te kiezen voor welke strafbare feiten cliënt wordt vervolgd. Bij die keuze heeft het OM niet in strijd gehandeld met de geldende beginselen van behoorlijke procesorde. Anderzijds mag het OM bij de keuze voor de oorspronkelijke strafeis wel degelijk omstandigheden betrekken, zoals zij dat heeft gedaan en zoals die ook bij requisitoir naar voren zijn gebracht.

Overigens zal ik bij dupliek, daar waar nodig, nog in gaan op datgene dat Mr. Meijering en Janssen en eventuele andere raadslieden in hun pleidooien naar voren hebben gebracht en nog naar voren zullen brengen, specifiek daar waar het gaat om de rechtmatigheid van de OM-deal en de betrouwbaarheid van de verklaringen van mijn cliënt. Van de zijde van uw rechtbank is mij reeds medegedeeld dat ik daartoe de gelegenheid en ruimte bij dupliek zal krijgen.

Een ander aspect, waarmee de rechtbank rekening heeft te houden bij de strafmaat ·en dat een matigende werking zou moeten hebben op de op te leggen straf, betreft de extreem negatieve media-aandacht voor de persoon van mijn cliënt.

Cliënt is in de schrijvende media extreem vaak negatief en oneerlijk geportretteerd.

Het heeft er soms alle schijn van dat websites als Crimesite, Cammilleri en Bondtehond kritiekloos overnemen, datgene dat door de verdediging van de medeverdachten wordt verwoord. Ten tijde van het voeren van het kort geding tegen Camilleri heb ik van verschillende bronnen vernomen dat de persoon achter deze website nauwe banden heeft met de familie Remmers. Het is duidelijk dat dit proces ook is gevoerd buiten deze rechtszaal, ten einde het publiek, maar ook de rechtbank op die wijze duidelijk te maken dat cliënt een onbetrouwbare verrader en leugenaar zou zijn.

Voorts zijn foto' s van cliënt zeer vaak in de media, gebalkt en ongebalkt vertoond.

Aan deze pleitnota wordt als bijlage 1 gehecht een print van de inmiddels niet meer toegankelijke website holleeder.info. Het betreft een artikel uit De Telegraaf d.d. 9 oktober 2008, dat melding maakt van het feit dat het OM onterecht foto's van cliënt heeft doen verspreiden. In aanvulling daarop wordt overgelegd bijlage 2 bij deze pleitnota, zijnde de vermelding op het internet van de uitspraak d.d. 17 juni 2011 van de voorzieningenrechter te Den Haag. De website Camilleri liet toe dat ongebalkte foto's van cliënt te zien waren. De rechter heeft geoordeeld dat dit onrechtmatig is en dat de ongebalkte foto's moeten worden verwijderd en verwijderd moeten worden gehouden.

Daarnaast wordt nog gewezen op de recente uitingen in de media over de beloning die cliënt zou krijgen (NOS), als ook voor wat betreft het feit dat op dinsdag 5 juni jl. ik als raadsman werd geconfronteerd met een journalist die zei dat cliënt reeds zou zijn vrijgelaten en dat hij dat uit opsporingskringen heeft vernomen (NRC). Met name dit laatste incident, maakt dat cliënt, hoewel hij gebruik wil maken van zijn aanwezigheidsrecht, geen vertrouwen heeft in de veiligheidsmaatregelen met betrekking tot zijn vervoer van en naar de bunker, hier vandaag niet is.

Door dit alles is getracht de rechtbank te beïnvloeden en is de veiligheid nu en in de toekomst van cliënt negatief beïnvloed. Dit dient een matigende werking ten aanzien van de straftoemeting te hebben.

Detentie-omstandigheden.
Er is geen sprake geweest van een leefgemeenschap, ten gevolge waarvan cliënt in isolement moest luchten, eten, recreëren en sporten. Door deze omstandigheden verbleef cliënt bijna 20 uur per dag op zijn cel. Er is sprake geweest van fysieke en mentale isolatie. Hij kon daardoor nagenoeg geen enkel privé contact onderhouden met familie of advocaten, zonder dat TGB kennis kon nemen van de inhoud van deze gesprekken. Gedurende meerdere jaren is al het telefoonverkeer met zijn raadslieden getapt. Gelet op het feit dat cliënt zichzelf heeft gemeld, is het meer dan wrang, dat hij niet de bron van dreiging is, maar dat hij wel in volle omvang met de gevolgen daarvan is en nog steeds wordt geconfronteerd.

Hoewel ik geen kennis heb van de verblijfplaats van cliënt, weet ik wel dat er nog steeds sprake is van een geïsoleerd leven en dat dat altijd zo zal blijven. Cliënt zal, verstoken van familie en dierbaren, zich altijd bewust zijn van het feit dat mensen naar hem op zoek zijn om hem het zwijgen op te leggen. Het beeld dat in de media wordt geschetst dat cliënt in een paradijselijke omgeving zijn beloning opstrijkt, terwijl hij betrokken is bij moord, is dus absoluut onterecht. Nogmaals als enige verdachte in dit proces heeft cliënt op dit moment al levenslang.

*

Gelet op het vorenstaande, verzoekt Mr. Van Schaik de rechtbank La Serpe vrij te spreken van het onder punt 2 (AGENDA - zaak Kees Houtman) tenlastegelegde vrij te spreken.

Ook als de rechtbank AGENDA wél bewezen acht en rekening houdende met alle feiten en omstandigheden zoals naar voren gebracht, vraagt de raadsman een maximale gevangenisstraf op te leggen voor de duur van 8 jaar aan La Serpe.

Tot slot ging Van Schaik in op de vordering benadeelde partij: Van Maria Houtman en kinderen. De advocaat vraagt de benadeelde partij niet-ontvankelijk te verklaren.

Reden: (kort samengevat)
Van Schaik: Cliënt is degene die naar de politie is gestapt en die zichzelf heeft belast, alsook anderen heeft belast, teneinde een bijdrage te leveren aan de oplossing van dit levensdelict. Het zou pertinent in strijd zijn met de redelijkheid en billijkheid als cliënt vervolgens de enige is die financieel verantwoordelijk wordt gehouden voor de gevolgen van de nabestaanden van dit levensdelict.

Tot zover de samenvatting van Mr.Van Schaik's pleidooi.

Maandag verder met het pleidooi van Mr. Nico Meijering.

Bondtehond